De tijd van de pruiken en de revoluties

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Revolutie in Frankrijk
Advertisements

Napoleon Bonaparte
Hoofdstuk 4: Pruiken en Revoluties
Rechtsstaat en democratie
4.1 De Pruikentijd.
Revolutie in Nederland
Paragraaf 1: Frankrijk in de 18e eeuw
De Bataafse Revolutie Paragraaf 2.5.
Frankrijk voerde oorlog tegen landen die bang waren voor een revolutie
Pruiken en revoluties – 1700 tot Aanloop naar de Franse Revolutie - De Franse revolutie - Napoleon grijpt de macht - Bataafse revolutie in de.
Kenmerk 30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en taatsburgerschap Les 2: Verloop van.
Kenmerk 30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en taatsburgerschap Les 1: Oorzaken.
Kenmerk 30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap Les 31: De Franse,
Franse revolutie( ).
Tijd van Pruiken en Revoluties
Tijd van Pruiken en Revoluties
18de eeuw Halverwege de 18de eeuw kwam de Verlichting (zie aantekeningen bij hoofdstuk 7 ) Vrijheidsrechten Verlichtingsfilosofen gingen uit van het idee.
Paragraaf 2.3 De Revolutie Begint!!.
Gevolgen van de revolutie
H2 De tijd van pruiken & revoluties
Ontwikkeling van politieke rechten.
4.3 Revolutie in Frankrijk
H 7 De tijd van pruiken en revoluties
17de eeuw: Wetenschappelijke revolutie
Tijd van Pruiken en revoluties
Wetenschappelijke revolutie
Tijd van pruiken en revoluties,
Pruiken en revoluties – 1700 tot Aanloop naar de Franse Revolutie - De Franse revolutie - Napoleon grijpt de macht - Bataafse revolutie in de.
Tijd van pruiken en revoluties,
Tijd van pruiken en revoluties,
Eén stem per afgevaardigde zul je bedoelen 600 burgers & boeren
Tijd van pruiken en revoluties,
Wat moet je weten aan het eind van de les
Wat moet je weten aan het eind van de les?
Wetenschappelijke revolutie
Welke groepen in Frankrijk waren ontevreden in de 18de eeuw
Opkomst van machtige vorsten 1.4. Vorsten brengen een scheiding aan tussen Kerk en Staat Tot de dertiende eeuw dachten de meeste Europeanen dat God maar.
Context 4 Verlichtingsideeën en de democratische revoluties
Eind 18 e eeuw: Uitbraak van democratische revoluties Welk land heerste er over Amerika begin 18 e eeuw?
H2 Pruiken en revoluties§2.3 Revolutie in Frankrijk Welke groepen in Frankrijk waren ontevreden in de 18 de eeuw en waarom waren zij ontevreden? Waarom.
Verlichting: Filosofische stroming uit de 18de eeuw waarin geloof en absolute macht plaats moest maken voor verstand, vrijheid en gelijkheid.
H8.3 Burgers aan de macht: Frankrijk
Pruiken en revoluties – 1700 tot 1800
Revoluties in Europa.
De tijd van pruiken en revoluties 4.3 Revolutie in Frankrijk.
Historische overzicht Bataafse Revolutie
4.1 de Pruikentijd.
23 Het streven van vorsten naar absolute macht 27 Rationeel optimisme en een ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving:
Waarom is de Franse revolutie eigenlijk belangrijk?
De tijd van burgers en stoommachines H10 Politieke strijd en emancipatie Vroegmoderne tijd 19 e eeuw Paragraaf 10.1 ‘Conservatisme en liberalisme’
Tijdvak 7 De tijd van pruiken en revoluties Paragraaf 8.3 Burgers aan de macht.
Pruiken en revoluties 4.5 Europa onder Napoleon
Revolutie in Nederland
Pruiken en revoluties 3.2 Revolutie in Frankrijk
Revolutie in Frankrijk
Tijd van pruiken en revoluties 1700 – 1800
Pruiken en revoluties 3.1 De pruikentijd
Pruiken en revoluties 4.1 De pruikentijd
Pruiken en revoluties 4.3 Revolutie in Frankrijk
Tijd van pruiken en revoluties 1700 – 1800
Pruiken en revoluties 4.4 Revolutie in Nederland
VROEG MODERNE TIJD De democratische revoluties is westerse landen, discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.
HOOFDSTUK 1 NEDERLAND VAN 1848 TOT 1914
Cursus 3.3 Hoe zijn rechten en plichten geregeld? Klas 2 BK Lesweek 3
Cursus 3.2 Hoe verloren vorsten hun macht Klas 2 BK Lesweek 4
Cursus 3.3 Hoe zijn rechten en plichten geregeld? Klas 2 KGT Lesweek 3
Cursus 3.2 Hoe verloren vorsten hun macht Klas 2 KGT Lesweek 6
Aantekening van: Revolutie in Nederland Napoleon
Machtsbasis Twee elkaar versterkende monopolies
Transcript van de presentatie:

