A.Ik laat mijn computer 24 uur per dag aan staan B.Gemiddeld 8-16 uur C.Ik zet mijn computer altijd uit als ik hem niet gebruik.

Presentatie over: "A.Ik laat mijn computer 24 uur per dag aan staan B.Gemiddeld 8-16 uur C.Ik zet mijn computer altijd uit als ik hem niet gebruik."— Transcript van de presentatie:

1

2

3

4

5 A.Ik laat mijn computer 24 uur per dag aan staan B.Gemiddeld 8-16 uur C.Ik zet mijn computer altijd uit als ik hem niet gebruik

6 A.Nooit B.Soms C.Altijd

7 A.Altijd B.Soms C.Nooit

8 A.G B.Huh, label? C.A

9 A.Ik ga meestal in bad B.Gemiddeld 5-10 minuten C.Minder dan 5 minuten

10 A.Scooter B.Bus C.Fiets

11 A.Meer dan 1 keer B.1 keer C.Geen enkele keer

12 A.Altijd B.Soms C.Nooit

13 A.Die laat ik gewoon aan. Dan koelt het tenminste niet af. B.Ik zet de verwarming helemaal uit. C.Ik zet de verwarming lager (naar zo’n 15-16 graden).

14 A.Gloeilampen B.Halogeenlampen C.Spaarlampen

15 Erg klimaatvriendelijk ben jij niet bezig. Je bent je er blijkbaar niet zo van bewust dat jouw manier van omgaan met energie ertoe doet! Van jou kan niet gezegd worden dat je echt klimaatonvriendelijk bent. Maar of je er nu echt zo bewust mee bezig bent, dat is nog wel een vraag. Het lijkt erop dat jij een ‘groen’ typetje bent: iemand die gaat voor het klimaat. In elk geval is je manier van leven erop gericht om zo zuinig mogelijk met energie om te gaan.

16 Verheffing van Gods majesteit 1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester, op de Gitthith. 2 O HEERE, onze Heere! hoe heerlijk is Uw Naam op de ganse aarde! Gij, die Uw majesteit gesteld hebt boven de hemelen. 3 Uit den mond der kinderkens en der zuigelingen hebt Gij sterkte gegrondvest, om Uwer tegenpartijen wil, om den vijand en wraakgierige te doen ophouden. 4 Als ik Uw hemel aanzie, het werk Uwer vingeren, de maan en de sterren, die Gij bereid hebt; 5 Wat is de mens, dat Gij zijner gedenkt, en de zoon des mensen, dat Gij hem bezoekt?

17 6 En hebt hem een weinig minder gemaakt dan de engelen, en hebt hem met eer en heerlijkheid gekroond? 7 Gij doet hem heersen over de werken Uwer handen; Gij hebt alles onder zijn voeten gezet; 8 Schapen en ossen, alle die; ook mede de dieren des velds. 9 Het gevogelte des hemels, en de vissen der zee; hetgeen de paden der zeeën doorwandelt. 10 O HEERE, onze Heere! hoe heerlijk is Uw Naam op de ganse aarde!

18 Verheffing van Gods majesteit 1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester, op de Gitthith. 2 O HEERE, onze Heere! hoe heerlijk is Uw Naam op de ganse aarde! Gij, die Uw majesteit gesteld hebt boven de hemelen. 3 Uit den mond der kinderkens en der zuigelingen hebt Gij sterkte gegrondvest, om Uwer tegenpartijen wil, om den vijand en wraakgierige te doen ophouden. 4 Als ik Uw hemel aanzie, het werk Uwer vingeren, de maan en de sterren, die Gij bereid hebt; 5 Wat is de mens, dat Gij zijner gedenkt, en de zoon des mensen, dat Gij hem bezoekt?

19 6 En hebt hem een weinig minder gemaakt dan de engelen, en hebt hem met eer en heerlijkheid gekroond? 7 Gij doet hem heersen over de werken Uwer handen; Gij hebt alles onder zijn voeten gezet; 8 Schapen en ossen, alle die; ook mede de dieren des velds. 9 Het gevogelte des hemels, en de vissen der zee; hetgeen de paden der zeeën doorwandelt. 10 O HEERE, onze Heere! hoe heerlijk is Uw Naam op de ganse aarde!

20 Wij hebben als christenen een opdracht!

21

22

23

24