Daniël in de leeuwenkuil

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
20 april 2014 Den Haag. 10 Spreek tot de Israelieten en zeg tot hen: Wanneer gij komt in het land dat Ik u geef, en DE OOGST daarvan binnenhaalt, dan.
Advertisements

1 19 jan Urk. 2 de context van 2Korinthe 3  Paulus reageert op beschuldigingen dat hij onbevoegd zou zijn (3:1,2);  Paulus plaatst zijn Evangelie.
ÉÉN GOD, DE VADER 3 nov Rotterdam.
Betuigd door een vuurkolom.. Exodus 3:2 Daar verscheen hem de Engel des HEREN als een vuurvlam midden uit een braamstruik. Hij keek toe, en zie, de braamstruik.
Wat de Bijbel erover te zeggen heeft
Genesis 25: 27 Toen de jongens opgroeiden, werd Esau een man, ervaren in de jacht, een man van het veld, maar Jakob was een huiselijk man, die in tenten.
27 februari 2014 Bodegraven 1. 1Korinthe 12 1 Ten aanzien van de uitingen des geestes, broeders, wil ik u niet onkundig laten. 2.
Koninkrijk van God.  Amos 9:11 Te dien dage zal Ik de vervallen hut van David weder oprichten, Ik zal haar scheuren dichten en wat daarvan is ingestort,
De Heilige Geest in het Oude Testament
de genezing te Bethesda
Wat is de bedoeling van Johannes?
gestorven voor onze zonden 3 Want voor alle dingen heb ik u overgegeven, hetgeen ik zelf ontvangen heb: Christus is gestorven voor onze zonden, naar de.
Het Brood des levens Niek vorige week gesproken over je vastheid vinden bij God.
God en ons.
De dood in de pot 2Koningen
1 7 nov Rijnsburg 7 nov Rijnsburg. 2 Hebreeën 7 15 En nog veel duidelijker wordt het, als naar het evenbeeld van Melchisedek een andere priester.
1 17 okt 2013 Rijnsburg 17 okt 2013 Rijnsburg. 2 het voorgaande: Melchisedek voor het eerst ter sprake in 5:6 en 5:10 10 door God aangesproken als hogepriester.
13 maart 2014 Bodegraven 1. 1Korinthe Want gelijk het lichaam één is en vele leden heeft, en al de leden van het lichaam, hoe vele ook, een lichaam.
1 Samuël 16:1-13 Samuël zalft David
De school van Tyrannus Handelingen 19:1-12.
Zondag 19 mei 2013 Den Haag 1. Op welke dag ontvingen de discipelen de heilige Geest? op de dag van Christus' opstanding op de Pinksterdag andere dag.
Welke apostel heeft God uitverkoren om de heidenen bekend te maken met het Evangelie? 2.
De bloedbruidegom Exodus 4.
46 En deze (= Jozef van Arimathea) kocht linnen en legde Hem in een graf, dat in een rots uitgehouwen was, en hij wentelde een steen voor de ingang van.
Hel en verdoemenis II ver-doe-men, voor eeuwig veroordelen, naar de hel verwijzen “,,
Bij het kolenvuur Johannes
8 Mij, verreweg de geringste van alle heiligen, is deze genade te beurt gevallen, aan de heidenen de onnaspeurlijke rijkdom van Christus te verkondigen.
Pasen & Pinksteren op één dag!
Romeinen Maar de gerechtigheid uit het geloof… nl. in Gods onvoorwaardelijke BELOFTE 2.
NIET: waarom moest Christus sterven? Om op te kunnen staan en zó de dood te overwinnen! 2.
1Korinthe 6 : Korinthe 6 : Alles is mij geoorloofd, maar niet alles is nuttig...
Groot geloof 1.
57 Toen het nu avond geworden was, kwam een rijk man van Arimatea, genaamd Jozef, die eveneens een discipel van Jezus geworden was. 43 Jozef van Arimatea,
1 19 dec Rijnsburg 19 dec Rijnsburg. 2 Hebreeën 8 1 De hoofdzaak VAN ONS ONDERWERP is, dat wij zulk een hogepriester hebben, die gezeten is.
8 dec Zoetermeer 1. 1 Hetgeen was van den beginne, hetgeen wij gehoord hebben, hetgeen wij gezien hebben met onze eigen ogen, hetgeen wij aanschouwd.
