Instructeur B Basketbal Module 4 Stage: taak

Presentatie over: "Instructeur B Basketbal Module 4 Stage: taak"— Transcript van de presentatie:

1 Instructeur B Basketbal Module 4 Stage: taak

2 Stageopdracht De stageopdracht op Instructeur B niveau bestaat uit 3 delen: Deel 1 Filmen van het coachen tijdens een wedstrijd. Reflecteren over het eigen coachgedrag aan de hand van de reflectieleidraad. Deel 2 Filmen van een 3 tegen 3, 3 tegen 2 en een 1 tegen 1 spelsituatie. Analyse van deze situaties. Verwerken van deze analyse in een weekplan. Deel 3 Uitwerken van een persoonlijk ontwikkelingsplan.

3 Stageproduct Map met: Reflectieverslag over de coaching
Analyse van de spelsituaties POP Filmbeelden meebrengen op het praktijkexamen Digitaal indienen bij de cursusverantwoordelijke op de voorlaatste cursusdag

4 Deel 1: Reflectie over coachgedrag

5 Reflecteren over het coachen van een wedstrijd
Stap 1: Coach wordt gefilmd terwijl hij een wedstrijd begeleidt. Stap 2: Coach bekijkt de video opnames Stap 3: Coach analyseert de video opnames aan de hand van een reflectieleidraad Stap 4: Coach formuleert antwoorden over: attitude, non verbale communicatie, gedrag, … Stap 5: Coach formuleert een aantal werkpunten

6 Video-opnames: reflectieleidraad
Context: Hoe reageer ik op scheidsrechters? Op collega – coaches? Op tafelofficiëlen? Op ouders langs de zijlijn? Hoe reageer ik op mijn sporters?

7 Video-opnames: reflectieleidraad
Feedback Ploeg Sporters

8 Video-opnames: reflectieleidraad
Motiveren: Ben ik zelf betrokken? Op welke manier? Geef ik feedback? Positieve feedback? Hoe is de verhouding positief – correctief Reageren: Reageer ik op slecht gedrag? Correct gedrag? Hoe reageer ik?

9 Video-opnames: reflectieleidraad
Coachesmoment: Hoeveel aandachtspunten geef ik mee tijdens een briefing, time–out, …? Motiveer ik? Stuur ik het leerproces bij? Werk ik met procesdoelen?

10

11 Vergeet je werkpunten (5) niet nog eens expliciet te vermelden!

12 Deel 2: Analyse van de spelsituaties

13 Analyse van spelsituaties + verwerking in een weekplan
Stap 1: Coach filmt 3 tegen 3, 3 tegen 2 en 1 tegen 1 spelsituatie. Stap 2: Coach bekijkt de video opnames. Stap 3: Coach analyseert de video opnames aan de hand van de speelregels – aandachtspunten die je wenst te realiseren. Stap 4: Coach verwerkt de analyse in een weekplan. Stap 5: Coach formuleert in het weekplan de kernpunten die die week zullen benadrukt worden.

14 Deel 3: POP

15 POP Wat is een POP? Hoe gaan we dit opbouwen?
Wat doen we met het persoonlijk ontwikkelingsplan?

16 Persoonlijk Ontwikkelingsplan POP
Beschrijving van de context en loopbaanplan Swot Competentiepeiling Stap 1: Voorbereiding Diagnose Prioriteiten Doelen Actieplan Succesindicatoren formuleren Stap 2: Actie Planning gerealiseerd? Acties gerealiseerd? Motiverend? Hoe gaan we verder? Stap 3: opvolging

17 Stap 1: Voorbereiding

18 De context Beschrijf je context en geef aan waar je naar toe wil op korte termijn? Waar wil je naar toe op lange termijn?

