Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Zorginspectie
2
Wanneer? Proefinspecties zijn afgelopen, inspecties zijn gestart.
Nieuwe vergunningen zullen binnen het jaar inspectie krijgen. Algemene inspectie om de 5 jaar: Organisator : uitgebreide (aangekondigde) inspectie kinderbegeleiders : korte (onaangekondigde) inspectie Nieuwe vergunningen: nieuw gestart, verhuis, gezins- naar groepsopvang en andersom. Tijdens de inspectie van de organisator wordt onderzocht hoe alles is uitgewerkt in het kwaliteitshandboek, de procedures. Bij de inspecties bij de kinderbegeleiders wordt nagegaan hoe deze theorie in praktijk wordt toegepast.
3
Hoe? Zorginspectie zal bij de kinderbegeleiders korte controles (+-1u) uitvoeren, telkens een selectie van aandachtspunten. Basis = referentiekader Kind en Gezin Niet alleen de theorie maar vooral de praktijk Gaan ook in op wat ze zien tijdens inspectie Maken verslag met aandachtspunten en tekortkomingen. Bepalen van verantwoordelijkheid Verslag Referentiekader ZI bepaalt zelf welke elementen tijdens een inspectie aan bod komen. Deze elementen zijn een selectie uit clusters van het referentiekader. Het referentiekader is ontwikkeld door K&G, en omvat alle regelgeving (het decreet), de doelstelling van de regelgeving, waar je meer informatie kan terugvinden en een mogelijke invulling die K&G aan deze regelgeving geeft. voorbeeld Niet theorie, wel praktijk De kinderbegeleiders worden 5-jaarlijks onaangekondigd geïnspecteerd en hoeven over geen volledig op maat uitgewerkt kwaliteitshandboek te beschikken. Zij moeten wel op de hoogte zijn van hun rol in bepaalde procedures. Zo moeten zij o.a. weten wat er van hen verwacht wordt wanneer zij een klacht ontvangen of zij moeten op de hoogte zijn van het wenbeleid van de organisator. Gaan in op wat ze zien Bv als ze zien dat er huisdieren rondlopen, als er veel spullen op de trap liggen en de rustruimte is boven, … Aandachtspunten en tekortkomingen aandachtspunt: als een advies van Kind en Gezin niet gevolgd wordt, spreken ze van een aandachtspunt. Voorbeeld: tekortkoming: als de regelgeving niet gevolgd wordt, spreken ze van een tekortkoming Voorbeeld: attest goed gedrag en zeden is vervallen, er is onvoldoende leefruimte, … Verantwoordelijkheid Verantwoordelijkheid: indien er aandachtspunten of tekortkomingen zijn, gaat Zorginspectie bekijken bij wie de verantwoordelijkheid ligt, de kinderbegeleider of de organisator. Wij als organisator werken geen crisisprocedure uit en informeren jullie hier niet over. Tijdens een inspectie kunnen jullie niet aantonen over een procedure in geval van crisis te beschikken. Zorginspectie zal ons verantwoordelijk achten voor deze tekortkoming. Wij als organisator werken een crisisprocedure uit en bezorgen jullie het nodige materiaal. Jullie passen deze procedure niet aan op maat van je opvang. Zorginspectie zal jullie verantwoordelijk achten voor deze tekortkoming. Verslag ZI bezorgt jullie en ons een verslag. Het is mogelijk om op dit verslag opmerkingen te formuleren.
