Hoofdstuk 1 administratie

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
H 11: Winstverdeling en (stock)- cashdividend
Advertisements

Samenvatting H5+H6 Maak de opgaven (ook bouwstenen)
Hoe werkt een balans.
Hoe werkt een balans?.
Hoe werkt een balans?.
M3F-MATEN - Tijd en Snelheid
Een volledig voorbeeld
Be.
Opdracht Gerealiseerde omzet 125%
Proef- en de saldibalans
De verschillende fasen in de elektronische noterings- procedure.
Klaas koopt een bank voor in de winkel, waarop mensen kunnen zitten
2.4 boekingsregels voor opbrengsten en kosten 24 september 2012
Be
‘Is er geld nodig voor de onderneming?’
Diagnostische toets Energie
De kolommenbalans De kolommenbalans bestaat uit: de proefbalans
Bedrijfsadministratie EcoMo 3.1 De Balans Havo 3.
Balans Textra Gebouwen€ Eigen vermogen€ Inventaris€ Lening€ Machine€ % Hypothecaire lening€ Bedrijfsauto€
2.2 & 2.3 Boekingsregels voor bezit en schuld 13 November 2012
Hoofdstuk 6 - Boekhouden
Volgorde van de balans De balansposten worden altijd in een bepaalde volgorde geplaatst. DEBET ‘van boven naar beneden’: - vaste activa, - vlottende.
Boekhouden: een logisch denkspel gezipte versiegezipte versie dpb economie brugge 5 feb 2003 Bijhorende opdracht dia 1.
1 D Voorraad hg CD Kapitaal CD Lening bank C (1) , ,00 (1) ,00 (13) , ,00, ,00, D Handelsdeb. CD Leveranciers.
50 tot gasten Ruim parkeerplaatsen Slechts één uur rijden vanaf Amsterdam, Rotterdam en Antwerpen AUTOTRON ROSMALEN.
Voorlichting profielkeuze
Economie H3b 26 maart  Bespreken SO  Vragen over stof?  Laatste kans op vakhulp.
3.1 codering 3.2 inkoop van goederen 3.3 verkoop van goederen
Grootboek Er vinden voortdurend veranderingen plaats op de balans.
Balans Een overzicht van je bezittingen en schulden op een bepaald moment. Een balans op zich hoeft niet veel te zeggen; morgen kan de balans er heel anders.
Het journaal Bij het toepassen van de boekingsregels heb je gezien dat dat een nauwkeurig werkje is, waar snel fouten gemaakt kunnen worden. Als je debiteert.
Herhaling Examenstof M&O
II. Rekenen tot 1000.
Agenda  Lessen (6)  tot  hs 30
Agenda    .
Graag zitten volgens de plattegrond van jullie mentrix mevr. Davies
Goedemiddag H3b.
Welkom H3b, Jullie mogen volgens de plattegrond van mevr
Goedemiddag H3b.
Goedemorgen H3b.
Welkom H3b.
Voorzieningen.
Febelfin – Studiedag “De beurs vandaag” Leen Van Wambeke Retail Marketing Services Euronext Brussels.
Dpb economie brugge 5 feb 2003 dia 2. Kapitaal Post Gebouwen Machines Rol. Mat. Bank Kas Lening dpb economie brugge 5 feb 2003 dia 3.
Inkomen Begrippen + 6 t/m 10 Werkboek 6. 2 Begrippen Arbeidsverdeling Verdeling van het werk in een land.
Afschrijving aanschafprijs : levensduur kapitaalgoedlevensduuraanschafprijsjaarlijkse afschrijvingen oven8 jaar € 8000 A ijskast6 jaar B € 300 frituur.
BEZITTINGEN -> debet
Lesplanning – paragraaf 7 blz. 38 Binnenkomst Intro Vragen huiswerk Uitleg docent Zelfstandig werken, met radio?? Afsluiting van de les. Lokaal verlaten.
Cijfers Zorg en Gezondheid
Oefening 5 (Balansverrichtingen)
Oefening 4: Balansverrichtingen (Mace Windu)
Studie hoofdontsluiting Leek-Roden werkatelier 15 oktober 2008 (verkeerskundige aspecten)
Administratieve Trainingen Balans Opstellen
DE BALANS.
Algemene Ondernemersvaardigheden
Boekhouden H1 De balans Ondernemer detailhandel.
Je hebt nu € ,00 op de bank staan van jouw privé rekening (ABN) Het is
Bedrijfs-administratie les 1: hoofdstuk 1
Opdracht Rob van der Laan En de balans, solvabiliteit en current ratio dan? Uhhhhh, welluk?????
Stroom- en voorraadgrootheden
H3 Financiering van een bedrijf
Bedrijfs-administratie les 4: H
en liquiditeitspercentage
H3 Financiering van een bedrijf
Opfriscursus kengetallen
Kengetallen Balans Voor een snelle beoordeling van de financiële situatie van een bedrijf berekenen we deze kengetallen.
Overzicht Bezittingen (debet =links) en Schulden (credit=rechts)
Bedrijfsadministratie
Bedrijfsadministratie
Transcript van de presentatie:

