Vwo 6 – literatuur Week 2 2018.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Schrijfvaardigheid en argumentatie
Advertisements

Beroepsvaardigheden onderdeel van SBC
STRUCTUREEL COMMUNICATIEF RECEPTIE PRODUCTIE
Nectar & Biologie voor jou: een vergelijking
Groep Doel bepalen Voorspellen Kennis ophalen Vragen stellen
DE VERANDERINGEN IN DE FYSISCHE ASPECTEN VAN DE WERELD ZIJN ZO SNEL GEGAAN DAT WE NIET VERBAASD MOETEN STAAN OVER HET FEIT DAT ONZE … KENNIS DEZE NIET.
tekstbegrip Probleem; hoeveelheid vragen bij tekst.
Toetsen en leerlijnen in nieuwe scheikunde
THEORIE LEESVAARDIGHEID IN BEELD
Schrijven in passende stijl
Leeskringen in het onderwijs Saskia Visser Wetenschapswinkel Taal, Cultuur en Communicatie/Alfasteunpunt.
Literatuur XL Net even iets verder kijken…. Idee Groepjes van 2 Je schrijft een essay van minimaal 2000 woorden Of je houdt een presentatie van 15 minuten.
Docentendag Talen Lidewij Hamstra
Nieuw Nederlands 4e editie
Rekenbeleid
MET DANK AAN COLLEGA’S IN DEN LANDE ! vee 2012
POL 2014/2015= Praten over boeken!
Een leesstrategie: toepassing
Samenvatten Klas 4A de Foorakker.
Blz. 98 Blok 4 5. Schrijfvaardig.
Taalontwikkelend lesgeven: hoe doe je dat?
BEOORDELING VOLGENS HET ERK
SPH voltijd Ethiek 3: Normatieve Professionalisering Werkcollege 1 kwartaal 3: introductie Corstin Dieterich L
TRENDS 2014 Hafida
Toetsen van de concept-contextbenadering bij maatschappijwetenschappen
Soorten rapporten naar de vorm naar de inhoud. naar de vorm briefrapport memo lossezinnenrapport.
Het schrijven van een betoog
Literaire bouwstenen 3.
Centraal Examen Nederlands
Ondersteuning bij contextopgaven met een intelligent kladblaadje.
Effecten van taal Onderzoek naar wat woorden, zinsconstructies en tekststructuren doen met de ontvanger.
Thema 4: Begeleiding van leerlingen met dyslexie Vakinhoudelijke begeleiding Nederlands.
STAPPENPLAN VOOR HET MAKEN VAN EEN LEESTOETS LEESRONDE 1 - ORIENTEREND: -Lees titel, tussenkopjes etc. -Lees eerste en laatste alinea -Formuleer hoofdgedachte.
Groep 6 Begrijpend lezen
Schrijfvaardigheid en argumentatie
De vraag is je beste vriend
Literatuur, maker en maatschappij
Leren leren; zaakvakken (ak/gs)
In 2017 ga jij: je diploma halen;
Opdracht Nederlands Je doet in een groepje van vijf personen een klein literatuuronderzoek. De uitkomsten van dit onderzoek beschrijf je in een verslag.
Groep 8 Begrijpend lezen lezen
SET schrijfvaardigheid H5
GEDOCUMENTEERD SCHRIJVEN Revisited
Lezen H1 t/m H3 In deze PowerPoint: Op onderwerp: Op leesstrategie:
Groepswerk Eén werk! = Eén cijfer?.
Voorbereiding op mondeling examen deel 1
Essay Een essay is een beschouwende tekst over een literair, maatschappelijk of wetenschappelijk onderwerp, met een duidelijk persoonlijke inslag. Een.
Een beschouwing schrijven
HET VAK NEDERLANDS IN JE EXAMENJAAR
Les 1 Doelgroep: mbo niveau 4 – taalreferentieniveau 3F Docent: Anja Vergeer-Negenman Nederlands leesvaardigheid.
Vwo 6 – week
Hoe krijg je de focus van de leerlingen op de chemie?
Vwo 4 – periode
Recensie schrijven Klas 1e , RSFN.
Literatuur V6 – les
V4 – week
Literatuur les
Leerling- kenmerken Motivatie
Literatuur V6 – les
“Context-concept in je eigen lessen”
Inleiding beoordelen.
Literatuur les 3 V
De schrijver mee op reis
Schrijven 2.3 en 2.4 Formuleren en stijl 2.2
De schrijver mee op reis
Introductie V6 2018/2019.
Een (informatief) Artikel schrijven
Graphic novel: Friend or foe?
Schrijven 2.7 en 2.8 Formuleren en stijl 3.1
Nederlands 1.1h. Je kunt informatie opzoeken
Transcript van de presentatie:

Vwo 6 – literatuur Week 2 2018

Vier boeken – een gesprek Domein E: Literatuur Subdomein E1: Literaire ontwikkeling 7 De kandidaat kan beargumenteerd verslag uitbrengen van zijn leeservaringen met een aantal door hem geselecteerde literaire werken. * Minimumaantal: havo 8; vwo 12 waarvan minimaal 3 voor 1880. * De werken zijn oorspronkelijk geschreven in de Nederlandse taal. Subdomein E2: Literaire begrippen 8 De kandidaat kan literaire tekstsoorten herkennen en onderscheiden, en literaire begrippen hanteren in de interpretatie van literaire teksten. Subdomein E3: Literatuurgeschiedenis 9 De kandidaat kan een overzicht geven van de hoofdlijnen van de literatuurgeschiedenis,

Weet je nog? Verwerking boek 1 Een essay: Je schrijft aan de hand van een hoofdvraag over jouw boek. Je neemt hier de volgende elementen in mee: - verhaalanalyse - symboliek (betekenis) - schrijver - receptie - eigen ervaring

Waarom een essay per boek? #moeilijk #saai

Een essay schrijven per boek. Hoe dan? Twee goede essays van klasgenoten  wat zijn je conclusies? Voorwaarden voor een goed essay – succescriteria? Basisvoorwaarden: Inleiding, middenstuk, slot Formulering en spelling maar dan….

Wat moet je kunnen op je mondeling? Je voert een gesprek met je docent over je gelezen boeken. In dit gesprek ben jij leidend! Je docent moet jou zo min mogelijk op weg helpen. Per boek verdiep je je in: jouw leeservaring (aangevuld door recensies) de elementen van de verhaalanalyse (kritisch lexicon of uittrekselbank) soort schrijver/stijl receptie (plaats het boek in de juiste tijd)

In de komende periode: 1. lezen van jouw boeken 2. schrijven van jouw essays 3. lessen over theorie/ benadering mondeling / oefenen van gesprekken en gesprekstechnieken / omgaan met bronnen / diepgang van je mondeling 4. examentraining (leesvaardigheid) In het begin van periode 3 krijg je de succescriteria. Je kunt dus zien wanneer je op een bepaald niveau scoort en welk cijfer daar aan vast zit!

inspiratie

De leesniveaus: Niveau 4: kan veel inspanning en tijd van de lezer vergen veronderstelt veel algemene, soms ook specifieke kennis (bijvoorbeeld cultuurhistorische kennis) het verhaalverloop en het gedrag van personages zijn minder goed voorspelbaar de verhaalstructuur kan complex zijn, kan veel inspanning van de lezer vragen vaak meerduidige betekenis

Niveau 5: doet beroep op culturele, poëticale en literaire kennis personages en thematiek staan ver af van de leefwereld van de jongeren; de inhoud kan complex zijn taalgebruik en literaire conventies kunnen afwijkend of (zeer) gedateerd zijn complexe structuur en betekenis (meerduidig, impliciet) Niveau 6: veronderstelt veel algemene, culturele en literaire kennis vraagt soms ook specialistische kennis van literair-historische context kan impliciete verwijzingen bevatten naar klassieke motieven (de Bijbel, mythologie) kan verwijzen naar andere teksten en cultuuruitingen geraffineerde, soms experimentele stijl rijke en gelaagde betekenis, vaak moeilijk te doorgronden

www.lezenvoordelijst.nl Maar… - je kunt beter een boek lezen op je eigen niveau, want dat zorgt voor een veel beter gesprek! - lees ook vooral vanuit interesse. Ook dit is een belangrijke succesfactor.

EN nu? Tip 1: Lees zo snel mogelijk je vier boeken uit! Vind je lezen stom/moeilijk/vreemd/raar? Tip 2: Probeer eens een graphic novel, Tip 3: Probeer eens een luisterboek (14 dagen gratis storytel) www.storytel.nl 10 eu voor 1 maand (deel het met 4 personen, 2,50 ) Tip 4: of lees het boek en kijk de verfilming!