Woordenschat en kijk op taal Hoofdstuk 2 en 3 VMBO –B(K) klas 1A Woordenschat en kijk op taal Hoofdstuk 2 en 3
Hoofdstuk 2
Waar ging het ook alweer over? Betekenis zoeken Moedertaal Woorden met meer betekenissen
Hoe vind je een betekenis? Door goed een tekst te lezen. Zoek de betekenis: tussen haakjes of komma’s. Voorbeeld in songteksten In de volgende zin van een tekst In de vorige zin van een tekst
Moedertaal De eerste taal die je leert als kind. Woon je in Nederland dan is het mogelijk dat je eerste taal Nederlands is dat leert spreken.
Tweetalig Tweetalig ben je als je als klein kind twee talen hebt leren spreken.
Woorden met meer betekenissen Sommige woorden schrijf je precies hetzelfde maar hebben een andere betekenis. Voorbeeld: Bank Je hebt een bank waar je op kan zitten Je hebt een bank waar je je geld naar toebrengt
Hoofdstuk 3
Een voorbeeld zoeken Ken je de betekenis van een woord niet? Kijk dan in de tekst of er voorbeelden worden genoemd. Soms wordt het dan duidelijk wat het woord betekent. Weet je het dan nog niet, pak dan een woordenboek of zoek het op op internet. Voorbeeld: schoolartikelen -> Spullen die je nodig hebt voor school.
Hoe vind je een voorbeeld? Kijk naar woorden die tussen haakjes, komma’s of streepjes staan Na woorden als: als, zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van. Na een dubbele punt vind je soms ook voorbeelden.
Standaardtaal Standaardtaal is een ander woord voor het officiële Nederlands.
Groepstaal Groepstaal is een taal, die door een bepaalde groep mensen wordt gesproken. Voorbeeld: Voetbaltaal
Vragen?
Huiswerk Deze week moet af zijn: Alle opdrachten van hoofdstuk 2 Woordenschat en kijk op taal.