Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
ADMINISTRATIEVE CONTROLE
De kinderbijslagfondsen ADMINISTRATIEVE CONTROLE Herman Stuyver Informatiesessie over kinderbijslag RKW - 22 november 2012
2
Werkgever KBF Gezinnen RKW KSZ
Herinnering Werkgever KBF Gezinnen RKW KSZ
3
IDENTITEITSVERKLARING VAN DE RKW
Aan te vragen sociale rechten Verschuldigde sociale rechten resultaat informatie resultaat informatie gezinnen gezinnen De burger is verantwoordelijk De administratie is verantwoordelijk “De RKW wil elk gezin bereiken voor het bedrag waarop het potentieel aanspraak kan maken met de kleinste stap en het behoud ervan verder waarborgen.”
4
PROCESMATIG: COMPLETE BEHEERSCYCLUS
Normalisatie dienstverlening Normalisatie informatie Fluxen Globale uitvoerings-evaluatie Normalisatie controle Kwaliteitsbarometer Responsabilisering
5
Organiseren en aansturen
Richtlijnen opmaken (dienstbrieven,…) m.b.t. de uitvoering van de reglementering Generieke processen voor het gebruik van ingewonnen gegevens detailleren Checklist + handleiding met genormaliseerde instructies dienstverlening opstellen Toelagen aansturen op kwaliteit
6
RICHTLIJNEN OPMAKEN CO’s dienstbrieven e-mails
In samenwerking met de betaalinstellingen Op basis van de reglementaire nieuwigheden en de behoeften
7
GENERIEKE PROCESSEN VOOR GEGEVENSINWINNING
In verband met : Mail-boxen : Familiale gegevens gezinssamenstelling, geboorte, scheiding, overlijden,… Fluxen : Socioprofessionele gegevens arbeidsprestaties, werkloosheid, ziekte, aandoening kind, schoolattesten, ... Formulieren : Inwinnen gegevens over het gehele gezinsinkomen ; gegevens over studies (gemengd systeem)
8
GENERIEKE PROCESSEN VOOR GEGEVENSINWINNING
Voorbeelden: wezenrecht Integratie van de actoren: verwantschapsbanden RNP Overlijdens meegedeeld via mailbox Automatisch onderzoek van wezenrecht: band van verwantschap en vormen van gezin (RNP) Toezicht op automatisch recht: mailbox voor vormen van gezin van overlevende ouder gevolg: beperkt foutenpercentage
9
TOELAGEN AANSTUREN OP KWALITEIT
DOEL KWALITEITSMETING : KINDERBIJSLAG TERECHT, SNEL, STIPT, CORRECT TOEGEKEND EN BETAALD OP EEN DOELTREFFENDE EN KLANTVRIENDELIJKE WIJZE? Controle elk jaar bij de 16 fondsen van het land (68 betaalpunten) op basis van de 16 variabelen, geïdentificeerd als potentiële risico’s (doel: risicobeheer = risk-management) Volgens een wetenschappelijke methode (Dulbea), via steekproeven (+/ gecontroleerde gevallen) Willekeurige steekproef, statistisch representatief Betrouwbare resultaten aan 90 %, vergelijkbaar tussen instellingen Tolerantie max. 5 % Laat extrapolatie toe van kwaliteitsniveau per fonds en in de hele regeling
10
Thema’s van de controle = de 16 risico’s
Uitwisseling van gegevens Voorrang Statuut van de rechthebbende en trimestrialisering Bepaling van de bevoegdheid en overdracht van bevoegdheid Juistheid van de betalingen Termijnen Bijslagtrekkende Geplaatste kinderen De geldigheid van de sociale toeslag Het mogelijk recht op een sociale toeslag De wezenbijslag Studenten De andere rechtgevende kinderen (werkzoekenden, leerlingen en kinderen met een aandoening) De debiteurs De controle via bezoeken aan de gezinnen Het Handvest van de Sociaal Verzekerde
11
CHECKLIST EN HANDLEIDING
Voorbeelden “ kraamgeld “ Vooruitbetalen van het kraamgeld (uittreksel uit de checklist) Heeft het fonds een geboortebewijs van het kind om de betaling te valideren (CO 1386/2012)? Werden bij tegenstrijdige verklaringen over de geboorterang van het kind bijkomende gegevens gevraagd en verkregen? Werd het kraamgeld bij een meervoudige geboorte voor alle kinderen toegekend aan de schaal van een eerste geboorte? …
12
Voorbeelden “termijnen”
Is elke aanvraag binnen 30 dagen behandeld? Is de kinderbijslag betaald uiterlijk op het einde van de maand die volgt op die waarin het fonds de relevante gegevens voor de vaststelling van het recht op kinderbijslag ontving
13
Voorbeeld “bijslagtrekkende”
Werd de kinderbijslag in het controlejaar aan de wettelijke bijslagtrekkende betaald?