Hoofdstuk 1 administratie balansbegrippen

Bezittingen en vermogen DEBET BALANS per 1-1-2012 CREDIT

Bezittingen en vermogen DEBET BALANS per 1-1-2012 CREDIT BEZITTINGEN VERMOGEN TOTAAL BEZITTINGEN TOTAAL VERMOGEN

Bezittingen en vermogen DEBET BALANS per 1-1-2012 CREDIT BEZITTINGEN VERMOGEN GEBOUW INVENTARIS AUTO VOORRAAD DEBITEUREN KAS TEGOED BANK TEGOED TOTAAL BEZITTINGEN TOTAAL VERMOGEN

Bezittingen en vermogen DEBET BALANS per 1-1-2012 CREDIT BEZITTINGEN VERMOGEN GEBOUW EIGEN VERMOGEN INVENTARIS Vreemd vermogen: AUTO HYPOTHEEK VOORRAAD LENING DEBITEUREN BANK KREDIET KAS TEGOED CREDITEUREN BANK TEGOED TOTAAL BEZITTINGEN TOTAAL VERMOGEN

Bezittingen en vermogen DEBET BALANS per 1-1-2012 CREDIT BEZITTINGEN VERMOGEN GEBOUW 200.000 EIGEN VERMOGEN ?????? INVENTARIS 40.000 Vreemd vermogen: AUTO 20.000 HYPOTHEEK 150.000 VOORRAAD 70.000 LENING 50.000 DEBITEUREN 5.000 BANK KREDIET 25.000 KAS TEGOED 500 CREDITEUREN 2.500 BANK TEGOED 1.500 TOTAAL BEZITTINGEN 337.000 TOTAAL VERMOGEN

Bezittingen en vermogen Eigen vermogen = bezittingen – vreemd vermogen 337.000 – (150.000 + 50.000 + 25.000 + 2.500) = 109.500 DEBET BALANS per 1-1-2012 CREDIT BEZITTINGEN VERMOGEN GEBOUW 200.000 EIGEN VERMOGEN 109.500 INVENTARIS 40.000 Vreemd vermogen: AUTO 20.000 HYPOTHEEK 150.000 VOORRAAD 70.000 LENING 50.000 DEBITEUREN 5.000 BANK KREDIET 25.000 KAS TEGOED 500 CREDITEUREN 2.500 BANK TEGOED 1.500 TOTAAL BEZITTINGEN 337.000 TOTAAL VERMOGEN

Opdracht 1 DEBET BALANS CREDIT Inrichting 32.000 Eigen vermogen 10.000 Banktegoed 3.000 Vreemd vermogen 25.000 TOTAAL BEZITTINGEN 35.000 TOTAAL VERMOGEN 1.a. NIEUW Banktegoed = 3.000 -2000 =1.000 1.b. Kassa 2.000 1.000

Opdracht 2 DEBET BALANS CREDIT Tegoed Rabobank 40.000 Eigen vermogen 15.000 Vreemd vermogen: - Schuld Bert Mantel 25.000 TOTAAL BEZITTINGEN TOTAAL VERMOGEN

Opdracht 3 a+b 3.a. Winkelpand 220.000 hypotheek 195.000 tekort 25.000 Nieuwe banksaldo = 40.000 – 25.000 = 15.000 DEBET BALANS CREDIT Winkelpand 220.000 Eigen vermogen 15.000 Tegoed Rabobank Vreemd vermogen: - Schuld Bert Mantel 25.000 - Hypotheek schuld 195.000 TOTAAL BEZITTINGEN 235.000 TOTAAL VERMOGEN

Opdracht 3 c. 3.c. Nieuwe banksaldo = 15.000 – 12.500 = 2.500 DEBET BALANS CREDIT Winkelpand 220.000 Eigen vermogen 15.000 Winkelinventaris 12.500 Vreemd vermogen: Tegoed Rabobank 2.500 - Schuld Bert Mantel 25.000 - Hypotheek schuld 195.000 TOTAAL BEZITTINGEN 235.000 TOTAAL VERMOGEN

BEGINBALANS ANNIE MANTEL Opdracht 4. Nieuwe banksaldo = 2.500 – 500 (kasgeld) = 2.000 DEBET BEGINBALANS ANNIE MANTEL CREDIT Winkelpand 220.000 Eigen vermogen 15.000 Winkelinventaris 12.500 Vreemd vermogen: Voorraad kleding - Schuld Bert Mantel 25.000 Tegoed Rabobank 2.000 - Hypotheek schuld 195.000 KASgeld 500 - Schuld aan crediteuren TOTAAL BEZITTINGEN 250.000 TOTAAL VERMOGEN

