De staat van de belangrijkste bilaterale betrekkingen van Japan I. Inleiding II. Belangrijkste bilaterale Betrekkingen die Tokio onderhoudt III. Belangrijkste sluimerende conflicten

Cruciale bilaterale betrekkingen Bilaterale betrekkingen: Bilaterale betrekkingen: De contacten (politiek, militaire, economische en cultureel) die onderhouden worden tussen twee soevereine Staten Meest bepalende betrekkingen voor Tokio: Meest bepalende betrekkingen voor Tokio: 1. Oost / West 2. Realpolitik / Principieel politiek 3. Apologists / Non-apologists 4. Nationalisme Vs. Internationalisme JapanChina Verenigde Staten

De Betrekkingen tussen Japan en de VS.

Veiligheid Kwesties De Grondwet : De Grondwet : Chapter II. Renunciation of War Article 9. Aspiring sincerely to an international peace based on justice and order, the Japanese people forever renounce war as a sovereign right of the nation and the threat or use of force as means of settling international disputes. In order to accomplish the aim of the preceding paragraph, land, sea, and air forces, as well as other war potential, will never be maintained. The right of belligerency of the state will not be recognized. Veiligheidsverdragen tussen de VS & Japan Veiligheidsverdragen tussen de VS & Japan i. 1951: Het verdrag van San Francisco EN het 1ste veiligheidsverdrag ii. 1960: Treaty of Mutual Cooperation and Security between the US & Japan 日本国とアメリカ合衆国との間の相互協力及び安全保障条約 De onzekerheden en gevaren: De onzekerheden en gevaren: 1. Inmenging // 2. “entanglement” ( laten meeslepen) // 3. verwaarlozing (geloofwaardigheids vraagstuk) Belangrijke elementen Belangrijke elementen 1. Essentiële twistpunt binnen de Japanse samenleving en structurerende as van het politieke leven 2. Strikt genomen is het geen bondgenootschap maar over de tijd is het uitgebreid: Veiligheidsgarantie Burden sharing Bondgenootschap Indivisble security Integrated Security Yoshida – Kishi OhiraSuzukiNakasoneKoizumi Interne stabiliteit en territoriale integriteit Regionale stabiliteit en veiligheid gefnuikte Normalisatie Gehoopte Collective defence Gehoopte Collectieve Security

Economische Betrekkingen  1950-mid 80’s: “Supporting Japan”   Koreaanse Oorlog  1st Irak Oorlog   Toegang tot de Amerikaanse markt   Transfers van middelen en Technologie  Mid 80’s : “Japan Bashing”  Bush Senior & Clinton I  Groei van Japanse investeringen en overschotten  Het Plaza Akoord & de “Volontary Export Limitations ”  : “Japan Passing”  Clinton II  Economische stagnatie in Japan  Exponentiële groei van China (strategische partner)  2001 – : “Reacquainting Japan”  G.W. Bush  Vernieuwde veiligheidsverhouding: War on Terrorism + “constrainment” van China (strategische concurent)  Economische heropleving in Japan vanaf 2003

Conclusie: Krachtlijnen Structurele as van het Japanse buitenlandsbeleid Structurele as van het Japanse buitenlandsbeleid Afkalving van de structurele en hermetische scheiding van het Economische en het securitaire beleid. Afkalving van de structurele en hermetische scheiding van het Economische en het securitaire beleid. Progressieve normalisering van het Japanse defensie beleid dat gepaard gaat met een diepere samenwerking met Washington Progressieve normalisering van het Japanse defensie beleid dat gepaard gaat met een diepere samenwerking met Washington Grootste vrees in het huidige Japan: entanglement Grootste vrees in het huidige Japan: entanglement VS blijft cruciaal omdat: VS blijft cruciaal omdat: -Grootste bron van veiligheid en stabiliteit -Export markt (hoewel minder dominant dan vroeger) -Bron van Kapitaal (Vooral gezien Japan zich traag openstelt voor FDI) -Bron van Technologie (maar eerder als concurrenten) -Bestemming voor Japanse FDI (blijft n°1 hoewel er zich een diversificatie afspeelt)

De staat van de belangrijkste bilaterale betrekkingen voor Japan I. Inleiding II. Belangrijkste bilaterale Betrekkingen die Tokio onderhoudt III. Belangrijkste sluimerende conflicten a.Bronnen van Potentiële Conflicten b.Veranderende Regionale Evenwicht

De Bronnen van Potentiële Conflicten in Oost Azië Territoriale geschillen in Oost Azië 1. Kurilen (iEtorofu, Kunashiri, Shikotan, en de Habomai groep) 2. Takeshima / Dokdo / Liancourt Rots 3. Senkaku / Diaoyutai eilanden 4. Het statut van Okinotori 5. Southern Sakhalin 6. Taiwan 7. Aksai Chin & Arunachal Pradesh 8. Het Baitou gebergte 9. Spratly eilanden 10. Scarborough Shoal 11. Zeegrenzen in de Tonkin Golf 12. Doi Lang 13. Paracel eilanden 14. Palmas eilanden 15. Ligitan & Sipidan 16. De Macclesfield banken 17. Limbang 18. Pedra Branca 19. Sabah (southern Borneo) 20. Prachin Buri 21. Palau Batek / Fatu Sinai Marine resources  Vissersrechten  Grondstoffen  Energie (Gas & Olie)  Controle over Transportlijnen  Wetenschappelijke projecten  “Projectie capaciteiten”

Rappel: Grootste Internationale Zorgen 1. Economische pijnpunten –Voeding (rijst, vis, proteïnen …) –De toevoer van grondstoffen –De toegang tot exportmarkten 2. Veiligheids overwegingen –De Koreaanse kwestie –Het machtsevenwicht in de regio (de plaats van China) –Sluimerende conflicten (Taiwan, Senkaku…) 3. Socio- culturele bezorgernissen –Demografische kwesties –Integratie van immigranten –De “Japanse identiteit” vrijwaren Marine resources  Vissersrechten  Grondstoffen  Energie (Gas & Olie)  Controle over Transportlijnen  Wetenschappelijke projecten  “Projectie capaciteiten”

Traditionele houding van Japan op het 3-level schaakbord (Joseph Nye) i. Het Militaire Niveau  Wordt gedomineerd door de VS  Japan speelt hierin traditioneel geen rol van betekenis  Japan & VS nauw gebonden  Groeiende “interdependency” maken dit niveau minder actief ii. Het Economisch Niveau  Multipolaire krachtsverhoudingen  Japan een van drie centrale spelers (cf. de economische triade)  Evenwicht tussen nationale belangen & systeemweide belangen iii. Het Gemeenschappelijk Veiligheids Niveau  Problemen zijn transnationaal  Geen overheersende centrale speler  Nodige bronnen van veiligheid (Guarantor/ Provider/ Stabilizer) Afzondering Competitie Samenwerking a.Hard Power: Dwingende Middelen  “Sharp Power” = militaire middelen  “Sticky Power” = economische middelen b.Soft Power: Middelen om anderen te overhalen  “Structural Power” = Institutionele middelen  “Normative Power” = Waarden & Normen Matig Cruciaal Belangrijk Matig