1 donderdag 3 januari 2013 bespreking vanaf Kolosse 4 4 donderdag 3 januari 2013 bespreking vanaf Kolosse 4 4.
De Ben Adam Psalm 8.
13 oktober 2013 Zoetermeer 1. de voorgeschiedenis in Handelingen 21:  Paulus arriveert in Jeruzalem (± 60 AD) 21:17  de ontmoeting met Jakobus e.a.
29 sept Zoetermeer. de vorige keer: twee ontmoetingen tussen Paulus en Jakobus beschreven in de Galaten-brief: 1)drie jaar na zijn roeping (1:19)
Paulus' toespraak in Antiochië (II)
6 oktober 2013 Den Haag 1. tijd: ± 60 AD plaats: Caesarea 2.
Genesis Genesis Hierna gebeurde het, dat God Abraham op de proef stelde. Hij zeide tot hem: Abraham, en deze zeide: Hier ben ik.
David, een profeet psalm 16.
Zondag 31 maart 2013 Zoetermeer 1. Jozua 5:9 Marcus 16:4 Lucas 24:2 2.
Tien treden terug Jesaja 38. tien treden terug Jesaja 38.
1 donderdag 21 februari 2013 bespreking vanaf Hebreeen 1 1 donderdag 21 februari 2013 bespreking vanaf Hebreeen 1 1.
Paulus' brief aan de Kolossers (4).
Kom Hoger Teveel om te vergeven. Mattheüs 18: 21 Toen kwam Petrus bij Hem en zeide: Here, hoeveel maal zal mijn broeder tegen mij zondigen en moet ik.
Kom Hoger #5 Hij moet groter worden!
God is trouw Hij gaf zijn woord
Antwoorden op vragen over kerk, cultuur, Bijbelboeken, … & geloven.
Welkom in de samenkomst
Verlangen naar licht.
9 oktober 2014 Bodegraven 1. 2 De vorige keer Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden. 23 Maar.
28 september 2014 Zoetermeer. Openbaring 1 1 Openbaring van Jezus Christus, welke God Hem gegeven heeft om zijn dienstknechten te tonen hetgeen weldra.
Lucas 15: 11 En Hij zeide: Iemand had twee zonen
4 oktober 2014 Leusden.  het grote gebrek van de gangbare bijbelvertalingen  aeonen zijn onbekend en wegvertaald  in het NT komt 'AEON' 193x voor!
Strijd tegen de zonde?.
essentie van kerst Over de mens-wording van Gods Zoon
17 jan Urk. Galaten 3 16 Nu werden aan Abraham de beloften gedaan en aan zijn zaad. Hij zegt niet: en aan zijn zaden, in het meervoud, maar in.
1 En op de eerste dag der week... lett. één [dag] van de sabbatten = dag van de Eerstelingschoof!
25 september 2014 Bodegraven Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden. 1Korinthe 15.
24 nov Zoetermeer 1. de context van Filippi
Op heterdaad... Johannes
26 sept 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe 8 1 Wat het offervlees aangaat, wij weten, dat wij allen kennis bezitten. De kennis maakt opgeblazen, maar de liefde.
Het evangelie van de opstanding
6 juli 2014 Tollebeek x "de tweede dood" 1.Openb.2:1 2.Openb.20:6 3.Openb.20:14 4.Openb.21:8.
3 oktober 2015 Garderen. De vraag is niet: waar gaat een mens heen als hij sterft? De vraag is: als een mens sterft, zal hij herleven? inleiding.
30 januari 2016 Urk Jozef bij Potifar (Genesis 39)
10 april 2016 Zoetermeer. Matteüs Maar Hij antwoordde hun en zeide: Een boos en overspelig geslacht verlangt een teken, maar het zal geen teken.
Transcript van de presentatie:

Daniël in de leeuwenkuil 1 maart 2015 Urk

Daniël: Mijn God is Rechter

Daniël: Mijn God is Rechter Mijn Rechter is God 1 Korinthe 4 3 Nu raakt het mij zeer weinig, of ik al door u of door enig menselijk gericht beoordeeld word. Ja, ook mijzelf beoordeel ik niet. 4 Want ik ben mij van niets bewust, maar daardoor ben ik niet gerechtvaardigd Hij, die mij beoordeelt is de Here.

