Modellen en Stromingen

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
3 x opvoeden 12 april Effecten van belonen en straffen
Advertisements

De Veilig in elke Vezel campagne is een initiatief van VERAS en VVTB ter bevordering van de veilige verwijdering van asbest in Nederland. Deze campagne.
INFO-AVOND DE SCHOM 18 JANUARI 2010
Ik geloof… Dat onze achtergrond en omstandigheden misschien wel van invloed zijn geweest op wie we zijn, maar dat wìj verantwoorde- lijk zijn voor wie.
Ontwikkeling door leren Pavlof, Watson, Skinner Vygotsky
Thema 6 Gedrag Paragraaf 1 Gedrag
De behandeling van ADHD bij kinderen: er is meer dan medicatie
Door belonen, negeren en corrigeren.
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Voorbereid op Stage Bijeenkomst 2
Leren B. Reitsma & C.N. Tromp
examen 4 vragen Algemene vragen 2 bladzijden Betoog waarin
Psychologie van de beweging: afspraken
Leerpsychologie Niet-Associatief leren Habituatie Associatief leren
Beroepsvaardigheden onderdeel van SBC
TOEGEPASTE BIOLOGIE Workshop 21: Zeker weten aangeleerd! De clickermethode gebruiken in de klas.
Over het tentamen: Voor 3 ects: Voor 2 ects:
Gedragsrepertoire Denken over je denken
Welkom op onze thema-avond
Inhoudstafel Stop 4-7 Hulpaanbod Meetinstrumenten Resultaten Doelgroep
Inleiding In deze diavoorstelling kan je meer lezen over de inhoud van het boek ‘Mama, mijn buik doet pijn! Kinderen met buikpijn helpen.’ Alle besproken.
Autisme in de dagelijkse praktijk
straffen en belonen vanuit de montessori visie
Ik geloof… Dat onze achtergrond en omstandigheden misschien wel van invloed zijn geweest op wie we zijn,maar dat wìj verantwoorde-lijk zijn voor wie we.
Het leren in BS 2 gebaseerd op de leertheorie: het behaviorisme
Model-leren.
Volksuniversiteit Zwolle
Groepsdynamica & Interactief communiceren
Kind in ontwikkeling A Gedrag vs. Gedachten Dagindeling:
Een methode voor het werken met ‘radicale’ opvattingen
Kind in ontwikkeling B Gedrag vs. Gedachten Dagindeling:
Ontwikkeling van het jonge kind
Onderzoeksvaardigheden 3
Opvoeding en ontwikkeling van het jonge kind
Groepsdynamica.
Modellen en Stromingen
Hoofdstuk 13: Angst en angststoornissen
Dieren, gedrag en leefomgeving
Week 3: Systeemtheorie versus biologische psychologie
Communicatie 2 – kw 2 Les 1.
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 1
Het wonder van de mens Wie is de mens. Wie is de mens? De mens onderscheidt zich van dieren door: Cultuurscheppend te zijn  creativiteit en structuur.
Stromingen in de psychologie Werkcollege 4 Jennifer de Vries-Aydogdu med.hro.nl/vrije.
Stromingen in de psychologie Werkcollege 3
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 5
Stromingen in de psychologie
Stromingen in de psychologie Werkcollege 1
Kind in ontwikkeling B Gedrag vs. Gedachten Dagindeling:
Psychologieles 11 lesweek 1
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 3
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 4
Sheets: Kamer: ML
De cognitief gedragstherapeutische benadering
Omgaan met zelfbeschadiging en suïcidaal gedrag
Expertgroep: “”Behaviorisme en cognitieve psychologie” Gemaakt door: Rodischa van Engel. Mandy Jagesar. Roxanne Buijtendijk. Priyana Chinnoe.
De kracht van positief opvoeden
Heel gewoon maar toch anders.
Rauw en troosten.
Beter omgaan met ruzies
Training praktijkbegeleider Rol van de begeleider Regio Scouting Zeeland.
Koffieochtend 3 november 2016 REGELS EN GRENZEN IN DE OPVOEDING
Psychologie van het leren
Consumentengedrag Leren I
Opdracht 3.3.
Ontwikkelingspsychologie voor het Onderwijs Inleiding
Psychologie Conditioneren
Nog enkel begrippen..
Psychologieles 11 lesweek 1
Agressie Les 2.
Transcript van de presentatie:

Modellen en Stromingen College 3: Behaviourisme

E-mail: i.s.nojoredjo@hro.nl Sheets: www.med.hro.nl/nojis Kamer: ML. 02.432

Vandaag H3 Behaviourisme

Uitgangspunten Objectieve kennisverwerving staat centraal: waarneembaar gedrag Leerprocessen verklaren het gedrag Geen principieel onderscheid tussen mensen en dieren Een kind komt onbeschreven ter wereld Tabula rasa Complex gedrag kun je opknippen in kleine stukjes Reductie

