Hoofdstuk 4 De Weimar Republiek I 1919-1933 Duitsland 1871-1945 Hoofdstuk 4 De Weimar Republiek I 1919-1933

De politiek van Weimar Grondwet(juli 1919) zie opdracht Grote macht voor de rijkspresident (artikel 48, in noodgevallen kan hij regeren via noodverordeningen buiten het parlement om) Wel algemeen kiesrecht Politiek in de praktijk Weimar coalitie (SDP, Zentrum, DDP) geen meerderheid: minderheidskabinetten Veel kabinetswisselingen(15 regeringen in 13 jaar) Belangrijkste groepen uit de samenleving steunen de republiek niet(Der Kaiser ging, die Generale blieben)

Het volk is gefrustreerd vanwege: Verlies oorlog (gevoed door dolkstootlegende) Vrede van Versailles (vernederende vredesvoorwaarden) Ontstaan van veel staatsgrepen (bijv. Kapp putsch in 1920 en Hitler met Ludendorff in 1923) Veel politieke moorden

De pijlers van de samenleving (steunen Weimar niet) Republiek zonder republikeinen Het leger De kerk De ambtenaren De adel (Jonkers) De industriëlen

Vrede van Versailles Inhoud van het verdrag van Versailles Leger van 100.000 soldaten Inleveren van koloniën (waren er toch al weinig) Gebiedsafstand en beperkingen (zoals inleveren van Elzas-Lotharingen) Herstelbetalingen van 132 miljard goudmark Duitsland krijgt het opgedrongen (het dictaat) en bovendien de schuld van de hele oorlog

De economie van Weimar Directe schade vanuit de oorlog (overschakelen van een oorlogseconomie bijv.) Herstelbetalingen drukken zwaar Regering komt herstelbetalingen niet na  Frankrijk bezet het Ruhrgebied: Duitse arbeiders gaan staken en de Duitse bank drukt biljetten bij om hun uitkeringen te betalen  Hyperinflatie (geld niets waard: enorme prijsstijgingen)

Hitler Geboren in Oostenrijk Wil kunstenaar worden, maar wordt afgewezen. Geeft de Joden de schuld Neemt in 1914 dienst in het Duitse leger. Schopt het niet verder dan korporaal. Raakt gewond. Gaat in 1918 naar Munchen Wordt lid van een klein partijtje (DAP) Wordt leider (redenaarstalent) en partij gaat NSDAP heten Pleegt in 1923 mislukte staatsgreep Gaat de gevangenis in en schrijft daar “Mein Kampf”

De gouden jaren (1925-1929) De VS helpt Duitsland met verstrekken van leningen (Dawesplan 1924) Meer stabiliteit door politicus Stresemann: belooft Versailles na te leven (Erfüllungspolitiek) Belooft herstelbetalingen weer af te lossen Voert rentemark in Rijkspresident Ebert wordt vervangen door de populaire Hindenburg (1925) Internationaal telt Duitsland weer mee (verdrag van Locarno 1925 en lid van de Volkenbond 1926) Gevolgen voor Duitsland Economische en culturele bloei Politieke rust (NSDAP en KPD nauwelijks stemmen)