Mattheüs 24 15 Wanneer gij dan de gruwel der verwoesting, waarvan door de profeet Daniel gesproken is…….

Handelingen 2 29 Mannen broeders, men mag vrijuit tot u zeggen van de aartsvader David….. 30 Daar hij nu een profeet was (…) 31 heeft hij in de toekomst gezien en gesproken van de opstanding van de Christus…..

Structuur in Daniël 6 Daniëls voorspoed (vers 2-4) B. Een koninklijk edict/wet (vers 5-10) C. Veroordeling tot de leeuwenkuil (vers 11-18) C. Verlossing uit de leeuwenkuil (vers 19-25) B. Een koninklijk edict/wet (vers 26-28) Daniëls voorspoed (vers 29)

Daniël 6 1 Darius, de Meder, ontving het koningschap, toen hij tweeënzestig jaar oud was. Daniël 9 25 …. tot op een gezalfde, een vorst, zijn zeven weken; en tweeënzestig weken(…) 26 En na de tweeënzestig weken zal een gezalfde worden uitgeroeid…..

Daniël 6 2 Het behaagde Darius over het koninkrijk honderd en twintig stadhouders aan te stellen, die over het gehele koninkrijk verdeeld zouden zijn; 120 = 10 x 12 Exodus 19 6 En gij zult Mij een koninkrijk van priesters zijn en een heilig volk.

Daniël 6 3 En over hen drie rijksbestuurders, van welke Daniel er een was; aan hen moesten die stadhouders rekenschap geven, opdat de koning geen schade zou lijden.

Daniël 6 4 Toen overtrof deze Daniel de rijksbestuurders en de stadhouders, doordat een uitnemende geest in hem was; en de koning was van zins hem over het gehele koninkrijk te stellen.

Daniël 6 5 Daarop trachtten de rijksbestuurders en de stadhouders een grond voor een aanklacht tegen Daniel te vinden inzake het rijksbewind, maar zij konden geen enkele grond voor een aanklacht of iets verkeerds vinden, omdat hij getrouw was en er geen verzuim of iets verkeerds bij hem gevonden werd. > SV: toen zochten de vorsten en de stadhouders gelegenheid te vinden, tegen Daniël.

Lukas 22 6 En hij [=Judas] stemde daarmede in en zocht een goede gelegenheid om Hem, buiten de schare om, aan hen over te leveren.

Daniël 6 6 Toen zeiden die mannen: Wij zullen tegen deze Daniel geen enkele grond voor een aanklacht vinden, tenzij wij iets tegen hem vinden in de dienst van zijn God. > verordening, bevel, voorschrift

Mattheüs 26 59 De overpriesters en de gehele Raad trachtten een vals getuigenis tegen Jezus te vinden om Hem ter dood te brengen, maar zij vonden er geen, 60 hoewel er vele valse getuigen optraden. 61 Maar ten laatste traden er twee op, die verklaarden: Deze heeft gezegd: Ik kan de tempel Gods afbreken en binnen drie dagen opbouwen.

Daniël 6 7 Daarop drongen die rijksbestuurders en stadhouders onstuimig bij de koning aan en zeiden tot hem: O koning Darius, leef in eeuwigheid!

Daniël 6 8 Alle rijksbestuurders van het koninkrijk, oversten, stadhouders, raadsheren en landvoogden hebben zich beraden, dat een koninklijk besluit behoort te worden uitgevaardigd en een verbod vastgesteld, > een beeld van het oude verbond

Daniël 6 8 …. dat ieder die binnen dertig dagen een verzoek richt tot enige god of mens behalve tot u, o koning, in de leeuwenkuil zal worden geworpen.

Daniël 6 8 …. dat ieder die binnen dertig dagen een verzoek richt tot enige god of mens behalve tot u, o koning, in de leeuwenkuil zal worden geworpen. 2 Korinthe 3 7 Indien nu de bediening des doods, met letters op stenen gegrift…..

