Rondom de Zwangere Samenwerking

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Gezamenlijke uitwerking adoptiegroepen Wijkwerkers & Gezinswerkers
Advertisements

16 huisartsen gezondheidscentrum  gemeentegerichte samenwerking
Prenataal en Postnataal
Samenwerking casemanager dementie en casemanager palliatieve zorg
Deelnemers werkgroep Gemeenten die de “of” vraag zijn gepasseerd
Waarde-volle zorg LPZ, 11 oktober Opbouw Voorstellen Ontwikkelingen Ander perspectief In gesprek 2.
Nationaal Actieprogramma Diabetes 24 november 2011 Elize van Ballegooie Senior Implementatiemedewerker NAD Ytje van der Veen Implementatiemedewerker DVN.
Verloskunde Opleidingen Geneeskunde Faculteiten
“Specialistische” zorg
Een Taskforce voor Integrale Vroeghulp Na 3 jaar succesvol experimenteren met IVH en Vroeg, Voortdurend, Integraal (VVI) Verankering Integrale Vroeghulp.
Organisatie van uitkomstgerichte zorgprogramma’s
Cliënt Wil zo lang mogelijk onafhankelijk / zelfstandig blijven
MonodisciplinaireMultidisciplinaire Zorggroepen
Regionale samenwerking rondom jongeren Ton EimersMichiel van der Grinten.
Begeleidingsplannen GGZ
De rol van het Centrum voor Jeugd en Gezin Praktijkervaringen met versterken van informele netwerken bij opvoeden. Pink Hilverdink, Nederlands Jeugdinstituut.
Optimale Parkinsonzorg
Samen werken aan een gezonde regio!
MENSELIJKE ONTWIKKELING OUDER-KIND RELATIE 0 – 3 JAAR
Sociale buurt/wijkteam
Samen verder!.
De ‘Zichtbare-schakel’-wijkverpleegkundige: een hele zorg minder Kosten-batenanalyse in opdracht van ZonMw Workshop effectieve innovaties in wonen, zorg.
Basisteam jeugd en gezin “de basis van het nieuwe Jeugdstelsel” Voorlichting VO 22 januari 2015.
workshop Fraude voorkomen in het Sociaal Domein
Perspectief van de cliënt
Terugkoppeling Werkatelier GGZ 8 december 2015 Meetinghouse Dordrecht.
Een verbinding van….. Stand van zaken….. -Betrokken bij bijna 100 zaken -Succesvol in de samenwerking zorg, politie, justitie : dus multidisciplinair.
GOR bij nabestaanden van en professioneel betrokkenen bij MH17: Natuurlijk (niet)! Dianne Alting - RIVM Kenniskring PSH/GOR |
MEEDOEN in Edam-Volendam Voorstellen: Katja Mooij (RCO De Hoofdzaak) Fred Wiedijk (Context NH) Coördinatie en secretariaat MEEDOEN-tafel.
Aanpak Transitie Jeugdzorg vanuit perspectief zorginstellingen Den Helder, 27 januari 2012 Lucy Schmitz (kernbestuur BOJOZ)
Samen leven, zorg voor elkaar. Waar gaat het over? Met de decentralisaties worden gemeenten verantwoordelijk voor de zorg voor en het welzijn van hun.
Transitiecommunicatie Dichterbij Belangrijk kenmerk: Onduidelijkheden en uitstel, veel vragen en onzekerheden. Uitdaging: Aansluiten bij de diverse doelgroepen.
Landelijke Beroepsvereniging Coördinatoren vrijwilligerswerk Corry Baarsma, lid van bestuur AGORA Regiocoördinator vrijwilligerswerk bij grote zorginstelling.
Visie van Eigen Kracht Eigen Kracht Centrale. Werkt aan een samenleving waarin participatie en samenredzaamheid van burgers centraal staan Waarin burgers.
Het toverwoord: Integrale Geboortezorg Sjoerd Terpstra Bestuurslid CPZ Senior beleidsadviseur ZN RvA PRN RvT GC Lombok.
Cliëntenparticipatie: u krijgt er een partner bij! Regio Twente, 10 april
Instrument of houding? Implementatie van regionaal en lokaal integraal volksgezondheidsbeleid.
Jeugdhulp: zo doen we dat in de gemeente Brunssum, samen in Parkstad Limburg én Zuid-Limburg! Presentatie raadsinformatieavond 16 september.
Campagne en coalitievorming Contact met politieke partijen 30 januari 2014.
Vragen & discussie Aan de keukentafel, De rol van de ouderenadviseur bij het aanmelden en/of aanvragen van hulp.
Regionale werkconferentie Samen Sterk voor Mantelzorg
Samen de psychische gezondheid in Nederland verbeteren
Hoe leren professionals?
Professionalisering Sociaal Werk
ViaVia Info-presentatie
Kansen voor nu en in de toekomst Den Bosch, 17 maart 2016
‘Aan de slag met ouders als onmisbare partner’
Regionale werkconferentie Samen Sterk voor Mantelzorg
Gezondheid & Groen Noordwijk – 22 november 2016 Arthur Hilgersom.
Humanitas afdeling Nijmegen en omstreken
Nij Smellinghe ziekenhuis
Rivas Zorggroep de beste partner van de huisarts !?
‘Maatschappelijke zorg & ambulantisering in de GGZ’:
Ketenzorg dementie Verkenning rol gemeenten en Zorg en Zekerheid
Samen de psychische gezondheid in Nederland verbeteren
Ruim Baan, de professional in een nieuw jasje:
Ontwikkeling van en ondersteuning aan jongen (aanstaande) ouders
19 september 2018 NCJ Werkconferentie
Ouderschap en een psychische aandoening
Samenwerken in de wijk Voorstellen 4 april 2018
Gezond Rondkomen bij de JGZ Utrecht
Goede zorg in alle fasen van de keten (voorbeeld)
Tellen en vertellen Anders monitoren en verantwoorden
Andere zorgverleners in de 1e lijn
Hoe zijn wij als inwoner betrokken geraakt?
De Zorgstandaard Integrale Geboortezorg
Andere zorgverleners in de 1e lijn
Ambulant team wijkzorg ___________
Ouderenmishandeling in migrantenfamilies
Aan de slag met kwaliteit
Transcript van de presentatie:

Rondom de Zwangere Samenwerking Tekst wie zijn wij en wat doen wij…

Tekst wie zijn wij en wat doen wij…

Rondom de Zwangere Samenwerking Samenwerkingspilot Verloskundig Centrum Tiel Praktijkvisie Beroepsprofiel 1e lijns verloskundige Tekst wie zijn wij en wat doen wij…

Rondom de Zwangere Samenwerking Ons uitgangspunt is kwaliteit van leven. Daar willen we aan werken. We gaan uit van de verbondenheid tussen lichaam en geest en stellen de cliënt centraal. Tekst wie zijn wij en wat doen wij…

Rondom de Zwangere Samenwerking Definition of the midwife ICM, juli 2005, Brisbane Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS.

Rondom de Zwangere Samenwerking A: G1/P0, 22jr, autochtoon, samenwonend, geen werk/opleiding, partner wisselend werk, geen beltegoed, medicatie 3mg haldol per dag,psychotische pers.stoornis, beiden roken, man diabetes mellitus type 1, geen afwijkingen in de familie, 1e consult 8w en 4 dgn, intakte zwangerschap, geen lichamelijke bijz. A komt vriendelijk en wat jeugdiger dan haar leeftijd over in het gesprek. B is meegekomen, evenals moeder van A. Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS.

Rondom de Zwangere Samenwerking Informatie opvragen bij huisarts, melden zwangerschap Medicijngebruik evalueren, melden apotheek Traject psycho-sociaal in beeld zien te krijgen, wie zijn de betrokkenen en wie doet wat op welk moment; welke afspraken zijn er al gepland Inschatting maken met bovenstaande tov risico zwangerschap, bevalling en kraambed en aanstaand ouderschap Zwangerschapsplan maken, inclusief gezondheidsbevordering Geboorteplan Begeleiding kraambed en overdracht naar jgz/huisarts Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS.

