Hoofdstuk 8 Brieven en e-mails Deel 6: Schrijven Hoofdstuk 8 Brieven en e-mails 1
8.1 Vorm van de brief 1. Afzender 2. Datering 3. Adressering 4. Onderwerp 5. Aanhef 6. Briefinhoud 7. Ondertekening 8. PS 9. Bijlage(n)
8.1.1 Afzender Voorbeeld privé: Voorbeeld organisatie: Ceciel Groenewoud Klaverpas 156 6652 EN Druten cgroenewoud@gmail.com 06-93710472 Voorbeeld organisatie: Taxi Actie BV Logistiek Postbus 392 6294 AA Vijlen
8.1.2 Datering Plaatsnaam: Datum: met hoofdletter Datum: dag en jaar in cijfers, maand in letters Zet tussen plaats en datum een komma. Aan het eind van de datering komt geen punt. Voorbeeld: Druten, 16 september 2013
8.1.3 Adressering Voorbeeld privé: Voorbeeld organisatie: Dhr. S.P. van Holst Lindelaan 82 1282 XP Loosdrecht Voorbeeld organisatie: Gemeente Druten Burgerzaken T.a.v. mw. L.J.A. Zwart Postbus 38224 6652 KL Druten
8.1.4 Onderwerp De inhoud van de brief in een of enkele woorden. Zet ‘Betreft:’ of ‘Onderwerp:’ ervoor. Aan het eind van het onderwerp komt geen punt. Voorbeeld: Onderwerp: spelfouten in documenten
8.1.5 Aanhef De begroeting in een brief. Voorbeeld: Begin met een hoofdletter. Eindig met een komma. Voorbeeld: Geachte heer Zwart,/Geachte mevrouw Zwart,
8.1.6 Briefinhoud De inleiding. Middenstuk: Slot: Geef de reden voor het schrijven van de brief. Begin met een hoofdletter. Middenstuk: Geef meer informatie over het onderwerp. Bespreek één deelonderwerp per alinea. Slot: Geef aan wat je van de lezer verwacht of vat de boodschap samen.
8.1.7 Ondertekening Voorbeeld privé: Voorbeeld organisatie: Met vriendelijke groet, Gerard Groenen Voorbeeld organisatie: Met vriendelijke groet, Redactiebedrijf Schrijf Gerard Groenen redacteur
8.1.8 PS Postscriptum (PS): naschrift. Als je een laatste opmerking wilt benadrukken. Voorbeeld: PS Zie mijn website voor meer informatie.
8.1.9 Bijlage(n) Bij meer dan één bijlage: nummeren. Voorbeeld: Bijlagen: 1 spellingsregels 2 gemaakte fouten
8.1.10 Envelop
8.2 Inhoud zakelijke brief Zakelijke toon: Houd de toon beleefd en rustig. Heldere en ondubbelzinnige inhoud: Gebruik zo min mogelijk woorden. Behandel alleen hoofdzaken. Eenvoudig taalgebruik: Vermijd moeilijke woorden en lange zinnen. De lezer: Houd rekening met voorkennis lezer.
8.3 Zakelijke e-mail Adressering: Afzender: Vul de e-mailadressen van geadresseerden in bij ‘aan’. Stuur iemand een kopie via ‘cc’. Stuur iemand onzichtbaar een kopie via ‘bcc’. Afzender: Zorg voor een serieus e-mailadres. Aanhef, inhoud en ondertekening: Zijn hetzelfde als bij een zakelijke brief. Bijlagen: Geef bestanden een duidelijke naam.