Vwo 6 – literatuur Week 2 2018
Vier boeken – een gesprek Domein E: Literatuur Subdomein E1: Literaire ontwikkeling 7 De kandidaat kan beargumenteerd verslag uitbrengen van zijn leeservaringen met een aantal door hem geselecteerde literaire werken. * Minimumaantal: havo 8; vwo 12 waarvan minimaal 3 voor 1880. * De werken zijn oorspronkelijk geschreven in de Nederlandse taal. Subdomein E2: Literaire begrippen 8 De kandidaat kan literaire tekstsoorten herkennen en onderscheiden, en literaire begrippen hanteren in de interpretatie van literaire teksten. Subdomein E3: Literatuurgeschiedenis 9 De kandidaat kan een overzicht geven van de hoofdlijnen van de literatuurgeschiedenis,
Weet je nog? Verwerking boek 1 Een essay: Je schrijft aan de hand van een hoofdvraag over jouw boek. Je neemt hier de volgende elementen in mee: - verhaalanalyse - symboliek (betekenis) - schrijver - receptie - eigen ervaring
Waarom een essay per boek? #moeilijk #saai
Een essay schrijven per boek. Hoe dan? Twee goede essays van klasgenoten wat zijn je conclusies? Voorwaarden voor een goed essay – succescriteria? Basisvoorwaarden: Inleiding, middenstuk, slot Formulering en spelling maar dan….
Wat moet je kunnen op je mondeling? Je voert een gesprek met je docent over je gelezen boeken. In dit gesprek ben jij leidend! Je docent moet jou zo min mogelijk op weg helpen. Per boek verdiep je je in: jouw leeservaring (aangevuld door recensies) de elementen van de verhaalanalyse (kritisch lexicon of uittrekselbank) soort schrijver/stijl receptie (plaats het boek in de juiste tijd)
In de komende periode: 1. lezen van jouw boeken 2. schrijven van jouw essays 3. lessen over theorie/ benadering mondeling / oefenen van gesprekken en gesprekstechnieken / omgaan met bronnen / diepgang van je mondeling 4. examentraining (leesvaardigheid) In het begin van periode 3 krijg je de succescriteria. Je kunt dus zien wanneer je op een bepaald niveau scoort en welk cijfer daar aan vast zit!
inspiratie
De leesniveaus: Niveau 4: kan veel inspanning en tijd van de lezer vergen veronderstelt veel algemene, soms ook specifieke kennis (bijvoorbeeld cultuurhistorische kennis) het verhaalverloop en het gedrag van personages zijn minder goed voorspelbaar de verhaalstructuur kan complex zijn, kan veel inspanning van de lezer vragen vaak meerduidige betekenis
Niveau 5: doet beroep op culturele, poëticale en literaire kennis personages en thematiek staan ver af van de leefwereld van de jongeren; de inhoud kan complex zijn taalgebruik en literaire conventies kunnen afwijkend of (zeer) gedateerd zijn complexe structuur en betekenis (meerduidig, impliciet) Niveau 6: veronderstelt veel algemene, culturele en literaire kennis vraagt soms ook specialistische kennis van literair-historische context kan impliciete verwijzingen bevatten naar klassieke motieven (de Bijbel, mythologie) kan verwijzen naar andere teksten en cultuuruitingen geraffineerde, soms experimentele stijl rijke en gelaagde betekenis, vaak moeilijk te doorgronden
www.lezenvoordelijst.nl Maar… - je kunt beter een boek lezen op je eigen niveau, want dat zorgt voor een veel beter gesprek! - lees ook vooral vanuit interesse. Ook dit is een belangrijke succesfactor.
EN nu? Tip 1: Lees zo snel mogelijk je vier boeken uit! Vind je lezen stom/moeilijk/vreemd/raar? Tip 2: Probeer eens een graphic novel, Tip 3: Probeer eens een luisterboek (14 dagen gratis storytel) www.storytel.nl 10 eu voor 1 maand (deel het met 4 personen, 2,50 ) Tip 4: of lees het boek en kijk de verfilming!