Rondom de Zwangere Samenwerking A. blijkt in een traject van de reclassering te zijn. Er was/is? een alcoholverslaving. Begeleiding en controles door Tactus verslavingszorg. A. rookt en heeft overgewicht> naar Dietiste en POH. Huisvestingsproblematiek,woningstichting. GGZ: traject adolescenten Pro Persona. Psychiater ivm kraamperiode/kans op pp psychose? Inividuele zwangerschapsbegeleiding pro deo, bang voor bevalling. Schuldsanering. Patch blijkt case manager, multidisciplinair overleg. VK is de lijn naar kinderarts en gynaecoloog. Op consult voor het kraambed. Vraag mdo: is het stel in staat om ouders te zijn: AMK wordt betrokken Onder begeleiding. Humanitas zoekt naar een plek. Blijft onduidelijk. Positieve test in verleden, maar aanleiding tot OTS. Groeiachterstand baby: opname ZRT en SC bij 34 wkn. Opname kinderafdeling moeder en kind. Pleeggezin voor de baby. Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS.

Rondom de Zwangere Samenwerking Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS. Synchroniciteit: wat was er aan de hand? Zorginhoudelijk: kenmerken van de regio, achterstanden, etniciteit. Monitoren van de GGD, CBS etc, droge getallen, maar een wereld op zichzelf tijdens de dagelijkse praktijkvoering. De nood van de zwangeren greep ons aan. De zwangerschap als window of opportunities of awareness and change. Casuistiek inbrengen ter illustratie.

Rondom de Zwangere Samenwerking Ontwikkelingen, achtergronden en verder Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS. Synchroniciteit: wat was er aan de hand? Zorginhoudelijk: kenmerken van de regio, achterstanden, etniciteit. Monitoren van de GGD, CBS etc, droge getallen, maar een wereld op zichzelf tijdens de dagelijkse praktijkvoering. De nood van de zwangeren greep ons aan. De zwangerschap als window of opportunities of awareness and change. Casuistiek inbrengen ter illustratie.

Rondom de Zwangere Samenwerking Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS. Synchroniciteit: wat was er aan de hand? Zorginhoudelijk: kenmerken van de regio, achterstanden, etniciteit. Monitoren van de GGD, CBS etc, droge getallen, maar een wereld op zichzelf tijdens de dagelijkse praktijkvoering. De nood van de zwangeren greep ons aan. De zwangerschap als window of opportunities of awareness and change. Casuistiek inbrengen ter illustratie. Wie zijn onze partners voor zorginhoud. Welke rol kan de adviseur hierin spelen. Wie zijn onze partners: bekostiging. Welke rol kan de adviseur hierin spelen. Rol van de adviseurs: Proactief kunnen zijn, door op de hoogte te zijn van het hele speelveld van de geboortezorg. Zicht op de belangen van de praktijken en individuele beroepsbeoefenaren. Op de hoogte zijn van de ontwikkelingen van de bekostiging in de zorg Op de hoogte zijn van kansen ( experimenten samen met zorgverzekeraars) Op de hoogte zijn van de landelijke ontwikkelingen mbt organisatieveranderingen in de 1e lijn: cooperaties, verenigingen , stichtingen. Op de hoogte zijn van de geldstromen in de zorg: verzekeraar, gemeente en provincie, zonmw projecten of andere subsidieringsmogelijkheden. Belangen voor verloskundigen kunnen formuleren. Zichtbare zorg: kwaliteitsindicatoren zij belangrijk ook voor de praktijk. Je kunt je regionaal ook onderscheiden als kring. Onderzoek: meewerken aan wetenschappelijk onderzoek is ook een kans voor de praktijk. Je kunt je eigen onderzoeksvragen formuleren ( VECAS) en aantonen aan verzekeraars, maar ook clienten dat je kwaliteit serieus neemt.