Opdracht 5 DEBET Balans K. Vlug per 2-1-2012 CREDIT Winkelpand 200.000 Eigen vermogen 85.000 Inventaris 20.000 Hypotheek 150.000 Handelsvoorraad 45.000 crediteuren 40.000 Banktegoed 9.000 kasgeld 1.000 TOTAAL BEZITTINGEN 275.000 TOTAAL VERMOGEN 5.b. Eigen Vermogen = bezittingen – schulden 275.000 – 190.000 = 85.000

Opdracht 6 a,b,c 6.a. Handelsvoorraad = 45.000 + 800 = 45.800 6.b. Crediteuren = 40.000 + 800 =40.800 DEBET Balans K. Vlug per 2-1-2012 (9 uur) CREDIT Winkelpand 200.000 Eigen vermogen 85.000 Inventaris 20.000 Hypotheek 150.000 Handelsvoorraad 45.800 crediteuren 40.800 Banktegoed 9.000 kasgeld 1.000 TOTAAL BEZITTINGEN 275.800 TOTAAL VERMOGEN

Opdracht 7 a,b,c 7.a. Handelsvoorraad = 45.800 + 300 = 46.100 7.b. Kasgeld = 1.000 - 300 =700 DEBET Balans K. Vlug per 2-1-2012 (10 uur) CREDIT Winkelpand 200.000 Eigen vermogen 85.000 Inventaris 20.000 Hypotheek 150.000 Handelsvoorraad 46.100 crediteuren 40.800 Banktegoed 9.000 kasgeld 700 TOTAAL BEZITTINGEN 275.800 TOTAAL VERMOGEN

Opdracht 8 a,b,c 8.a. Hypotheek = 150.000 – 5.000 = 145.000 8.b. Banktegoed = 9.000 – 5.000 = 4.000 DEBET Balans K. Vlug per 2-1-2012 (11 uur) CREDIT Winkelpand 200.000 Eigen vermogen 85.000 Inventaris 20.000 Hypotheek 145.000 Handelsvoorraad 46.100 crediteuren 40.800 Banktegoed 4.000 kasgeld 700 TOTAAL BEZITTINGEN 270.800 TOTAAL VERMOGEN

Opdracht 9 a,b 9.a. Bezittingen 7.500 + 21.000 + 1.500 + 1.000 = 31.000 Eigen Vermogen = 17.500 Benodigde lening 13.500 DEBET BALANS CREDIT Inventaris 7.500 Eigen Vermogen 17.500 Machines 21.000 Schuld Rabobank 13.500 Papier 1.500 kasgeld 1.000 TOTAAL BEZITTINGEN 31.000 TOTAAL VERMOGEN

Inventarislijst SPEENHOF Opdracht 10.a. Inventarislijst SPEENHOF Bezittingen volgens inventarisatie: INVENTARIS 22.400 GOEDEREN 13.600 BANKTEGOED 2.300 KASGELD 400 Totaal bezittingen 38.700 Vreemd vermogen: crediteuren 11.300 Totaal schulden

Opdracht 10 b, c 10.b. Bezittingen 38.700 Vreemd vermogen 11.300 Eigen Vermogen 27.400 DEBET BALANS CREDIT Inventaris 22.400 Eigen Vermogen 27.400 Goederen 13.600 Crediteuren 11.300 Banktegoed 2.300 Kasgeld 400 TOTAAL BEZITTINGEN 38.700 TOTAAL VERMOGEN

Inventarislijst TERPSTRA Opdracht 11.a. Inventarislijst TERPSTRA Bezittingen volgens inventarisatie: INVENTARIS 13.000 MACHINES 9.700 AUTO 3.600 GOEDEREN 18.400 KASGELD 400 Totaal bezittingen 45.100 Vreemd vermogen: SCHULD ING bank 3.800 crediteuren 2.000+2.600+3.200= 7.800 Totaal schulden 11.600

Opdracht 11 b, c, d 10.b. Bezittingen 45.100 Vreemd vermogen 11.600 Eigen Vermogen 33.500 10.d. SCHULD = Vreemd Vermogen = 11.600 DEBET BALANS CREDIT Inventaris 13.000 Eigen Vermogen 33.500 Machines 9.700 Schuld ING-bank 3.800 Auto 3.600 Crediteuren 7.800 Goederen 18.400 Kasgeld 400 TOTAAL BEZITTINGEN 45.100 TOTAAL VERMOGEN

Opdracht 12.a. werkplaats 145.000 Hypotheek 132.500 Nog te betalen 12.500 Banktegoed 35.000 – 1.500 (kasgeld)= 33.500 Restant werkplaats Machines 12.000 Gereedschappen 7.000 31.500 Nieuw banktegoed 2000

Opdracht 12.b. DEBET BALANS CREDIT Werkplaats 145.000 Eigen vermogen 35.000 Machines 12.000 Hypotheek 132.500 Gereedschappen 7.000 Banktegoed 2.000 Kas 1.500 TOTAAL BEZITTINGEN 167.500 TOTAAL VERMOGEN