4
Inhoud inspectiebezoek
Inhoud is voor iedereen verschillend, selectie van elementen uit het referentiekader. Globaal gesproken zijn er 4 zaken die ze kunnen inspecteren: Infrastructuur Administratie persoonlijk dossier, aanwezigheidsregister, inlichtingenfiches, risico-analyse Procedures Dagelijkse werking De inhoud van een inspectiebezoek is voor iedereen verschillend. Ze maken een selectie van elementen uit de verschillende clusters van het referentiekader. De aspecten die ze controleren kunnen globaal gezien onder 4 categorieën verzameld worden: Infrastructuur: de regelgeving rond infrastructuur is door ons bij de start van het decreet nagegaan en wordt jaarlijks opgevolgd op wijzigingen. ZI kan dit controleren: bv voldoende leef en rustruimte, keukenzone, toegangszone, voldoende bedden, … Administratie Persoonlijk dossier: elke kinderbegeleider moet over bepaalde attesten beschikken. Deze bundel je best in een persoonlijk dossier. Je kan dit dossier bewaren in de Infomap Kinderopvang bij het eerste blanco tabblad. Wij volgen jaarlijks op welke attesten vernieuwd moeten worden, en informeren jou waar je voor moet zorgen. Bv kwalificatieattest, attest GGZ, medisch attest, … Je beschikt zelf over de originele attesten in je dossier op de opvanglocatie, wij beschikken over een kopie van je volledige dossier. Aanwezigheidsregister: registratie van alle aanwezige kinderen Gezinsopvang: prestatiepapieren met uurvermelding voldoende. Inspectie verwacht ook een registratie van aanwezige kinderen onder de 12 jaar die niet opgevangen worden via de dienst: eigen kinderen, kleinkinderen, speelkameraadjes, … Momenteel zijn hier volop besprekingen rond. Groepsopvang: prestatiepapieren met uurvermelding niet voldoende. Prestatiepapieren: geen uurvermelding meer (uitzondering bij aanrekenen boete te laat). Aparte registratie. met meer informatie hierover volgt nog, starten hiermee 01/04/2015. Inlichtingenfiches: van elk kind in opvang moet je over een inlichtingenfiche beschikken. Normaal ontvang je die van ons. Ontbreken er, kan je ze altijd opvragen. Bij een reserveopvang zal je deze inlichtingenfiche ook ontvangen. Inspectie zal nakijken of er bij personen brengen/halen iets staat ingevuld. Gewoon blanco was voor ons: niets speciaal. Moet voor inspectie concreet zijn: wie mag wel, wie mag niet. Onvolledige bespreken met ouders en bijschrijven. Risico-analyse: gaan aanwezige risico-analyse bekijken en enkele concrete vragen stellen. Heb je al aandachtspunten gehad? Wat heb je hier verder mee gedaan? Is dit al in orde en zo nee tegen wanneer zal je dit in orde brengen? Procedures: bevragen ze de theorie van een aantal procedures (niet onze theorie maar die op maat van de opvanglocatie) vb crisisprocedure, grensoverschrijdend gedrag, klachten, … Dagelijkse werking: vragen over hoe je werkt
5
Voorbeelden Welke maatregelen heb je genomen ivm veilig slapen / wiegendood?
6
Wiegendood Kinderen worden op de rug te slapen gelegd
Er wordt in de rustruimtes niet gerookt Omgevingstemperatuur: ideaal 18°-20° Veilig bed/wiegbedje Gebruik geen kussens en dekbedden Hou toezicht (extra toezicht na huilbuien, bij start opvang, zieke kinderen, medicatie, …) Geen grote knuffels ed in bed
7
Voorbeelden Wat doe je als een kind in je opvang ziek wordt?
8
Ziek in de opvang Vooraf:
Inlichtingenfiche met alle nodige informatie (gezondheid kind, contactgegevens, …) Kind wordt ziek: Ouders contacteren en afspraken maken over ophalen Kind verder opvolgen, voldoende toezicht Indien nodig huisarts of hulpdiensten contacteren HHR: De kinderbegeleider(s) verwittigen de ouder(s) als het kind gedurende de dag ziek wordt. Samen maken jullie afspraken over de zorg van het kind. Soms kan het nodig zijn dat je je kind zo snel mogelijk afhaalt. Als je niet bereikbaar bent, neemt de kinderbegeleider(s) contact op met de vertrouwenspersoon of de huisarts (inlichtingenfiche). In geval van nood belt de kinderbegeleider(s) onmiddellijk een arts of de hulpdiensten en brengt je zo snel mogelijk op de hoogte.
9
Voorbeelden Wat doe je als ouders je op de hoogte brengen dat hun kind een besmettelijke ziekte (bijvoorbeeld hand-mond-voet-ziekte) heeft?
10
Besmettelijke ziekte Informeren over de ziekte: Tips opvolgen
Contact opnemen met ons Opzoeken: > gezondheid en vaccineren > Ziek? Tips opvolgen Indien nodig andere ouders op de hoogte brengen
11
Voorbeelden Hoe ga je om met geneesmiddelen in je opvang?