Rondom de Zwangere Samenwerking Gebruik maken van het lokale netwerk door pro-actief kennis te gaan maken bij zorgprofessionals en instellingen en gemeenten met een samenwerkingsvoorstel gebaseerd op de dagelijkse praktijk van de verloskundige Vertrekpunt is de zorginhoud Organisatie en (mogelijke) financiering zijn volgend Ros adviseur is betrokken en sturend, maar onafhankelijk Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS. Synchroniciteit: wat was er aan de hand? Zorginhoudelijk: kenmerken van de regio, achterstanden, etniciteit. Monitoren van de GGD, CBS etc, droge getallen, maar een wereld op zichzelf tijdens de dagelijkse praktijkvoering. De nood van de zwangeren greep ons aan. De zwangerschap als window of opportunities of awareness and change. Casuistiek inbrengen ter illustratie. Wie zijn onze partners voor zorginhoud. Welke rol kan de adviseur hierin spelen. Wie zijn onze partners: bekostiging. Welke rol kan de adviseur hierin spelen. Rol van de adviseurs: Proactief kunnen zijn, door op de hoogte te zijn van het hele speelveld van de geboortezorg. Zicht op de belangen van de praktijken en individuele beroepsbeoefenaren. Op de hoogte zijn van de ontwikkelingen van de bekostiging in de zorg Op de hoogte zijn van kansen ( experimenten samen met zorgverzekeraars) Op de hoogte zijn van de landelijke ontwikkelingen mbt organisatieveranderingen in de 1e lijn: cooperaties, verenigingen , stichtingen. Op de hoogte zijn van de geldstromen in de zorg: verzekeraar, gemeente en provincie, zonmw projecten of andere subsidieringsmogelijkheden. Belangen voor verloskundigen kunnen formuleren. Zichtbare zorg: kwaliteitsindicatoren zij belangrijk ook voor de praktijk. Je kunt je regionaal ook onderscheiden als kring. Onderzoek: meewerken aan wetenschappelijk onderzoek is ook een kans voor de praktijk. Je kunt je eigen onderzoeksvragen formuleren ( VECAS) en aantonen aan verzekeraars, maar ook clienten dat je kwaliteit serieus neemt.

Rondom de Zwangere Samenwerking Concreet Visietrajecten Expertbijeenkomsten Netwerkbijeenkomsten Businesscase Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS.

Rondom de Zwangere Samenwerking Succes en faalfactoren Spanningsveld VCT en andere praktijken, een lastige Versterking positie 1e lijns verloskundige in de regio Versterking positie 1e lijns verloskunde binnen VSV Beperkte financiering, toename werkdruk De zwangere centraal, gezamenlijk Zonmw project Gewoon Gezond Zwanger, onderzoek AVM Aansluiting geboortezorg en samenleving Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS.

Rondom de Zwangere Samenwerking Gezonde moeder en een gezond kind Liefdevolle en enigszins bewuste ouders Ondersteuning voor de ouders Maatschappelijk bewustzijn voor de kwetsbaarheid van elk gezin Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS.

Rondom de Zwangere Samenwerking Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS.

Rondom de Zwangere Samenwerking Voor de uitoefening van ons vak hebben we ons kunnen herorienteren door het verschijnen van het nieuwe beroepsprofiel in 2005. In het nieuwe beroepsprofiel voelden we ons voor het eerst erkend in wat we als verloskundigen deden in ons dagelijkse werk. Ons gevoel voor eigenwaarde als verloskundige groeide. De uitwerking van het profiel in rollen en competenties: medisch professional, coach en begeleider, voorlichter en counselor, casemanager, innovator en praktijkmanager. Wat ons vooral aansprak was ook de tekst over het maatschappelijk bewustzijn van de verloskundige. “de verloskundige zet haar vakspecifieke deskundigheid breed in, zodat zij een bijdrage levert aan de gezondheid en het welzijn van client, het kind en de gemeenschap als geheel”. Dit vooral wordt ook mooi verwoord in de definition of the midwife van het ICM. Wij hadden al lang het gevoel dat verloskundigen zich min of meer identificeerden met de bevalling en nog in engere zin, vooral met de thuisbevalling. Ook in de berichtgeving ging het steeds vooral over de bevalling, terwijl we juist tijdens de spreekuren merkten dat we zoveel meer zouden kunnen betekenen voor de zwangeren. Toen dan in 2006 er de stelselwijziging kwam en de Nza een beleidsregel formuleerde die innovatie mogelijk maakte was dat voor ons een kans om meer te doen met ons vak, gebaseerd op de competenties vanuit het beroepsprofiel. We hadden behoefte aan ondersteuning en hebben toen contact gezocht met onze ROS: stichting OOGG. Goede ervaringen hadden we al opgedaan met de ROS: als kring hadden we juist een meerjarenbeleidsplan geschreven samen met de ROS.