Schrijven 4.3 Formuleren en stijl 1.1

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Redekundig ontleden Over waarom, wat en hoe....
Advertisements

HET CSE NEDERLANDS. Je spreekt toch al jaren
Jezelf waarmaken Laat je ZIEN in je sollicitatiebrief Lezing voor Meppel United, 30 oktober 2013.
Redactioneel schrijven Les 2
Leren Leren & Samenwerkend leren.
HET CURRICULUM VITAE = VISTEKAARTJE NUMMER 2
Bezittelijk voornaamwoord
MET DANK AAN COLLEGA’S IN DEN LANDE ! vee 2012
DE SOLLICITATIEBRIEF = VISTEKAARTJE NUMMER 1
Vorige keer Standaardfouten bij het formuleren Dubbelopfouten.
De dag van het solliciteren - introductie
Workshop Tips & Tricks CV
De dag van het solliciteren Blok 1
Samenvatting Havo 5.
Leren Solliciteren Zelfverkenning Arbeidsmarktverkenning Het CV
Samenvatten Klas 4A de Foorakker.
Sollicitatiebrief & CV
Wat gaan we doen vandaag?
Hij,ze,hem,haar,zijn,deze,dit,die,dat
Paragraaf twee: verkeerde verwijswoorden
Arbeidsmarkt Als je op de markt loopt zie je om je heen verschillende kopers en verkopers. De vraag naar een product bestaat uit de mensen die een product.
Loopbaan oriëntatie en begeleiding
Solliciteren: wat wil ik?
Slc kwartaal 3. programma Hoe is het gegaan Verwachtingen Tips and tricks Opdrachten slc.
Flip de Proef Hoofdstuk 4 maar dan anders…. Wat is dat? Hoofdstuk 4 gaat over handig tellen. Dat gaan we proberen 's op een andere manier te doen. Ik.
Woordsoorten benoemen
1 : De sollicitatie-brief + Curriculum vitae 2 : Het sollicitatie-gesprek 3: Vervolgprocedures SLC21 : Solliciteren.
Welkom Masterclass Wervend Schrijven. Wervend schrijven kenmerkt zich door… eigen formulering eigen opbouw eigen doel extreme afstemming op de doelgroep.
Woordjes leren.
Sollicitatie tips Belangrijke zaken Tips&tops 1. Indeling: Sollicitatiebrief lay out Sollicitatiebrief lay out Sollicitatiebrief inhoud Sollicitatiebrief.
Creatief schrijven. Programma -Inkomopdracht: elektriciteit -Opdracht 1: jouw ideale vakantiedag -Opdracht 2: verplaats je in een ander Wat gaan we leren?
SCHRIJVEN 1.5 DE UITEENZETTING LASTIGE WOORDPAREN.
De vraag is je beste vriend
Laat jezelf ZIEN bij je sollicitatie
Waar moet je op letten? Om een goede stageplaats te hebben moet je er zeker van zijn dat het bedrijf waar je naar toe wil ook onze school een beetje kent.
Stage zoeken bij Entree-opleiding
1. Wat gaan we vandaag doen ?
Sollicitatiebrief schrijven!
Hij,ze,hem,haar,zijn,deze,dit,die,dat
Woordbenoemen Groep 6 en 7.
Havo-4 Les 1 Wie ben ik? Keuzebegeleiding.
Onbepaald voornaamwoord
Week 1, les 3.
Verwijswoorden.
Persoonlijk voornaamwoord
NSCCT Instructie groep 4
SCHRIJF JE SOLLICITATIEBRIEF EN CV
Sollicitatietraining
De zakelijke brief.
NSCCT Instructie groep 5
NSCCT Instructie groep 7
NSCCT Instructie groep 6
Hoofdstuk 3: Hoe kom je aan werk?
Les 4 Schrijven 3.1 en 3.2 (let op: hoofdstuk 2 komt pas in periode 4 aan bod!) Spreken en gesprekken: 2.4 Grammatica en spelling: 3.4.
Schrijven 2.5 en 2.6 Formuleren en stijl 2.3 en 2.4
volgende bladzijde terug
Schrijven 2.1 en 2.2 Formuleren en Stijl 2.1
Schrijven Zakelijke brief.
H3 Hoe kom je aan werk?.
Stage zoeken bij Entree-opleiding
Waar moet je op letten? Om een goede stageplaats te hebben moet je er zeker van zijn dat het bedrijf waar je naar toe wil ook onze school een beetje kent.
Schrijven Zakelijke brief.
De zakelijke brief – schrijven 3.3
NSCCT Instructie groep 4
NSCCT Instructie groep 5
NSCCT Instructie groep 6
NSCCT Instructie groep 7
Laat de vragen eerst even aan de docent zien!!
volgende bladzijde terug
WOORDSOORTEN HAVO-2.
Transcript van de presentatie:

Schrijven 4.3 Formuleren en stijl 1.1 Les 6 Schrijven 4.3 Formuleren en stijl 1.1

