Geestelijk gezond(heidsbeleid) in het onderwijs: uitgangspunten en handvatten. Mohsen Zagheden
beschermende factoren Scholen geestelijke gezondheid beleid suïcide preventie pesten Schoolbrede benadering uitdaging
Wat maakte jou als student gelukkig? Waar kon jij terecht als je je niet goed voelde?
Voor mezelf is dit… Wat maakte jou als student gelukkig? Contact met medestudenten (ik hoor erbij, verbondenheid, ik (k)en mijn gevoelens) Richting geven aan mijn leven/loopbaan: studiekeuze, zelfstandig leven (op kot gaan) ( ik kan en mag sturen, autonomie) Kennis en vaardigheden ontwikkelen ( ik ben oke, competentie) Nieuwe ervaringen opdoen ( ik ben oke, ik kan en mag sturen, competentie, autonomie) Nieuwe vrienden maken ( ik word ondersteund) Waar kon jij terecht als je je niet goed voelde? Vrienden, Mentor, Studievereniging
Waarom zou een onderwijsinstelling inzetten op mentale gezondheid? Kerntaak onderwijsinstellingen: voorbereiding op deelname aan de maatschappij – Competentie – Vaardigheden om in het leven te staan Mentale gezondheid (veerkracht, probleemoplossende, sociale en communicatieve vaardigheden,…) grotere garantie succesvolle student
Geestelijke gezondheid? (bron: ViGeZ) Mentaal welbevinden voor iedereen Geestelijke gezondheidsbevordering betekent letterlijk: ‘het versterken van de geestelijke gezondheid’. Dit doen we vooral door het werken aan mentaal welbevinden en veerkracht, en door in te zetten op de beschermende factoren. En dat bij iedereen, want ook bij ‘gezonde’ mensen is verbetering mogelijk. Geestelijke gezondheidsbevordering of werken aan mentaal welbevinden stelt ons in staat om de controle over ons eigen leven te behouden en onze geestelijke gezondheid te verbeteren. Het heeft als doel zelfwaardering, copingvaardigheden (omgaan met), en familie- en gemeenschapsondersteuning te verhogen. Bovendien wil het ook de bredere sociale en economische omgeving die geestelijke gezondheid beïnvloedt, veranderen. Mensen proberen immers niet alleen ziekte en lijden te vermijden. Ze streven evenzeer naar vitaliteit, ook op geestelijk vlak. Dit ‘creëren’ van meer gezondheid is de kern van geestelijke gezondheidsbevordering.
Een geïntegreerd geestelijk gezondheidsbeleid Handvatten geestelijk gezondheidsbeleid : -Het bevorderen van geestelijke gezondheid en het creëren van een positieve sfeer -Educatie van leerlingen/studenten (sociale, communicatieve en participatieve vaardigheden) -Signaalherkenning en begeleiding van leerlingen/studenten binnen de school -Deskundigheidbevordering van leerkrachten/docenten, directie, personeel,… -Uitwerking goede afspraken behandeling en opvolging buiten de onderwijsinstelling -Nastreven van een brede betrokkenheid van alle relevante actoren (studentenverenigingen (peer-support-programmas), studentenhuizen (peer- support-programmas), studentenvoorzieningen, hulpverlening, expertiseorganisaties,…) Uitgangspunt: - inzetten op beschermende factoren (niet alleen op risicofactoren)
BESCHERMENDE FACTOREN Factoren die de veerkracht van mensen beïnvloeden zijn beschermende factoren. Deze factoren helpen mensen stevig in het leven te staan. Daarnaast oefenen ze een beschermende werking uit wanneer een persoon met risicofactoren geconfronteerd wordt. Ze verlagen de kans op ziekte of psychische problemen als mensen geconfronteerd worden met sociale bevreemding, stress, emotionele verwaarlozing, emotioneel misbruik en sociale deprivatie.
BESCHERMENDE FACTOREN (cfr Barry M.) Iedere actie vormgeven doorheen: Ik hoor erbij (behoefte aan verbondenheid) Ik kan en mag sturen (behoefte aan competentie en autonomie) Ik (k)en mijn gevoelens (behoefte aan erkenning waardering) Ik ben oké (behoefte aan zingeving) Ik word ondersteund (behoefte aan verbondenheid)
Vertaling handvatten en uitgangspunten Ik kan en mag sturen : – Je krijgt in de overgang van secundair naar universiteit heel veel autonomie maar je hebt vaardigheden nodig om daarmee om te gaan (zelfstandigheid, hulpzoekend gedrag, …) – training leervaardigheid, training assertiviteit, ik hoor erbij : – deel uitmaken van een gemeenschap (verbondenheid voelen met collega studenten, verbondenheid voelen met de onderwijsinstelling, – spreekuur met docent, toegankelijkheid en aanspreekbaarheid van docenten Iedere actie houden op de 5 uitgangspunten of psychologische basisbehoeften. Interactie vormgeven o.b.v. behoeften bij jezelf als bij de ander.