Dien medicatie zoveel mogelijk thuis toe. Vraag aan je arts om medicatie voor te schrijven die je zelf ‘s morgens en ’s avonds kan toedienen. De opvang kan enkel medicatie toedienen met een voorschrift van de behandelende arts/apotheker en als de wijze van toedienen haalbaar is in de opvanglocatie. Vraag een attest aan de arts/apotheker met de volgende gegevens: naam van de medicatie naam van de arts naam van de apotheker (als het een attest is van de apotheker) naam van het kind datum van aflevering en vervaldatum dosering en wijze van toediening wijze van bewaren einddatum en duur van de behandeling De arts of apotheker kan deze info noteren in het volgboekje van je kind. Meld altijd als je kind medicatie krijgt. Koortswerend middel De kinderbegeleider(s) mag, na consultatie en akkoord van de ouder(s), éénmalig een koortswerend middel (vloeibaar, op basis van paracetamol) toedienen aan het kind. De kinderbegeleider noteert nauwkeurig de naam van het koortswerend middel, de toegediende hoeveelheid, het uur van toedienen en overhandigt deze notitie aan de ouder of de persoon die het kind afhaalt in de opvanglocatie. stappenplan toedienen koortswerend middel
12
Geneesmiddelen Koortswerend middel:
Éénmalig koortswerend middel volgens stappenplan koorts toedienen Andere medicatie Enkel op voorschrift, bij voorkeur zo veel mogelijk thuis Registreren in heen- en weerboekjeboekje Dien medicatie zoveel mogelijk thuis toe. Vraag aan je arts om medicatie voor te schrijven die je zelf ‘s morgens en ’s avonds kan toedienen. De opvang kan enkel medicatie toedienen met een voorschrift van de behandelende arts/apotheker en als de wijze van toedienen haalbaar is in de opvanglocatie. Vraag een attest aan de arts/apotheker met de volgende gegevens: naam van de medicatie naam van de arts naam van de apotheker (als het een attest is van de apotheker) naam van het kind datum van aflevering en vervaldatum dosering en wijze van toediening wijze van bewaren einddatum en duur van de behandeling De arts of apotheker kan deze info noteren in het volgboekje van je kind. Meld altijd als je kind medicatie krijgt. Koortswerend middel De kinderbegeleider(s) mag, na consultatie en akkoord van de ouder(s), éénmalig een koortswerend middel (vloeibaar, op basis van paracetamol) toedienen aan het kind. De kinderbegeleider noteert nauwkeurig de naam van het koortswerend middel, de toegediende hoeveelheid, het uur van toedienen en overhandigt deze notitie aan de ouder of de persoon die het kind afhaalt in de opvanglocatie. stappenplan toedienen koortswerend middel
13
Voorbeelden Wat doe je als een kind in je opvang zich in een levensbedreigende situatie bevindt?
14
Crisisprocedure: levensbedreigende situatie
Vaststellen van de mogelijke levensbedreigende situatie. Controleer de vitale functies. Zorg voor de veiligheid van jezelf en de andere kinderen. Probeer vast te stellen wat er is gebeurt, en hoe het kind er aan toe is. Bied eerste hulp aan het slachtoffer. Eventueel starten met reanimatie. Roep gepaste gespecialiseerde hulp in (huisarts, ambulance, antigifcentrum..) Geef de hulpdiensten alle nodige informatie en doe altijd wat zij je opdragen. Z org dat je op de hoogte bent van wat er met het slachtoffer gebeurt (naar welke ziekenhuis/welke dienst hij/zij wordt gebracht). Verwittig zodra dit mogelijk is de persoon die je bijstaat in nood: je achterwacht Verwittig zodra dit mogelijk is de dienst. Maak samen afspraken over de communicatie. Deze procedure zit in je crisismap! Vaststellen van de mogelijke levensbedreigende situatie. Controleer de vitale functies. Zorg voor de veiligheid van jezelf en de andere kinderen. Probeer vast te stellen wat er is gebeurt, en hoe het kind er aan toe is. Bied eerste hulp aan het slachtoffer. Eventueel starten met reanimatie. Roep gepaste gespecialiseerde hulp in (huisarts, ambulance, antigifcentrum..) Zeg wie je bent en waar je je bevindt. Leg uit wat er gebeurt is, wie het slachtoffer is en hoe hij er aan toe is Beantwoord eventuele vragen van de hulpverleners Geef de hulpdiensten alle nodige informatie en doe altijd wat zij je opdragen. Zorg dat je op de hoogte bent van wat er met het slachtoffer gebeurt (naar welke ziekenhuis/welke dienst hij/zij wordt gebracht). Verwittig zodra dit mogelijk is de persoon die je bijstaat in nood: je achterwacht Verwittig zodra dit mogelijk is de dienst. Maak samen afspraken over de communicatie. Indien je zelf de ouders van het slachtoffer wil verwittigen, bespreek dan samen met de dienstverantwoordelijke welke boodschap zal gegeven worden. Indien je niet in staat bent om zelf de ouders van het slachtoffer te verwittigen zal de dienstverantwoordelijke deze taak op zich nemen. De dienst: - contacteert de ouders van de andere kinderen - brengt je op de hoogte van de administratieve formaliteiten - brengt K&G op de hoogte en spreekt met de pers
15
Voorbeelden Wat doe je als je een vermoeden hebt dat er bij een kind in je opvang sprake is van grensoverschrijdend gedrag? Vb. je maakt je zorgen over een kind maar vindt het moeilijk om direct over verwaarlozing te spreken.
16
Grensoverschrijdend gedrag
Preventief: Alert zijn voor signalen en risico-factoren Bezorgdheden delen en bespreken Open communicatie met ouders Stappenplan Signaal herkennen en vermoeden formuleren Aanpakken van vermoeden Aanpakken van een feit Evalueren Zie bijlage
17
Voorbeelden Hoe is jou beleid rond wennen?