Schrijven 3.4 – sollicitatiebrief en cv

Het cv Curriculum vitae (cv) betekent letterlijk: levensloop. Het geeft een korte samenvatting van jouw leven. Wat hoort er allemaal in een cv te staan? CV = Carnavalsvereniging of Centrale Verwarming cv = curriculum vitae

Persoonlijke gegevens (naam, geboortedatum, adres, etc Persoonlijke gegevens (naam, geboortedatum, adres, etc.) Voeg ‘geslacht’ toe bij onduidelijkheid over jouw naam. Een foto mag, maar hoeft niet. Opleiding. Vermeld hierbij de periode waarin je de opleiding(en) volgde en of het diploma behaald is. De basisschool hoeft niet vermeld te worden. Werkervaring. Noem alles wat van belang is, dus ook stages en bijbaantjes. Vaardigheden. Noem bijvoorbeeld behaalde cursussen, beheerste talen of een rijbewijs. Referenties. Vraag contactpersonen of ze inlichtingen over jou willen geven. Vraag hiervoor altijd toestemming! Eventueel: hobby’s en persoonskenmerken

Voor zowel de opleidingen als de werkervaring geldt: vermeld de meest recente opleiding als eerst!

De sollicitatiebrief De sollicitatiebrief heeft de opbouw van een zakelijke brief. In de sollicitatiebrief vermeld je: - Reden voor de sollicitatie - Motivatie voor de functie - Waarom ben jij een goede kandidaat? Zie voorbeelden bladzijde 133 en 272-274 (boek B)

Formuleren en stijl 1.1 - verwijzen De-woorden (mannelijk): - Persoonlijk voornaamwoord: hij/hem - Bezittelijk voornaamwoord: zijn - Aanwijzend voornaamwoord: deze, die - Betrekkelijk voornaamwoord: die “De auto is van hem. Hij rijdt 1 op 18, waarmee deze auto redelijk zuinig is. Die auto lijkt me dus ook uitermate geschikt voor jullie”.

De-woorden (vrouwelijk) - Persoonlijk voornaamwoord: zij/ze - Bezittelijk voornaamwoord: haar - Aanwijzend voornaamwoord: deze/die - Betrekkelijk voornaamwoord: die De regering houdt haar woord. Ze verlicht de belastingen, waarmee deze regering zeer populair is bij het volk. Die regering wil ieder land wel hebben!

Het-woorden - Persoonlijk voornaamwoord: het - Bezittelijk voornaamwoord: zijn - Aanwijzend voornaamwoord: dit/dat - Betrekkelijk voornaamwoord: dat Het jongetje heeft zijn speentje verloren. Dat ligt vast ergens op straat. Dit jongetje is ontroostbaar.

Wanneer gebruik je “Wat”? Na: alles, niets, iets, het enige Na: een overtreffende trap Na: een zin - Alles wat ik wil is dat jij gelukkig bent. - Het beste wat ik te bieden heb. - Het regent, wat voor veel ergernissen zorgt.

Hen of hun? Meest fout gedaan in Nederland (al jaren het meest opgevraagde taaladvies!) - Hen gebruik je als het een lijdend voorwerp is, óf na een voorzetsel - Hun gebruik je als het een meewerkend voorwerp is (je kunt er in gedachten ‘voor’ of ‘aan’ voor zetten)

Dus… Ik geef het boek aan hen/hun. Ik wil op de plek naast hen/hun zitten Zij vinden hun/hen onbeleefd. Ik geef hen/hun een boek. Zij overhandigt hen/hun het boeket bloemen

Ik geef het boek aan hen/hun. Ik wil op de plek naast hen/hun zitten Zij vinden hun/hen onbeleefd. Ik geef hen/hun een boek. Zij overhandigt hen/hun het boeket bloemen.

De schrijfopdracht van vandaag (Vrijwilligers sportkantine of klachtenbrief naar de gemeente) Vorm tweetallen (bij een oneven aantal leerlingen is er plek voor een drietal) Je werkt beiden de schrijfopdracht uit (bij voorkeur in Word) en je zorgt dat je je eigen schrijfopdracht bewaart. Deze heb je later namelijk nodig! Jullie gaan aan het einde van de les elkaars brieven bekijken en beoordelen. Hou de criteria in gedachten. Dit zijn de zaken waar ik op ga letten als ik jullie schrijfopdrachten ga nakijken (samenhang, doel, publiek, leesbaarheid, woordkeuze/woordgebruik, spelling en interpunctie en compleet verhaal). Stel mij vooral vragen als je problemen hebt bij het maken van de schrijfopdracht. Jullie krijgen drie kwartier de tijd om de schrijfopdracht te maken. Hierna kijken duo’s elkaars opdracht na.

Huiswerk Formuleren 1.1  alle opdrachten. Komt redelijk wat stof uit deze paragraaf terug op de toets