Hier worden leningen of kredieten verstrekt 2 deelmarkten: Geldmarkt: Kortlopende kredieten (1 a 2 jr) Kapitaalmarkt: Langlopende kredieten (langer dan 2jr)
Kortlopend of langlopend Risico De inflatie op dat moment
Stijging algemeen prijspeil Geldontwaarding Indexcijfer noemen we het cpi: consumentenprijsindex
Nominaal is wat je ziet. Reëel is gecorrigeerd door de inflatie Berekening Reële cijfers Indexcijfer nominaal CPI* 100
Stel het nominale inkomen stijgt met 5% en de prijzen met 4%. Met hoeveel procent stijgt/daalt het reële inkomen? Antwoord: 105 / 104 x 100% = 100,96. Dus het reële inkomen stijgt met 100,96 – 100 = 0,96% Stel het nominale inkomen stijgt met 4,5% en de prijzen met 7%. Met hoeveel procent stijgt/daalt het reële inkomen? Antwoord: 104,5 / 107 x 100% = 97,66. Dus het reële inkomen daalt met 100 – 97,66 = 2,34%
Nominale rente bestaat uit: Vergoeding uitstel consumptie Vergoeding risico dat gelopen wordt Vergoeding voor inflatie (prijsstijging) De eerste twee punten vormen de reële rente. Je ziet bij een bank staan: rente 4,6% Dit is de nominale rente 1 investeringsopbrengst / investering x 100%
Nominale rente 4,5% Inflatie 2,5% Dus de reëele rente is 104,5 / 102,5 *100 = 101,95 1,95% De reëele rente is: indexcijfer nominale rente / prijsindexcijfer x 100%