18
Wenbeleid Wenbeleid van de dienst: zie HHR
Eigen invulling voor wennen: Hoe verloopt een kennismakingsgesprek? Laat je kinderen op voorhand wennen? Hoe doe je dit concreet? Wenbeleid van de dienst: zie HHR HHR: Voor de start van de opvang kan je samen met de kinderbegeleider(s) in de opvanglocatie afspraken maken over de mogelijkheid om je kindje te laten wennen. Onderzoek heeft uitgewezen dat de eerste dagen van de opvang zorgen voor stress: nieuwe mensen, nieuwe geluiden, nieuwe geuren, enz. Ook voor de ouders is het een grote stap. Door te wennen verloopt de overgang van thuis naar de opvang gemakkelijker. Wenmomenten vinden dan ook plaats, kort voor de eigenlijke opvang start. Bespreek samen met de kinderbegeleider(s) de mogelijkheden, en maak duidelijke afspraken. Kom je samen met je kindje, dan wordt er geen opvangmoment aangerekend en ben je zelf verantwoordelijk. Komt je kindje (kort) alleen naar de opvang, dan wordt er een opvangmoment aangerekend. Dit wenmoment kan pas plaatsvinden nadat het inschrijvingsdossier volledig is. Enkele voorbeelden van wenmomenten: Je gaat samen met je baby/peuter langs bij de kinderbegeleider(s). Je bespreekt samen met de kinderbegeleider(s) de inhoud van de inlichtingenfiche en maakt afspraken. Je informeert haar/hem over de gewoontes van je kind. Je brengt je baby/peuter één of enkele korte momenten naar de opvang. Je zorgt er bij voorkeur voor dat je kind tijdens dit moment niet moet eten of slapen. Je brengt je baby/peuter één of enkele langere momenten naar de opvang, waarbij het ritme van de opvang (eten en slapen) opgevolgd wordt. Ook als je kind langdurig afwezig is geweest kan je afspraken maken om opnieuw te wennen.
19
Voorbeelden Wat doe je als ouders een opmerking of een klacht hebben?
20
Klachten HHR Bespreekt opmerking/klacht met ouders en probeer gezamenlijk tot een overeenkomst te komen. Lukt dit niet, dan kan je de ouders naar ons doorsturen. Opmerkingen worden opgenomen tijdens huisbezoeken Klachten worden volgens klachtenprocedure behandeld Ouders kunnen ook bij Kind en Gezin terecht.
21
Voorbeelden Hoe wordt de tevredenheid bij de ouders opgevolgd?
22
Tevredenheidsmeting ouders
Door organisator (= de dienst) om de 2 jaar Ouders krijgen via vragenlijst Resultaten worden per opvanglocatie gebundeld Verantwoordelijke bespreekt resultaten met opvanglocatie tijdens een huisbezoek
23
Infomap Kinderopvang Gebruik de infomap Kinderopvang voor het bewaren van: Inlichtingenfiches kinderen en aanwezigheidsregister (kinderen) Huishoudelijk reglement (regelgeving) Crisisprocedures (procedures) Evacuatieplan (procedures) Risico-analyse (veiligheid) Eigen materiaal …. Groepsopvang: aparte map veiligheid Tijdens een inspectie kan je altijd de infomap gebruiken om bepaalde vragen te ondersteunen. Als alles bij elkaar zit zal je minder op zoek moeten naar wat we wil aantonen. Voorbeelden eigen materiaal ons of opvanglocatie Eigen brief ouders bij kennismakingsgesprekken Stappenplan koorts
24
Pedagogisch beleid: 8 peilers
wennen; een gevarieerd aanbod aan spelmateriaal, bewegings- en andere activiteiten, zowel voor binnen als buiten; regelmaat in de dagindeling; een methode om het welbevinden en de betrokkenheid van de kinderen na te gaan; een taalbeleid dat de Nederlandse taalverwerving van elk kind stimuleert; het bevorderen van een onderling respectvolle houding; de continuïteit in de begeleiding van de kinderen; een actief, auditief en visueel toezicht, ook tijdens de slaapsituatie; een permanente begeleiding van de kinderen. Pedagogisch beleid: momenteel nog niet aangezien dit toch een nieuw element in de regelgeving is. Vanaf 01/04/2016 moet elke organisator in het kwaliteitshandboek zijn pedagogisch beleid uitschrijven.
25
Algemeen Je mag ons contacteren, inspectie loopt ondertussen wel verder. Vertel vanuit je praktijk. Gebruik de infomap ter ondersteuning om zaken aan te tonen. Je ontvangt nadien een verslag waarop opmerkingen geformuleerd mogen worden.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.