Vraag nummer 1 Kan saturnus drijven? A.Waar. B. Niet waar C. Mischien?
Ja Het Is Waar Saturnus bestaat uit een vloeistof gas met een kleine stenen kern. Als er een oceaan bestond die groot genoeg was dan ja dan kan die daar in drijven
Vraag nummer 2 In wat voor kleren gingen de eerste astronauten in de raket. A.In een ruimtepak B.In een t-shirt. C.In een broek. D.In hun onderbroek.
Het antwoord = D. In hun onderbroek
Vraag nummer 3 Was Einstein reken wonder? A.Waar B.Niet waar. C. ligt er aan warneer.
Het antwoord = Niet waar. hij was heel erg slim maar soms liet hij zijn sommen nakijken door zijn vrouw. dus dat betekend dat zijn vrouw slimmer was dan hijzelf
Vraag nummer 4 Een kleine ijsberg wordt een kalfje genoemd. A. Waar. B. Niet waar. C. Ligt aan de grote.
Het antwoord = Waar. Het afbreken van een ijsberg van de gletsjer heet KALVEREN en een ijsbergje heet dan ook wel een KALF
Vraag nummer 5 Het kan pijpenstelen regenen. A. Waar B. Niet Waar C. Soms
Het antwoord = Niet waar. maar wel vissen, kikkers, bloemen kolen, noten en zelfs insectenlarven. dat komt doordat de wind ze heeft opgezogen en ze ergens anders laat vallen.
EINDE