Daniël 6 8 …. dat ieder die binnen dertig dagen een verzoek richt tot enige god of mens behalve tot u, o koning, in de leeuwenkuil zal worden geworpen.

Mattheüs 26 14 Toen ging een van de twaalven, genaamd Judas Iskariot, naar de overpriesters, (…) 16 En zij stelden hem dertig zilverlingen ter hand. En van toen af zocht hij een goede gelegenheid om Hem over te leveren.

Daniël 6 9 Vaardig dan nu, o koning, dat verbod uit en schrijf een bevelschrift, dat onveranderlijk is, naar de wet der Meden en Perzen, die niet kan worden herroepen. 10 Dus schreef koning Darius dat bevelschrift met dat verbod. Mattheüs 5 18 Want voorwaar, Ik zeg u: Eer de hemel en de aarde vergaat, zal er niet een jota of een tittel vergaan van de wet, eer alles zal zijn geschied.

Daniël 6 11 Zodra Daniel vernomen had, dat het bevelschrift geschreven was, ging hij naar zijn huis; nu had hij in zijn bovenvertrek open vensters aan de kant van Jeruzalem; en driemaal daags boog hij zich neder op zijn knieen en bad en loofde zijn God, juist zoals hij dat tevoren placht te doen. SV: opperzaal

Daniël 6 11 Zodra Daniel vernomen had, dat het bevelschrift geschreven was, ging hij naar zijn huis; nu had hij in zijn bovenvertrek open vensters aan de kant van Jeruzalem; en driemaal daags boog hij zich neder op zijn knieen en bad en loofde zijn God, juist zoals hij dat tevoren placht te doen.

Daniël 6 11 Zodra Daniel vernomen had, dat het bevelschrift geschreven was, ging hij naar zijn huis; nu had hij in zijn bovenvertrek open vensters aan de kant van Jeruzalem; en driemaal daags boog hij zich neder op zijn knieen en bad en loofde zijn God, juist zoals hij dat tevoren placht te doen.

Daniël 6 11 Zodra Daniel vernomen had, dat het bevelschrift geschreven was, ging hij naar zijn huis; nu had hij in zijn bovenvertrek open vensters aan de kant van Jeruzalem; en driemaal daags boog hij zich neder op zijn knieen en bad en loofde zijn God, juist zoals hij dat tevoren placht te doen. Romeinen 8:34 (…) Christus Jezus is de gestorvene, wat meer is, de opgewekte, die ter rechterhand Gods is, die ook voor ons pleit.

Daniël 6 12 Toen snelden die mannen toe en vonden Daniel biddende en smekende tot zijn God. 13 Daarop naderden zij tot de koning en spraken tot hem over het koninklijk verbod: Hebt gij niet een verbod uitgevaardigd, dat ieder mens, die binnen dertig dagen een verzoek richt tot enige god of mens behalve tot u, o koning, in de leeuwenkuil zal worden geworpen? De koning antwoordde: De zaak staat vast naar de wet der Meden en Perzen, die niet kan worden herroepen.

Daniël 6 14 Toen zeiden zij tot de koning: Daniel, een van de ballingen uit Juda, heeft geen acht geslagen op u, o koning, noch op het verbod dat gij hebt uitgevaardigd, maar driemaal daags verricht hij zijn gebed. 15 Zodra de koning de zaak gehoord had, mishaagde zij hem ten zeerste, en hij zon op middelen om Daniel te bevrijden, ja, tot zonsondergang gaf hij zich moeite om hem te redden.

Lukas 23 20 Doch Pilatus richtte zich wederom met luider stem tot hen, omdat hij Jezus wenste los te laten. (…) 22 Hij zeide voor de derde maal tot hen: Wat heeft deze dan toch voor kwaad gedaan? Ik heb niets in Hem gevonden, waarop de doodstraf staat. Ik zal Hem dus geselen en dan loslaten!

