De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

H5: verzorgingsstaat.

Verwante presentaties


Presentatie over: "H5: verzorgingsstaat."— Transcript van de presentatie:

1 H5: verzorgingsstaat

2 § 4: van nachtswakersstaat tot verzorgingsstaat
Negentiende eeuw nachtwakersstaat: - orde handhaving - bescherming - voorzieningen waarin particulieren zelf niet kunnen voorzien - rijken zorgen voor zichzelf - armen zijn afhankelijk van familie, de kerk en van ‘giften’ van rijken.

3 § 4: van nachtswakersstaat tot verzorgingsstaat
Verzorgingsstaat ontstond begin 20e eeuw door: Toenemende bewustwording van de kosten van industrialisering Gevaar maatschappelijke onrust Toenemende invloed van de arbeidsers beweging

4 § 4: van nachtswakersstaat tot verzorgingsstaat
1854: armenwet 1886: sociale quaestie;parlementaire enquete 1889: ontstaan arbeidsinspectie en kinderwetje van Van Houten (1874) effectief 1895/1914: industrialisering 1900: leerplichtwet 1901: ongevallenwet (begin verzorgingsstaat 1943: commissie-Van Rijn 1952: werkloosheidsverzekering 1956: Algemene ouderdoms wet 1965: algemene bijstandswet 1967: wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering 1976: arbeidsongeschiktheidswet

5 § 4: van nachtswakersstaat tot verzorgingsstaat
Soevereiniteit in eigen kring - protestants-christelijke opvatting - maatschappelijke groepen binnen eigen kring moeten voor elkaar zorgen. - overheid niet mee bemoeien Subsidariteitsbeginsel - katholieke opvatting - financiering armenzorg door overheid wel geaccepteerd - zodra burgers zelf initiatieven toonden: overheid terugtrekken.

6 §4: van nachtwakersstaat tot verzorgingsstaat
Democratische driehoek: Staat (overheid) Wetten en regels Civil society Markt (burgermaatschappij) (economie) Betekenisvolle structuren handel en bedrijvigheid Sociaal democratisch Christen democratisch Liberaal

7 § 5: de verzorgingsstaat
Nederland: geen totale gelijkheid, geen totale vrijheid: midden weg, belangrijke waarden: Particulier initiatief Maatschappelijke harmonie Solidariteit Tegengaan sociale ongelijkheid Vrije ondernemingsgewijze productie

8 Sociale Zekerheid § 5: de verzorgingsstaat
Zorgt er (sinds jaren 60) voor dat niemand onder het SOCIAAL MINIMUM hoeft te leven verzamelterm voor voorzieningen en verzekeringen. Sommige zijn wettelijk verplicht en algemeen geldend of voor een bepaalde groep, andere zijn op vrijwillige basis:

9 § 5: de verzorgingsstaat

10 Sociale verzekeringen
  Sociale verzekeringen. De sociale verzekeringen zijn verplicht en er zijn 2 soorten de werknemers verzekering en de volks verzekering

11 §5: De sociale zekerheid geregeld
Verzorgingsstaat:overheid helpt de burgers als nodig is Sociale verzekeringen Volksverzekeringen Werknemers verzekeringen Verzekeringen die voor iedereen gelden Betaald uit belastingen AOW: ouderen pensioen AKW:Kinderbijslag Verzekeringen die gelden voor werknemers Betaald uit premies door werknemer én werkgever WW: als je werkloos wordt WULBZ: Als je ziek wordt. 2 jaar lang 70% van je loon krijgen WIA: als je arbeidsongeschikt wordt.

12 Werknemersverzekeringen. Is voor mensen met loondienst
Werknemersverzekeringen. Is voor mensen met loondienst. De premie die je moet betalen , hangt af van je loon en wordt ook van je salaris afgetrokken. Volksverzekeringen: gelden voor iedereen!!!

13 § 5: De sociale zekerheid geregeld
Sociale verzekeringen Volksverzekeringen en Werknemersverzekeringen. - grootste gedeelte geheel bekostigd uit premiebijdragen die door werkgevers, werknemers, zelfstandigen en ingezetenen verschuldigd zijn. Zijn verplicht

14 § 5: de verzorgingsstaat
Sociale verzekeringen Volksverzekeringen en Werknemersverzekeringen. - grootste gedeelte geheel bekostigd uit premiebijdragen die door werkgevers, werknemers, zelfstandigen en ingezetenen verschuldigd zijn. Zijn verplicht Betekenis van afkortingen: ANW: Algemene Nabestaandenwet AOW: Algemene Ouderdomswet AWBZ: Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten AKW: Algemene Kinderbijslagwet WIA: Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (opvolger van WAO:Wet ArbeidsOngeschiktheid) WW: Werkeloosheidswet ZW: Ziektewet