19 Eindkwalificaties sporters
Coach Competentie coach Eindkwalificaties sporters Context Coach

20 Context van de coach

21 De verschillende rollen van de coach in zijn context

22 De competenties van de coach

23 Professionele competenties
Ontwikkelen van het intrapersoonlijke Ontwikkelen van het interpersoonlijke Ontwikkelen van de prestatiefocus Ontwikkelen van professionele kennis Coach Module 1 Module 2 Module 3 Module 4

24 Intrapersoonlijke competenties
Zelfbewustzijn – ken je zelf Kernwaarden en kernkwaliteiten Leiderschap Motivatie Selfmanagement Persoonlijke drive en ambitie Reflective practice Kritische reflectie Onafhankelijk leren Ontwikkelen van het intrapersoonlijke Coach

25 Interpersoonlijke competenties
Ontwikkelen van het intrapersoonlijke Ontwikkelen van het interpersoonlijke Ontwikkelen van de prestatiefocus Ontwikkelen van professionele kennis Coach 1. Interpersoonlijke skills als dirigent Communicatie Luisteren Anderen beïnvloeden Presenteren en communiceren Betrokkenheid en vertrouwen 2. Groepsdynamica Groepscohesie Managen van werkrelaties

26 Ontwikkelingsgerichte of prestatiegerichte competenties
Ontwikkelen van het intrapersoonlijke Ontwikkelen van het interpersoonlijke Ontwikkelen van de Ontwikkelings- prestatiefocus Ontwikkelen van professionele kennis Coach Een visie ontwikkelen Krachtige leeromgeving Durven veranderen Strategisch plannen Bewaken en evalueren van het proces Leiden van een project

27 De eindkwalificaties van de sporter
Uit onderzoek weten we dat er 4 factoren belangrijk zijn. We spreken over hoe een coach: zijn sporters in de eerste plaats competent maakt; hen vertrouwen geeft; zich verbindt met hen; in laatste instantie hen karakterieel beter maakt.

28 Welke ambities wil ik vervuld zien (loopbaanplan)?

29 SWOT Wat is een SWOT? Hoe ga je te werk en wat leer je hieruit?

30 SWOT Bij het formuleren van de sterke punten kunnen volgende vragen helpen: Wat kan ik goed? Wat lukt goed? Welke punten vinden anderen waar ik goed in ben?

31 SWOT Bij het formuleren van de werkpunten kunnen volgende vragen helpen: Wat kan ik beter doen? Wat lukt minder goed? Welke verbeterpunten zien anderen?

32 SWOT Bij het formuleren van de kansen kunnen volgende vragen helpen:
Welke kansen kan ik nemen? Hoe kan ik voordeel halen uit de omgeving waarin ik werk? Wat doe ik beter dan de concurrentie om ze te overtreffen?

33 SWOT Bij het formuleren van de bedreigingen kunnen volgende vragen gesteld worden: Welke bedreigingen zijn realistisch? Welke nadelen ervaar ik uit de omgeving? Waarin dreigt de concurrentie mij te overtreffen?

34 Wat doen we er mee? We bespreken de SWOT met een mentor of iemand die mij goed kent. We benadrukken de sterke punten en pakken de werkpunten stap voor stap aan. We hebben oog voor de kansen en bedreigingen. Jaarlijks bekijken we de SWOT en zien we hoe we geëvolueerd zijn.

35 Competentiepeiling Instructeur B
Zie bijlage file://localhost/Users/benoitmertens/Desktop/Instructeur B/140425_Kennis en Vaardigheden gegroepeerd_INB.pdf

36 Wat met de competentiepeiling?
Uit de competentiepeiling weet men welke stappen er voor – tijdens en na de cursus kunnen gezet worden. De verantwoordelijkheid van dit proces ligt bij de cursist. De competentiepeiling is een eerste stap in het traject van de cursist.

37 Stap 2: Actie

38 Actie Wat is de diagnose van de SWOT en de competentiepeiling?
Welke prioriteiten stel je voorop? Welke doelen wens je te realiseren? Hoe ga je ze realiseren? Beschrijf je actieplan? SMART Succesindicatoren: Wanneer ben je geslaagd in de realisatie? Wat wil je veranderd zien?

39 Stap 3: Opvolging

40 Opvolging Planning gerealiseerd? Acties gerealiseerd? Motiverend?
Hoe gaan we verder?

41 Hoe opbouwen? Instructeur B iedereen POP
POP wordt meegenomen naar andere cursussen POP als instrument voor eigen vervolmaking POP …