Postmodern proza En andere tendensen in het proza na 1985
Cultuurhistorisch context Afstand ("hoog") versus overbrugging ("hoog + laag") Televisie en internet versus literaire leescultuur Uitgeverijen toegespitst op bestsellers, boeken in supermarkten,... Literaire festivals, podiumpoëzie,...
Literaire tendensen De lezer als consument / het boek als product Multiculturele literatuur Revival en vernieuwing van de historische roman Postmoderne literatuur
De lezer als consument / het boek als product Commercialisering literatuur: media en reclame creëren bestsellers Bedreiging van de “hoge” literatuur?? Schuld van vrouwelijke schrijvers/lezers??
De lezer als consument / het boek als product Voorbeelden: Connie Palmen, Kristien Hemmerechts // Ronald Giphart, Heleen van Royen, Kluun,... Thema’s als seks, moord, misdaad,... Spannende plot Humor Vaak autobiografische elementen Referentie aan actualiteit Boekverfilmingen
2002
Kristien Hemmerechts (1955)
2007
Connie Palmen (1955)
2004 2002
Heleen van Royen (1965) Saskia Noort (1967)
2003 1996
Kluun = Raymond van de Klundert (1964) Ronald Giphart (1965)
Boekverfilmingen
Multiculturele literatuur Koloniale en postkoloniale literatuur (bijv. Hella Haasse, Sleuteloog (2002) “Migrantenliteratuur” Zie ander college
Revival & vernieuwing historische roman Bijvoorbeeld Thomas Rosenboom, Margriet de Moor en Hella Haasse Actuele kwesties belichten met behulp van de geschiedenis Problematiseren juiste weergave geschiedenis (postmoderne tendens): Feit én fictie, verbeelding Meerduidigheid historische kennis Verbrokkeld beeld Metacommentaar
2002 1949
1994
2005
Het postmoderne in de roman Mo en Pomo: scepsis weergave werkelijkheid / anti-mimetisch Mo: de Grote Verhalen / geloof in ratio en logica / samenhang (subject) Mo: epistomologische twijfel versus Pomo: ontologische twijfel
Modernisme versus Pomo? Problematisch: afbakening modernisme versus postmodernisme Internationaal: vanaf de jaren vijftig De Lage Landen: vanaf de jaren tachtig (bijv.: Willem Brakman) – maar reeds vroeger al postmoderne tendensen in de Nederlandse literatuur!
Pomo: grensverschrijdingen Overschrijden van grenzen Tussen feit en fictie Kunst en niet-kunst Hoge en lage cultuur Taal en werkelijkheid Heden en verleden Verschillende stijlen --- Geen kern, geen houvast --- Werkelijkheid bedacht
Kenmerken postmoderne roman Personages: veranderlijk, onlogisch Verteller: onbetrouwbaar, verschillende perspectieven Tijd: onlogische sprongen, anachronismen Ruimte: voorkeur voor het labyrint Taal: intertekstualiteit, metafictie (werkelijkheidsillusie doorbreken)
Charlotte Mutsaers
Charlotte Mutsaers (1942) Schrijfster en (beeldend) kunstenares Thema’s als de zee en dieren Verwantschap F. Harmsen van der Beek (schrijfster van groteske poëzie en kortverhalen) Poëtica : vgl. Postmodernisme
Charlotte Mutsaers “En literatuur mag dan van alles zijn, het is beslist géén verzameling aan elkaar gelijmde gebeurtenissen die zich zo heerlijk laten navertellen, dat nu net niet. […] wat tussen twee gebeurtenissen heen en weer fladdert bepaalt meestal de gang van zaken, net als in het echte leven.” (geciteerd naar Brems 2006:519)
Rachels rokje (1994) Rachels liefde voor haar leraar Nederlands centraal Maar geen duidelijke verhaallijn Allerlei beelden, opsommingen, verhalen, liedjes, essayachtige beschouwingen... Nevenschikking en opsomming
Peter Verhelst
Peter Verhelst (1962) Poëzie en proza Teksten voor theater- en dansvoorstellingen Poëtica: vgl. postmodernisme Esthetisch => ethisch (?)
Julius Caesar / Tekst en regie: Peter Verhelst
Het Sprookjesbordeel / Het Toneelhuis & Peter Verhelst
Tongkat (1999) Ondertitel: “Een verhalenbordeel” Mythische elementen, bijv. het personage Prometheus Beeldende taal, zintuiglijk, lichamelijk Anti-mimetisch Meerdere vertellers, meerdere perspectieven Vele personages, geen duidelijke karakterisering, metamorfoses Discontinuïteit
Peter Verhelst “Mensen denken dat je een boek moet snappen. Dat is belachelijk, er is niets te snappen. Ik geloof niet in doelmatigheid, dat er bij mij een soort doelgerichtheid zou zijn. Je hebt de vrijheid om te interpreteren, zoals je het wilt. Elke lezer kan zijn eigen film maken, waarin hij meespeelt of weigert mee te spelen. Een soort virtual reality.” (geciteerd naar Vaessens 2001)
Zwerm (2005) Ondertitel: “Geschiedenis van de wereld” Verwijzingen naar gebeurtenissen uit de moderne wereldgeschiedenis (Vietnam, Israël, 9/11,...) Apocalyptisch: bedreiging, terrorisme, geweld, epidemiën Symbolen en motieven die de roman schijnbaar structureren (bijv.: begin op p. 666)
Zwerm (2005) Desoriëntatie, versplintering Intertekstualiteit Verschillende verhaallijnen en focalisators Ontkenning, doorstrepingen, verschillende alternatieven Intertekstualiteit Referenties aan film, popmuziek,etc. Massamedia – internet, televisiejournaals