Geschiedenis Start rond 1920 Bloeiperiode tot 1960 Praktische toepassing staat centraal Invloed van Darwinisme Drie belangrijke namen: J. Watson I. Pavlov B. Skinner Schoolvorming Behaviourisme is theorie Hulpverleningspraktijk is de gedragstherapie

Mensbeeld Niet jijzelf, maar de omgeving stuurt je gedrag door middel van leerprocessen Alles wat iemand kan, is geleerd, immers hij komt blanco ter wereld Leerprocessen bij mensen verschillen niet principieel met die van dieren De mens is hooguit een ingewikkelde rat Leerprocessen bij kinderen verschillen niet principieel met die van volwassenen

Indeling Mensbeeld Biopsychosociale model Mechanistisch Organistisch (theorie van Skinner) Biopsychosociale model Het psychische niveau wordt centraal gesteld Impliciet besteedt Skinner ook aandacht aan sociale invloeden

Leerprocessen Habituatie (gewenningsleren) Klassiek conditioneren Operant conditioneren Model-leren

Leerprocessen verschillen in complexiteit

Habituatie Prikkels worden geselecteerd op relevantie Als een prikkel steeds aanwezig is en niet meer veranderd, valt deze niet meer op  habituatie / gewenning Je kan ook extreem gevoelig zijn voor een bepaalde prikkel  sensitisatie

Klassieke conditionering Bouwt voort op een al aanwezige reflex Direct na de geboorte al aantoonbaar Gebaseerd op een associatie tussen twee stimuli Leerproces verloopt vaak onbewust en automatisch Grondleggers zijn Pavlov (hond) en Watson (little Albert)

Klassiek conditioneren Pavlov’s hond Watson’s little Albert http://www.youtube.com/watch?v=LVJMhk4oANM

Leerwetten van klassiek conditioneren Stimulusdiscriminatie Onderscheid maken: bang voor witte konijnen, maar niet voor bruine Stimulusgeneralisatie Geen onderscheid maken: bang voor witte konijnen en ook voor witte ratten Contiguïteit Ongeconditioneerde en geconditioneerde stimulus volgen elkaar snel op in tijd Extinctie Uitdoving wanneer de geconditioneerde stimulus herhaaldelijk wordt aangeboden zonder de ongeconditioneerde stimulus

Operant conditioneren: wet van het effect Gedrag (responsen) dat leidt tot prettige gevolgen wordt herhaald, gedrag (responsen) dat leidt tot onprettige gevolgen blijft voortaan achterwege. (E. Thorndike)

Andere onderzoekers Skinner met zijn Skinnerbox

Consequenties + =leuk - =leuk + =niet leuk - =niet leuk Stimulus Toedienen + Stimulus verwijderen - De kans dat het gedrag toeneemt Positieve Bekrachtiging + =leuk Negatieve Bekrachtiging - =leuk De kans dat het gedrag afneemt Positieve Straf + =niet leuk Negatieve Straf - =niet leuk

Leerwetten operant conditioneren Gedrag dooft uit door het te negeren (extinctie) Gedrag lokt meestal meerdere consequenties uit Zo nu en dan belonen werkt beter dan altijd belonen Snelle effecten werken beter Belonen werkt beter dan straffen

Ritssluitingeffect In de opvoeding zie je vaak dat het gedrag van het kind en het gedrag van de opvoeder elkaar wederzijds versterken

Ritssluitingeffect

Model-leren Beschreven door A. Bandura met experiment over aanleren van agressief gedrag Leren door het gedrag van iemand anders te observeren Belangrijk principe uit opvoeding is voor-leven http://www.youtube.com/watch?v=5xlaAkD15Gk&feature=Pla yList&p=B143226C2AF88D3B&index=0&playnext=1

Nieuwe ontwikkelingen Klassiek behaviorisme bestaat niet meer Neobehaviorisme is een moderne variant Aandacht voor interveniërende variabelen. Variabelen tussen stimulus en respons Meer aandacht voor inhoud van black box. Onderzoek naar cognitie en hersenen Het gaat meer om leren van betekenissen en uitoefenen van controle

Psychische stoornissen: depressie Aangeleerde hulpeloosheid verklaart depressie Depressief gedrag ontstaat omdat op normaal gedrag geen prettige consequenties volgen

Psychische stoornissen: fobie Tweefactorenmodel Een (spinnen)fobie ontstaat door klassiek conditioneren Een fobie blijft bestaan door operant conditioneren (vermijdingsleren) Doordat spinnen worden vermeden, word je niet angstig (wet van effect)

Toepassingen in hulpverlening en opvoeding Gedragsanalyse Registratieopdrachten Exposure-technieken Beloningssystemen Socialevaardigheidstrainingen