De tijd van de pruiken en de revoluties H2 par. 1 t/m 7 HAVO 2

Frankrijk voor de Franse revolutie Standensamenleving: Eerste stand:geestelijken Tweede stand: adel Derde stand: rijke burgerij(bourgeoisie) & armen/boeren geestelijken Bidden voor veiligheid adel Strijden voor veiligheid Rijke burgers en boeren Land bewerken/iedereen voorzien van voedsel

Wat ging er mis? Ontevredenheid 3e stand (1e en 2e stand privileges) Duur hofleven Kostbare oorlogen Strenge winters/tegenvallende oogsten  hongersnood GELDNOOD !!! Gevolg: In 1789 riep Lodewijk XVI vertegenwoordigers van de drie standen bijeen in de Staten-Generaal  belastingverhoging

Noteer je antwoord, we gaan het zo checken! De 18de eeuw was de eeuw van de verlichting? Ja of nee Wat betekende de verlichting voor de koning en de kerk? Hoe dachten verlichte denkers over het bestuur van een land?

Hier komen de antwoorden,controleer of je op de goede weg zit. Ja Mensen geloofde niet meer dat de koning door God was aangesteld. Dit hield dus in dat niet automatisch al zijn beslissingen goed waren. Je moest zelf over alles nadenken en kritisch zijn, ook tegenover de Kerk. Niemand mocht je vrijheid, gezondheid of het bezit van iemand anders schaden. Je moest met verstand een land besturen. Iedereen moest vrij zijn, gezond zijn en had recht op eigen bezit .

Wie was Montesquieu? Montesquieu was een “verlichte denker”. Hij legt in brieven/boeken uit in 1748 hoe je de absolute macht van een vorst tegen kan gaan Scheiding der machten De koning legt hierna CENSUUR op. parlement Maken de wetten Koning en regering Voeren de wetten uit rechters Geven straffen Wetgevende macht Uitvoerende macht Rechterlijke macht

Zet de volgende activiteiten op de juiste volgorde: A-Verlichte denkers hebben kritiek op de koning B-dood van Lodewijk C-grondwet D-Lodewijk wil de belasting verhogen E-dood van Marie-Antoinette F-Nationale vergadering G-de Terreur H-Napoleon als keizer I-Directoire

De juiste volorde is: A D F C B E G I H

Wat is er na de revolutie veranderd? Er kwam een einde aan de standensamenleving. Iedereen was gelijk en had gelijke rechten. De boeren hadden meer welvaart, de kerk juist minder. De koning werd steeds minder machtig en kreeg een minder belangrijke rol in de politiek, uiteindelijk geen koning. De burgers hadden het zelf voor het zeggen, kregen inspraak in het bestuur van het land. De revolutie was heftig, het zorgde voor een “domino effect”

Wat was de invloed van Napoleon? Grondwet die gold voor iedereen (mensen waren vrij en hadden gelijke rechten) Iedereen had grondrechten: -vrijheid van meningsuiting -vrijheid van drukpers -vrijheid van godsdienst Achternamen en geboorteplaatsen werden genoteerd Napoleon liet wetboeken maken, dus betere rechtspraak

Hoe liep het af met Napoleon? De mislukking van de Russische veldtocht in 1812 zorgde voor onvrede, dit was het begin van het einde voor het bewind van Napoleon In 1815 werd hij bij de slag van Waterloo verslagen Hij werd verbannen naar Sint-Helena (een eiland)

De bataafse revolutie 1787:mislukte opstand patriotten 1795:Fransen trekken Nederland binnen, start Betaafse revolutie Stadhouder Willem V vlucht Ontstaan burgerlijke stand (adres en achternaam) 1813 verdwenen de Fransen uit Nederland

Catharina de Grote/het Mogolrijk Kies uit de volgende 3 opdrachten: Werk in tweetallen, geef elkaar een korte presentatie over paragraaf 6 en 7. Kies alle twee een andere paragraaf) Arceer de hoofdzaken(kleur 1) en bijzaken(kleur 2) op de kopie van paragraaf 6 en 7. Maak een woordweb over pargraaf 6 en 7