Daniël 6 16 Toen drongen die mannen onstuimig bij de koning aan en zeiden tot hem: Weet o koning, dat het een wet van Meden en Perzen is, dat geen enkel verbod of besluit, dat de koning heeft uitgevaardigd, veranderd kan worden. Lukas 23:21 Maar zij riepen terug en zeiden: Kruisig Hem, kruisig Hem!

Daniël 6 17 Daarop gaf de koning bevel en men haalde Daniel en wierp hem in de leeuwenkuil. De koning nam het woord en zeide tot Daniel: Uw God, die gij zo volhardend dient, die bevrijde u! Psalm 22:21 (SW) Red mij uit de muil van de leeuw en van de hoorn van de eenhoorn. U antwoordde mij!

Daniël 6 17 Daarop gaf de koning bevel en men haalde Daniel en wierp hem in de leeuwenkuil. De koning nam het woord en zeide tot Daniel: Uw God, die gij zo volhardend dient, die bevrijde u! Mattheüs 27:43 43 Hij heeft zijn vertrouwen op God gesteld; laat die Hem nu verlossen (…) Vergelijk: Luk.23:35

Daniël 6 18 En er werd een steen gebracht en op de opening van de kuil gelegd, en de koning verzegelde die met zijn zegelring en met de zegelring van zijn machthebbers, opdat er niets zou worden veranderd met betrekking tot Daniel.

Mattheüs 27 60 en hij [Jozef van Arimathea] legde het in zijn nieuw graf, dat hij in de rots had laten uithouwen en na een grote steen voor de ingang van het graf te hebben gewenteld, ging hij heen.

Lukas 24 2 Zij vonden de steen van het graf afgewenteld…….

Daniël 6 18 En er werd een steen gebracht en op de opening van de kuil gelegd, en de koning verzegelde die met zijn zegelring en met de zegelring van zijn machthebbers, opdat er niets zou worden veranderd met betrekking tot Daniel. Esther 8:8 (…) een geschrift dat in de naam des konings geschreven is en met de zegelring des konings verzegeld is, kan niet herroepen worden.

Daniël 6 19 Toen ging de koning naar zijn paleis en bracht de nacht vastend door; en hij liet niets tot afleiding voor zich brengen, en zijn slaap vlood van hem.

Daniël 6 20 Bij het ochtendkrieken, toen het licht werd, stond de koning op en ging inderhaast naar de leeuwenkuil. SV  Toen stond de koning in den vroegen morgenstond met het licht op.

Daniël 6 20 Bij het ochtendkrieken, toen het licht werd, stond de koning op en ging inderhaast naar de leeuwenkuil. Lukas 24:1 maar op de eerste dag der week gingen zij reeds vroeg in de morgenstond met de specerijen, die zij gereedgemaakt hadden, naar het graf.

Daniël 6 21 En toen hij nabij de kuil kwam, riep hij Daniel toe met droeve stem; de koning nam het woord en zeide tot Daniel: Daniel, gij dienaar van de levende God, heeft uw God, die gij zo volhardend dient, u van de leeuwen kunnen bevrijden? SV  knecht

De Knecht van JAHWEH/ de knecht des Heeren De term wordt nergens letterlijk toegepast op Jezus Christus. Wel: Knecht, Mijn Knecht, Zijn Knecht Wordt wél letterlijk gezegd over: Mozes, Jozua en David. De eerste vermelding bij Mozes, Jozua en David gaat altijd over hun sterven.

Deuteronomium 34 5 Toen stierf Mozes, de knecht des Heren, aldaar in het land Moab, volgens des Heren woord. Jozua 24 29 Het geschiedde na deze gebeurtenissen, dat Jozua, de zoon van Nun, de knecht des Heren, stierf, honderd en tien jaar oud.

Psalm 18 1 Voor de koorleider. Van de knecht des Heren, van David (…) 2 Samuël 22 1 David sprak tot de Here de woorden van dit lied ten dage, dat de Here hem verlost had uit de greep van al zijn vijanden en uit de greep van Saul: ……………geheel Psalm 18

2 Samuël 23 1 Dit zijn de laatste woorden van David….. Filippenzen 2:7 maar Zichzelf ontledigd heeft, en de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen, en aan de mensen gelijk geworden is.

