Hoofdstuk 1 Ontdekkers en Hervormers 1.2 Kerkhervorming
Wat gaan we doen vandaag? Bespreken 1.2 A en B Lezen 1.2 A en B Aantekeningen Luther en Reformatie Aantekeningen Calvinisme en Hagepreken Lezen “het verhaal van Karel V” Filmpje Karel V
Aantekeningen §1.2 A Door de nieuwe manier van denken ontstaat er ook kritiek op de kerk (o.a. door Luther): extreme luxe in de kerken geestelijken hielden zich niet aan de regels de handel in aflaten verering van heiligen bijbel was alleen in Latijn geschreven In plaats van een verandering in de Katholieke Kerk, scheurt de kerk in tweeën. Er komt een nieuwe kerk bij: de Protestanten Clip
Luther timmert in 1517 zijn 95 stellingen op de kerkdeur in Wittenberg Clip 95 stellingen
Aantekeningen §1.2 A Maarten Luther (1483 – 1546) Dacht dat een diep geloof de enige manier was om vergeving van God te krijgen en in de hemel te komen. Een mens kon die plaats niet kopen. Iedere gelovige moest de Bijbel lezen en bidden om tot het zuivere geloof te komen. Daarvoor had je geen priesters nodig. Keurde de verering van heiligen af, omdat daarover niets in de Bijbel stond. De beweging van Luther leidde tot de Reformatie. Door de boekdrukpers konden de ideeën van Luther goedkoop en gemakkelijk verspreid worden
Aantekeningen §1.2 A Reformatie = splitsing van het christendom in rooms-katholieken en protestanten in de 16 e eeuw Kerkhervorming = De beweging van christenen die in de 16 e eeuw probeerden de kerk te veranderen (hervormen). De rooms-katholieke kerk viel uiteen in RK, die trouw bleven aan de paus in Rome, en Protestanten (christenen die naar Luther en andere hervormers luisterden zoals Calvijn).
Aantekeningen §1.2 B Calvinisme = protestantse stroming, begonnen met de ideeën van Johannes Calvijn (1509 – 1564) Hagenpreken = preken van protestantse predikanten in de open lucht. Johannes Calvijn
Hagepreek aan de Loevenhoutsedijk. Augustus 1566
Hagepreek bij de Hoornbrug bij Rijswijk. Augustus 1566
Karel V
Keizer Karel V (1500 –1558) Uit het Huis Habsburg, was sinds 1506 landsheer van uiteindelijk (1543) alle Nederlandse gewesten. Als zijn grootste nederlaag ervoer hij het feit dat hij de christelijke eenheid van Europa niet had weten te behoeden voor de scheuring die de Reformatie teweegbracht. Op nationaal niveau heeft Karel V voor zijn erflanden Spanje en de Nederlanden de basis gelegd voor een moderne eenheidsstaat. De heerschappij van keizer Karel V vormt de overgang van de Middeleeuwen naar de Nieuwe Tijd.
Het Heilige Roomse Rijk en de erflanden van Karel V tegen het eind van zijn regeerperiode
Maken vragen 1.2 B (eventueel als huiswerk)