Parasjah (=“gedeelte”) van vandaag  Exodus 35:1-38:20  Herhaling van het sabbatsgebod, het volk levert het materiaal voor de tabernakel en Besaleël leidt.

Presentatie over: "Parasjah (=“gedeelte”) van vandaag  Exodus 35:1-38:20  Herhaling van het sabbatsgebod, het volk levert het materiaal voor de tabernakel en Besaleël leidt."— Transcript van de presentatie:

1 Parasjah (=“gedeelte”) van vandaag  Exodus 35:1-38:20  Herhaling van het sabbatsgebod, het volk levert het materiaal voor de tabernakel en Besaleël leidt de bouw  Geef jij al uit genade?  Leef jij al uit genade?  Vergelijking tussen ons en het gevende volk in de woestijn (zij zijn een voorbeeld voor ons, 1 Kor. 10:11)

2 Lezen  Exodus 35:4-10 en 29

3 Een vrijwillige gave voor de Heere  Het gaat hier niet over tienden (Lev. 27:30, Deut. 14:22)  Opdracht om God de eer te geven voor de opbrengst  Inkomsten van de Levieten  Geef jij wel eens een vrijwillige gave?  Vandaag generaliseren we een keer niet naar:  Tijd  Talenten  Geestelijke gaven  Geld is blijkbaar bovengemiddeld een issue  Mattheüs 6:24, 1 Tim. 6:10, Jakobus 5:1-3, enz., enz.

4 Benodigdheden: geen bezit  Tegenwerping 1: “ik heb het zelf nodig”  “Die Israëlieten hadden dat niet, God zorgde voor hen!”  God zorgt ook voor jou!  Mattheüs 6 25. Daarom zeg Ik u: Wees niet bezorgd over uw leven, over wat u eten en wat u drinken zult; ook niet over uw lichaam, namelijk waarmee u zich kleden zult. Is het leven niet meer dan het voedsel en het lichaam meer dan de kleding? 26. Kijk naar de vogels in de lucht: zij zaaien niet en maaien niet, en verzamelen niet in schuren; uw hemelse Vader voedt ze evenwel; gaat u ze niet ver te boven?

5 Benodigdheden: geen bezit  Tegenwerping 2: “ik heb het zelf verdiend”  “Die Israëlieten niet, zij hadden alles gekregen in Egypte!”  Jij hebt ook alles gekregen, alles is genade van God!  Psalm 24 1. De aarde is van de HEERE en al wat zij bevat, de wereld en wie er wonen.  Handelingen 4 32. En de menigte van hen die geloofden, was een van hart en een van ziel; en niemand zei dat iets van wat hij bezat, van hemzelf was, maar alles hadden zij gemeenschappelijk.

6 Benodigdheden: geen bezit  Tegenwerping 3: “ik doe het wel als er meer binnenkomt”  “Die Israëlieten waren hartstikke rijk!”  Lukas 8 14. En bij wie het zaad in de dorens valt, dat zijn zij die het hebben gehoord, maar die gaandeweg door de zorgen en rijkdom en genietingen van het leven verstikt worden en geen vrucht dragen.  Lukas 21 3. En Hij zei: Werkelijk, Ik zeg u dat deze arme weduwe er meer dan allen in geworpen heeft.

7 Resultaat: blijdschap (vrucht v.d. Geest)  2 Korinthe 9 7. Laat ieder doen zoals hij in zijn hart voorgenomen heeft, niet met tegenzin of uit dwang, want God heeft een blijmoedige gever lief.  Geven maakt blij!  God heeft lief wie op Hem lijken!  Johannes 15 10. Als u Mijn geboden in acht neemt, zult u in Mijn liefde blijven, zoals Ik de geboden van Mijn Vader in acht genomen heb en in Zijn liefde blijf. 11. Deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat Mijn blijdschap in u zal blijven en uw blijdschap volkomen zal worden.