Conclusies evaluatie Regieraden Naar aanleiding van de lunchbijeenkomsten op 13 & 15 juni 2016
Doel bijeenkomsten De governance van de Digicommissaris functioneert nu ruim anderhalf jaar. Het is tijd om een eerste balans op te maken: Waar gaat het goed? Waar kan het beter? Bureau Digicommissaris voert daartoe evaluaties uit naar het functioneren van de verschillende onderdelen van de governance. Deze evaluatie zal zich richten op de regieraden. In de regieraden van juni zal een analyse volgen en zullen voorstellen voor verbetering worden aangedragen.
Meerwaarde = verbinding Bepaalde groepen weten elkaar nu beter te vinden; De thema’s van de regieraden zijn goed gekozen en de achterbannen zijn naar elkaar toe aan het groeien; Medeoverheden vinden de regieraden een verbetering ten opzichte van de situatie hiervoor, de regieraden zijn hét interbestuurlijke platform; Sturend en agenderend werken de regieraden goed ten opzichte van de eigen achterban; Het goede is dat inzicht wordt verkregen in de verschillende belangen van partijen; ‘Het feit dat je bij elkaar zit is een compliment waard’ ‘Het is belangrijk dat we als overheid uitstralen dat we in gezamenlijkheid werken aan oplossingen voor burgers en bedrijven.’
Verhouding regieraden - Nationaal Beraad Er zijn twijfels over de besluitvormende kracht van de regieraden ten opzichte van het Nationaal Beraad, m.n. op het gebied van governance en financiën De oproep is om in de regieraden juist meer inhoud te bespreken De gesprekken worden daarnaast nu nog veel gevoerd vanuit de huidige voorzieningen, minder vanuit thema’s als privacy, open data e.d. Het mag dus in de regieraden meer gaan over inhoud. Daarbij komt over het algemeen de energie vrij, niet bij de gesprekken over governance en financiering; die zaken worden meestal toch pas in het NB beslecht. De kracht van de regieraden is om gezamenlijk de inhoudelijke koers te bepalen en daarover vervolgens het Nationaal Beraad te adviseren. ‘De regieraden hebben gezorgd voor een bepaalde vorm van ordening en samenhang en nu is het tijd voor een volgende stap: het is tijd dat de digitale infrastructuur wordt gekoppeld aan een gezamenlijke stip op de horizon’
Gebruikers centraal Gebruikers moeten centraler komen te staan: de burgers en bedrijven voor wie we het doen. Zaken moeten minder abstract. Het maakt niet uit wie de voorziening betaalt, het maakt uit wie daar uiteindelijk iets mee kan. Qua marketing kan onze boodschap beter: wat doen we en voor wie? Innovatie komt te weinig aan bod. Door onopgeloste zaken uit het verleden komen we niet toe aan nieuwe dingen. Dat is jammer, omdat je daarmee de burger dingen ontzegt die echt beter kunnen. ‘Je bent zo naar elkaar aan het kijken, dat je daardoor burgers en bedrijven wel eens vergeet. En dat terwijl het juist nu zo belangrijk is om hen goed te bedienen en begeleiden bij de grote maatschappelijke technologische veranderingen die we doormaken’.
Rol afnemers in regieraden Implementatie en adoptie (van voorzieningen en standaarden) zou veel meer binnen scope van de regieraden getrokken moeten worden; De vraagarticulatie vanuit de afnemerskant zou beter kunnen. De regieraden kunnen daarvoor beter benut worden dan nu het geval; De uitvoeringsorganisaties zitten op verschillende niveaus van stadia van digitalisering, je zou ook een (veranderkundige) strategie kunnen bedenken hoe om te gaan met die stadia en elkaar daarin verder helpen en begeleiden. ‘Intern functioneren om extern te kunnen presteren’
Overig Het is een constante zoektocht naar de balans tussen enerzijds ‘goed’ en anderzijds ‘snel’ (twee weken voor stukken/afstemming wordt bijvoorbeeld niet altijd behaald door omstandigheden). Er is daardoor een beeld van bureaucratie rondom de regieraden, echter die procedures dienen wel een bepaald doel, namelijk interbestuurlijke afstemming. Het Digiprogramma en de clusterplannen werken disciplinerend, maar in de huidige vorm zijn deze vooral financieel ingestoken. Problemen uit het verleden zetten daardoor een rem op (door)ontwikkelingen naar de toekomst toe. Het instituut Digicommissaris zou gebruikt kunnen worden om beleidsthema’s bij elkaar te brengen en te coördineren. De DC zou de dossiers die van niemand en daarom van iedereen zijn kunnen adopteren. Daarvoor is wel mandaat nodig.