Periode 1 Ken de (detail)handel Kerntaak: verkopen, adviseren en service verlenen Hoofdstuk: Ken de detailhandel Par: 1.4 en 1.5
1.4 Structuur van de detailhandel
Detailhandel in Nederland ruim 80.000 ondernemingen 100.000 verkooppunten 70 miljard euro omzet
Indeling detailhandel branchecluster sector verkooppunt distributievorm bedrijfsomvang
Branchecluster en branche Branches die verwantschap met elkaar vertonen zijn in een branchecluster samengevoegd. Onder een branche verstaat men een groep winkeliers (detaillisten) die door de aard van de geleverde artikelen of diensten als min of meer gelijksoortig kan worden beschouwd.
Welke brancheclusters? Foodcluster (8 branches) modecluster doe-het-zelfcluster Non-foodcluster Diversencluster (18 branches) Totaal van 26 verschillende branches
Branches Winkels die (ongeveer) hetzelfde soort artikelen verkopen (assortiment) behoren tot een bepaalde branche. Bijvoorbeeld de schoenenbranche
Sectorindeling persoonlijke aankleding Huis Recreatie Uitgangspunt De manier van consumptie door de consument.
Verkooppunt Winkelverkoop Een winkel is iedere voor het publiek toegankelijke ruimte waarin artikelen aan consumenten worden verkocht. niet winkelverkoop
Distributievorm Gespecialiseerde winkels Geparallelliseerde winkels speciaalzaak Geparallelliseerde winkels zelfbedieningszaak supermarkt warenhuis
Bedrijfsomvang Kleinwinkelbedrijf (1 vestiging max 9 personeelsleden) Middenwinkelbedrijf (2 tot 7 vestigingen, 10 tot en met 99 personeelsleden) Grootwinkelbedrijf (7 of meer vestigingen en 100 of meer personeelsleden) Onder een grootwinkelbedrijf (GWB) verstaat men die winkelorganisaties, waarbij de winkelfilialen eigendom zijn van één organisatie….. Hoe zit het dan met franchise vestigingen?
Voordelen gwb? Kosten voordeel Inkoop voordeel Betere inzetbaarheid van het personeel Makkelijker om aan geld te komen (voor financiering voorraad, bank, uitbreidingen)
1.5 Distributievormen Winkelverkoop Niet-winkelverkoop
Winkelverkoop speciaalzaak zelfbedieningszaak warenhuis hypermarkt
Speciaalzaak Is een winkel met een gespecialiseerd assortiment. Het assortiment van een speciaalzaak is smal en diep. assortimentsbreedte en -diepte breed assortiment veel assortimentsgroepen smal assortiment weinig assortimentsgroepen diep assortiment veel artikelsoorten en -variëteiten ondiep assortiment weinig artikelsoorten en -variëteiten
verder specialiseren = Niche marketing één doelgroep één artikelgroep gebruiksverwante artikelen één of enkele merk(en) Bij nichestrategie voert een winkelier een beperkt assortiment dat primair een bepaalde groep kwaliteitsbewuste klanten aanspreekt.
Zelfbedieningszaak Een winkel waarin de klant zichzelf bedient zelfbedieningswinkel supermarkt discounter verbruikersmarkt hypermarkt megastore
Supermarkt Winkel met een compleet assoritment food-artikelen en een beperkt assoritment non-food artikelen aangeboden. Kenmerken: - Sfeervol ingericht - Diep assortiment (soms zelf op speciaalzaak niveau) - Uitgebreid non-food assortiment - Extra aandacht voor milieuvriendelijke artikelen - Persoonlijke verkoop op de versafdelingen
Warenhuis Traditioneel (hema, V&D ….) Variety store (klein warenhuis) Is een winkel met een breed assortiment van verschillende (5), niet noodzakelijk samenhangende artikel- groepen die in afzonderlijke afdelingen worden verkocht. Vaak meerdere verdiepingen.
Cataloguswinkel Wanneer de verkoper word vervangen door een catalogus. Klant vult een bestelformulier in, loopt naar de kassa, levert dit bestelformulier in en de klant krijgt het artikel nadat het betaald is mee.
Hypermarkt (superstores of weiland winkel) een winkeloppervlakte van ± 2.500 m² een scherpe prijsstelling distributievormen een goede bereikbaarheid; de meeste hypermarkten liggen aan de buitenrand van een winkelgebied of van een stad veel parkeerruimte centrale afrekenpunten
1.5.2: niet-winkelverkoop persoonlijk ambulante handel (markt bv) directe verkoop (party’s) onpersoonlijk Homeshopping postorder e-commerce
Directe verkoop colportage verkoop op de werkplek multilevel marketing
Assortimentsopbouw Assortimentsbreedte Breed assortiment Een winkel met veel verschillende assortiments- en artikelgroepen (bouwmarkten, supermarkten) smal er worden weinig artikelgroepen aangeboden breed er worden veel artikelgroepenaangeboden
Assortimentsdiepte Diep van iedere artikelgroep worden veel artikelsoorten of artikelvariëteiten aangeboden = (veel) keuze Ondiep van iedere artikelgroep worden weinig = weinig keuze
Diep assortiment Een winkel die gespecialiseerd is in een artikelgroep waardoor je dus veel keuze hebt in dit artikel.
Opbouw assortiment assortimentsgroep artikelgroep artikelsoort artikelvariëteit
Het assortiment Winkelassortiment Bijvoorbeeld Schoenenwinkel Assortimentsgroepen De hoofdgroepen binnen het winkelassortiment bijvoorbeeld heren, dames en kinderschoenen Artikelgroepen De assortimentsgroep damesschoenen kan weer onderverdeeld worden in: laarzen, pumps, slippers, instapschoenen, mocassins, enz. Artikelsoorten Binnen de artikelgroep laarzen kunnen we ook nog artikelsoorten onderscheiden namelijk: cowboy laarzen, enkellaarsjes, paardrijlaarzen, overknie laarzen, enz. Artikel variëteiten Binnen de artikelgroep enkellaarzen kunnen we nog de artikel variëteiten naaldhakken, platte hakken, half hoge hakken enz…. onderscheiden