15 verzekeringen ANW: Algemene Nabestaandenwet AOW: Algemene Ouderdomswet
AWBZ: Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten AKW: Algemene Kinderbijslagwet

16 verzekeringen Ww -> werkloosheidwet
Wulbz -> wet uitkering loondoorbetaling bij ziekte Zw -> Ziektewet Wia -> wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen

17 werkloosheidwet Wel als je minsten 26 uur van de 36 gewerkt hebt.
3 jaar & 2 maanden gebruik maken van deze wet. Als je ontslagen wordt door je baas, krijg je van de overheid een WW (werkeloosheidswet). De eerste twee maanden 75% van je laatst verdiende loon en daarna 70%. Als je zelf ontslag neemt krijg je geen WW!

18 WULBZ Werkgever die gedurende 2 jaar loon betaald aan werkgever.
Bepaalde situaties niet, die behoren bij ziektewet. Na twee jaar kom je bij de WIA. Je krijgt dan 70% van je laatst verdiende loon.

19 De ziektewet Niet iedereen heeft recht op een doorbetaalde WULBZ  Dan zw Als je een WW hebt krijg je een lagere ZW Geen recht op WULBZ als - tijdelijk contract - zwangere werkneemster - musici artiesten - uitzendkrachten - mensen met een WW uitkering krijgen vaak lagere ZW uitkering.

20 WIA Wet inkomen naar arbeidsverleden: Arbeidsongeschiktheid
Langer dan 2 jaar ziek Hoor je niet bij WULBZ Heb je uitkering van WIA. Kan deels worden toegewezen (voorbeeld 40%)

21 § 5: de verzorgingsstaat

22 § 5: de verzorgingsstaat
Sociale voorzieningen De kosten van de sociale voorzieningen worden geheel betaald door de overheid en ze worden bestreden uit de algemene middelen. Betekenis van afkortingen: IOAW: Wet Inkomkensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte werkloze Werknemers IOAZ: Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen TW: Toeslagenwet WWB: Wet Werk en Bijstand WWIK: Wet Werk en Inkomen Kunstenaars BbZ: besluit bijstandsverlening zelfstandigen

23 § 5: de verzorgingsstaat

24

25 § 5: De sociale zekerheid geregeld

26 § 6: Verzorgingsstaat onder druk.
Verzorgingsstaat = te duur! Meer beroep op sociale zekerheid dan verwacht: - jaren 60: in 1e instantie voor gezinnen - eind 60:Vrouwen op arbeidsmarkt; ook recht op uitkering Misbruik: bijstandsgerechtigden die samenwoonden Te snel afgekeurd, wao-uitkering Zwartwerken om premies te ontlopen Er komen steeds meer ouderen = vergrijzing Oliecrisis (1973): - werkloosheid steeg --> aantal uitkeringen steeg - premies stegen, kosten werkgevers hoog

27 § 6: Verzorgingsstaat onder druk:
Maatregelen aanbodzijde: minder arbeidskrachten Arbeidstijdverkoting (ATV) 40, 38 naar 36 uur. Vrijwillig vervroegde uittreding (VUT) Maatregelen vraagzijde: meer werkgelegenheid Personeel goedkoper: belasting en premies omlaag Subsidies ondernemers voor personeel Projecten starten en infrastructuur : arbeidsplaatsen creeeren Overheid neemt producten af van bedrijfsleven ID banen: laageschoolde en werklozen aan tijdelijke baan helpen

28 § 6: Verzorgingsstaat onder druk:
Er komen bezuinigingen: minder snel uitkering,minder snel arbeidsongeschikt, strengere regels bij ziekte, etc WW (Werkloosheidswet) afhankelijk van hoe lang iemand heeft gewerkt Passende arbeid: werkloze moeten aangeboden baan eerder aannemen WAO wordt WIA: strenger gekeurd, deels arbeids ongeschikt = werken Bijstand: leeftijd van 18 naar 21 jaar Verhaalsplicht: vb gemeente moet beijstand vrouw bij ex-man verhalen Controle strenger: vb computer sociale dienst en belastingdienst vergeleken Voorziening bezuinigd: eigen bijdrage verhoogd, minder zorg personeel, etc

29 Spel. Bingo: Schrijf 9 begrippen op uit de lijst.
Ik beschrijf het begrip Doorstrepen als je begrip is geweest Alles weg: BINGO! = prijsje

30 The end


Download ppt "H5: verzorgingsstaat."

Verwante presentaties


Ads door Google