14
Bijkomende opdrachten:
Controle van de correcte integratie van de actoren op basis van de toekenning van de toelage (criterium 6 van de responsabilisering) Controle van de debetten (criterium 2 van de responsabilisering) Opvolging van de opmerkingen van de vorige controle Controle van de overheidsbesturen …
15
Resultaten van de controle van de 16 risico’s JAARLIJKS AUDITVERSLAG
Auditverslag met resultaten en met aanbevelingen ter verbetering = jaarlijks verslag aan de voorzitter van het kinderbijslagfonds
16
Thema’s van de controle = de 16 risico’ s JAARVERSLAG
Benchmarking kwaliteit en toekenning toelage in functie van integrale kwaliteit van het beheer = jaarlijks verslagen over de resultaten van de controle aan het Beheerscomité van de Rijksdienst FOUTPROFIELEN : Niveau stelsel Niveau kinderbijslagfonds
17
DE KWALITEITSINDICATOR:
Objectieve graadmeter Benchmarken = kassen vergelijken Basis voor criterium 1 van de responsabilisering
18
Hoe controleresultaten aanwenden bij de verdeling van de responsabilseringsenveloppe Hoe wordt kwaliteitsindicator bepaald? De kwaliteitsindicator op een schaal van 0 % (totaal gebrek aan kwaliteit) tot 100 % (totale kwaliteit). De kwaliteit van het beheer wordt bepaald door aan elke variabele een belang (= gewicht) toe te kennen. Het gewicht van elke variabele wordt bepaald op basis van drie factoren: Het belang van de taak (variabele) voor gans het stelsel. Taken met een grotere populatie wegen zwaarder door in de kwaliteitsindicator. Het gemiddelde foutenpercentage van alle kinderbijslagfondsen. Foutgevoelige variabelen wegen zwaarder door in de kwaliteitsindicator dan deze waarvoor weinig fouten werden vastgesteld. Sturing om de kinderbijslagfondsen impulsen te geven om de leemten in hun beheer te verbeteren
19
de meest foutgevoelige variabelen worden sterk geaccentueerd;
Hoe controleresultaten aanwenden bij de verdeling van de responsabilseringsenveloppe Hoe wordt kwaliteitsindicator bepaald? Bij de sturing staat de rechtmatige toekenning van de kinderbijslag aan de GEZINNEN centraal = SERVICE Gevolgen sturing: de meest foutgevoelige variabelen worden sterk geaccentueerd; door de toekenning van een sturingscoëfficiënt wordt de stimulans voor de kinderbijslagfondsen om de kwaliteit van hun dienstverlening te optimaliseren nog versterkt.
20
Hoe controleresultaten aanwenden bij de verdeling van de responsabilseringsenveloppe Hoe wordt kwaliteitsindicator bepaald? Voor elke variabele worden het relatieve gewicht volgens het belang van de taak, het gemiddelde foutenpercentage en de eventuele sturingscoëfficiënt met elkaar vermenigvuldigd. Deze resultaten worden genormaliseerd op honderd. Op die manier verkrijgt men de bijdrage (het gewicht) die elke variabele levert in de kwaliteitsindicator. Door het gewicht van elke variabele te vermenigvuldigen met het overeenstemmende slaagpercentage en de aldus verkregen resultaten op te tellen verkrijgt men de kwaliteitsindicator.
21
EVALUATIE EN NORMALISATIE DIENSTVERLENING => INFORMATIE
Laatste fase van de cyclus: Jaarlijkse matching gegevens met toekenningsvoorwaarden Jaarlijkse optimalisatie processen Jaarlijkse actualisatie Modules/formulieren 1ste fase van de nieuwe cyclus = meedelen van de aanpassingen
22
EVALUATIE EN NORMALISATIE DIENSTVERLENING => INFORMATIE
Voorbeelden: jaarlijkse actualisering van CO 1386 beperking van het aantal formulieren: DOOR EEN OPTIMAAL GEBRUIK VAN GEKWALIFICEERDE GEGEVENS VIA FLUXEN : socio-professionele berichten verwerkt in 2010 EVOLUTIE BEVRAGING SOCIAAL VERZEKERDE AANTAL FORMULIEREN : 1995 – ongeveer 1,500,000 2011 – ongeveer 500,000 (waaronder P7 Vlaamse Gemeenschap, opgeheven in 2012)
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.