S-O-R-C schema: voorbeeld Situatie Organisme Reactie Consequenties Op welk tijdstip van de dag kwam het voor? 's Avonds (+/- 20u.) Waar was je? Op mijn kamer Met wie was je? Alleen Wat was je aan het doen juist voor het probleem-gedrag zich voordeed? Telefoneren met partner en ruzie gemaakt Wat voelde je in die situatie voorafgaand aan het  probleemgedrag? Spanning, kwaadheid op mezelf, verdrietig, in de steek gelaten Wat dacht je in die situatie voorafgaand aan het probleemgedrag? Ik ben niks waard, niemand moet mij hebben, ik moet mezelf pijn doen Wat deed je en waarom deed je het? Ik sneed mezelf in de linker bovenarm met een scheermesje omdat ik fysische pijn wilde voelen in plaats van psychische pijn en als vervangmiddel van zelfmoord. Wat voelde je nadien? Opluchting Wat dacht je nadien? Ik had meer en dieper moeten snijden Wat deed je nadien? Ik liet mijn wonden verzorgen en ging naar de leefruimte Wat deden de anderen nadien? Verpleegster verzorgde wonden en medepatiënten kwamen me troosten.

Gedragsanalyse Uitlokkers (stimuli) en effecten van gedrag worden in schema gezet S-O-R-C- schema Vervolgens maken we een nullijn Frequentie, intensiteit en tijdsduur van problematisch gedrag Na interventie (bijvoorbeeld negeren) wordt vastgesteld of probleemgedrag op één of meer aspecten is afgenomen

Registratieopdrachten In feite een verbijzondering van de gedragsanalyse De cliënt houdt zelf bij hoe vaak ongewenst en hoe vaak gewenst gedrag voorkomt Afname van ongewenst gedrag en toename van gewenst gedrag werkt zeer motiverend Bijhouden hoe vaak je sport en hoeveel je afvalt is een simpel voorbeeld

Exposure Gebaseerd op klassiek conditioneren Vaak toegepast bij angstproblemen Extinctie van angstreactie wordt uitgelokt door blootstelling aan angstwekkende situatie

Beloningssystemen Gebaseerd op operant conditioneren Vast omschreven gedrag wordt beloond met een token (stempel of fiche) Vast aantal tokens kan ingewisseld worden voor een beloning

Sociale vaardigheidstrainingen Gebaseerd op operant conditioneren en model-leren Gewenst gedrag wordt voorgedaan (model) Bij het uitvoeren van gewenst gedrag wordt dit beloond Training gaat stap voor stap Kan toegespitst worden op elk gedrag en elke doelgroep

Voorbeeld: het leren van de vaardigheid ‘iets vragen’ 1 Bedenk van tevoren wat je precies wilt vragen. 2 Zeg dat je iets wilt vragen. 3 Stel je vraag. 4 Vertel waarom je het vraagt. 5 Luister goed naar het antwoord. 6 Vertel wat je van het antwoord vindt.

Kanttekeningen Cognitie moet niet worden genegeerd Ethische problemen kunnen een rol spelen bij strenge toepassing van belonen en straffen Gevaar van autoritaire behandelingen Methoden zijn goed te meten Gedragstherapie scoort goed in evidence based-onderzoek

Werkcollege Vragen over het hoorcollege? Oefenen met MC-vragen Casus

De theorie van het operant conditioneren is het beste te typeren als: Wat is een uitwerking van het tabula-rasaprincipe?    Als we de omstandigheden van opvoeden en opgroeien volledig beheersen en dus in staat zijn op kinderen op exact dezelfde manier op te voeden, dan zullen de kinderen in principe gelijke mogelijkheden en competenties ontwikkelen.   Als we de omstandigheden van opvoeden en opgroeien volledig beheersen, dan zijn de principes van operant en klassiek conditioneren voldoende om het kind alles te laten leren.   Als we de omstandigheden van opvoeden en opgroeien volledig beheersen, kunnen we een kind alles leren wat binnen zijn biologische grenzen mogelijk is. De theorie van het operant conditioneren is het beste te typeren als:   ?    Mechanistisch.   ?    Mechanistisch en organistisch.   ?    Mechanistisch en personalistisch.

Het ritssluitingseffect. De wet van intermittant reinforcement. 3. Dirk, een verstandelijk gehandicapte bewoner, beschadigt zichzelf door met zijn hoofd tegen de muur te bonken. De groepsleiders besluiten om elke keer als Dirk dit gedrag vertoont het te verbieden door kortaf maar op bestraffende toon ‘Stop daarmee Dirk!’ te roepen. Vervolgens wordt zijn hoofd met zachte dwang van de muur afgewend. Twee weken later wordt er geëvalueerd en blijkt dat het gedrag van Dirk alleen maar in frequentie is toegenomen. Met welke wet of principe kun je dit verklaren? De wet van het effect. Het ritssluitingseffect. De wet van intermittant reinforcement. 4. Klassiek conditioneren is een vorm van associatieleren. Waartussen wordt geassocieerd?   ?    Tussen de ongeconditioneerde stimulus en geconditioneerde respons.   ?    Tussen de ongeconditioneerde stimulus en geconditioneerde stimulus.   ?    Tussen de geconditioneerde stimulus en geconditioneerde respons

Straffen en beloningen Vul het schema in; bedenk zelf een situatie

twee-facTor-model Probeer op basis van het twee-factormodel jouw eigen fobie te analyseren