Daniël 6 21 (…) de koning nam het woord en zeide tot Daniel: Daniel, gij knecht van de levende God, heeft uw God, die gij zo volhardend dient, u van de leeuwen kunnen bevrijden?

Daniël 6 22 Toen sprak Daniel tot de koning: O, koning, leef in eeuwigheid!

Daniël 6 23 Mijn God heeft zijn engel gezonden en de muil der leeuwen toegesloten, en zij hebben mij geen kwaad gedaan, omdat ik voor Hem onschuldig ben bevonden; maar ook tegen u, o koning, heb ik geen misdaad begaan. SV  niet beschadigd

Handelingen 2 30 Daar hij nu een profeet (…) 31 heeft hij in de toekomst gezien en gesproken van de opstanding van de Christus, dat Hij niet aan het dodenrijk is overgelaten, noch zijn vlees ontbinding heeft gezien.

Daniël 6 23 Mijn God heeft zijn engel gezonden en de muil der leeuwen toegesloten, en zij hebben mij geen kwaad gedaan, omdat ik voor Hem onschuldig ben bevonden; maar ook tegen u, o koning, heb ik geen misdaad begaan. Lukas 23 4 Pilatus zeide tot de overpriesters en de scharen: Ik vind niets strafbaars in deze mens.

Daniël 6 24 Toen werd de koning ten zeerste verheugd en hij gaf bevel, dat men Daniel uit de kuil zou optrekken; Daniel werd uit de kuil opgetrokken, en generlei letsel werd aan hem gevonden, omdat hij op zijn God had vertrouwd. > hijsen, oprichten

Daniël 6 24 Toen werd de koning ten zeerste verheugd en hij gaf bevel, dat men Daniel uit de kuil zou optrekken; Daniel werd uit de kuil opgetrokken, en generlei letsel werd aan hem gevonden, omdat hij op zijn God had vertrouwd.

Daniël 6 25 En de koning gaf bevel, en men haalde die mannen die de aanklacht tegen Daniel ingebracht hadden en wierp hen in de leeuwenkuil, hen, hun kinderen en hun vrouwen, en zij hadden de bodem van de kuil nog niet bereikt, of de leeuwen maakten zich van hen meester; zelfs al hun beenderen vermorzelden zij.

2 Korinthe 5 15 daar wij tot het inzicht gekomen zijn, dat een voor allen gestorven is. Dus zijn zij allen gestorven.

Daniël 6 26 Daarna schreef koning Darius aan alle volken, natien en talen, die de ganse aarde bewonen: Uw vrede zij groot!

Daniël 6 27 Door mij wordt bevel gegeven, dat men in het gehele machtsgebied van mijn koninkrijk voor de God van Daniel zal vrezen en beven; want Hij is de levende God, die blijft in eeuwigheid; > Vastgesteld/standvastig voor de aeonen

Daniël 6 27 Door mij wordt bevel gegeven, dat men in het gehele machtsgebied van mijn koninkrijk voor de God van Daniel zal vrezen en beven; want Hij is de levende God, die standvastig is voor de aeonen; zijn koningschap is onverderfelijk en zijn heerschappij duurt tot het einde. Vers 23: beschadigd

Daniël 6 27 Door mij wordt bevel gegeven, dat men in het gehele machtsgebied van mijn koninkrijk voor de God van Daniel zal vrezen en beven; Hij is de levende God, die standvastig is voor de aeonen; zijn Koninkrijk zal niet beschadigd worden en zijn heerschappij duurt tot het einde.

1 Korinthe 15 24 daarna het einde, wanneer Hij het KONINKRIJK aan God de Vader overdraagt, wanneer Hij alle heerschappij, alle macht en kracht teniet gedaan zal hebben. 25 Want Hij moet als koning heersen, TOTDAT Hij al zijn vijanden onder zijn voeten gelegd heeft. 26 De laatste vijand, die teniet gedaan wordt, is de dood…….

Daniël 6 28 Hij bevrijdt en redt, en doet tekenen en wonderen in hemel en op aarde, Hij die Daniel uit de macht der leeuwen heeft bevrijd. 29 En deze Daniel stond in hoog aanzien onder het koningschap van Darius en onder het koningschap van Kores, de Pers.