T.O. Aalders Huisarts i.o. Vumc huisartsopleiding Shock T.O. Aalders Huisarts i.o. Vumc huisartsopleiding
Casus 1 Je rijd na een dag hard werken in de huisartspraktijk naar een leuk restaurantje waar je met je vriendin hebt afgesproken. Terwijl je de auto uitstapt hoor je hulpgeroep van de straat en zie je een man op de grond liggen met een groep mensen eromheen. Je pakt je dokterstas en spoed je naar de man.
De man ligt op de grond, hij is bij bewustzijn maar maakt een wat verwarde indruk. Hij is bleek en klam. Zijn vrouw verteld dat hij net in elkaar gezakt is maar zich al wat langer niet goed voelde. Je voelt een regelmatige, snelle pols van rond de 110. Je meet snel zijn bloeddruk, deze is 80/50. Waar denk je aan en welke oorzaken gaan door je hoofd?
Shock Klinisch syndroom ten gevolge van inadequate weefselperfusie en oxygenatie. (acute boekje 2009)
Shock Hypovolemisch: Cardiogeen: Obstructief Distributief Bloedverlies Vochtverlies (kinderen) Verbranding Cardiogeen: Infarct Klepprobleem Ritmestoornis Obstructief Longembolie Tamponade Distributief Anafylactische shock Septische shock Dissociatief CO vergifitign Ernstige anemie
Symptomen Bleke, klamme huid Tachycardie Lage bloeddruk Angst en agitatie
Vervolg casus 1 Verder lichamelijk onderzoek: Normale harttonen, geen souffles Geen verhoogde CVD Over de longen geen afwijkingen Soepele buik Geen oedemen Geen huidafwijkingen
Vervolg casus 1 De vrouw verteld dat haar man de afgelopen dagen geregeld rectaal bloed verliest en dat ze morgen van plan waren om naar de huisarts te gaan. Hij had het wel eerder gehad maar toen had de huisarts in opleiding aambeien gezien en een expectatief beleid voorgesteld. De afgelopen dagen was het veel erger dan normaal. Wat doe je? Geef je medicatie? Een infuus?
Casus 2 De ambulance komt gelukkig snel en je kunt nu eindelijk naar je vriendin in het restaurant. Tijdens het eten van de dagspecialiteit “Kip met cashewnoten” merk je dat een kind naast je onwel wordt, ze moet overgeven, wordt kortademig en je ziet een rode uitslag in haar gezicht. De ouders raken in paniek en roepen om hulp. Je slaakt een diepe zucht, herinnert je de eed van hippocrates en spoed je naar het kind.
Casus 2 Het kind is klam, bleek en transpireert. Je hoort een inspiratoire stridor. De pols gaat snel. Gelukkig heb je je tas meegenomen en dit is je kans om je ampullenetui te gebruiken. Welke medicijnen geef je en in welke volgorde?
Adrenaline Belangrijkste interventie bij anafylactische shock: adrenaline sympathicomimeticum vasoconstrictie bronchospasmolytisch I.m. of i.v.? Dosering? Kind? Wanneer herhalen? i.v. kans op bijwerkingen (m.n. aritmieën) is dan groter Bij hartstilstand: Volwassenen: 0,5–1 mg i.v. of intracardiaal, zo nodig elke 5 min herhalen. Kinderen: 0,005–0,01 mg/kg lichaamsgewicht i.v. of intracardiaal.
Terzijde FTK: Bij hartstilstand: Volwassenen: 0,5–1 mg i.v. of intracardiaal, zo nodig elke 5 min herhalen
Aanvullend Geef je nog aanvullende medicatie?
Casus 2 Het kind is zienderogen opgeknapt en de ambulancebroeders, dezelfde als net, complimenteren je met je voortvarende interventies. De ouders vragen je hoelang ze ongeveer in het ziekenhuis moeten blijven. Je verteld ze dat hun kind een paar uur ter observatie zal moeten blijven en daarna waarschijnlijk weer naar huis mag. Klopt dit?
Late reactie Allergische reactie: Vroege reactie: mestcellen en basofiele granulocyten geven histamine en andere producten af. Late reactie: in reactie op producten uit de vroege reactie worden ontstekingscellen naar het weefsel getrokken die op hun beurt weer inflamatoire mediatoren vrijgeven.
Vragen?