Wet van Buys Ballot. 1-Lucht stroomt van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied. 2-Lucht krijgt op het noordelijk halfrond een afwijking naar rechts.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Par. 2.6 Mondiale luchtstromen
Advertisements

WINDEN :PASSAAT EN MOESSON
India als opkomend land
Luchtdrukverschillen en wind
Door: Heleen ter Pelkwijk (KNMI)
Systeem aarde: windsystemen en orkanen
Hoofdstuk 3 Wat een klimaat!
Parallellen en meridianen
Door: Charlot Zwerink, Lisa Stensen en Veerle Schreuder
India als opkomend land
Hoofdstuk 2 Klimaatzones en landschappen Paragraaf 9 en 10
Les 5 - Klimaatsysteem van Köppen
Hoofdstuk 2 Aarde: klimaatzones en landschappen Paragraaf 6 en 7
Een ‘onregelmatige’ equatoriale tegenstroom.
Bij B wordt het aardoppervlak en dus ook de lucht erboven sterker verwarmd dan bij B. De luchtdeeltjes in kolom B gaan harder bewegen  de luchtkolom zet.
Het klimaat in ZO-Azië.
Klimaten in Indonesië.
2.2 – Het Middellandse Zeeklimaat
WIND.
- Passaten en Moesson - Verschillende soorten regen
Land van de moesson Paragraaf 1.
Windsystemen Paragraaf 1.
Windsystemen Paragraaf.
India als opkomend land
India als opkomend land
Temperatuurfactoren Basisboek nummers 33 t/m 39.
Start de presentatie Kies je eigen route door in de dia’s te klikken !
Hoe ontstaat neerslag ? 4-Wolk(druppeltjes) 3-Condensatie 2-Afkoeling
Paragraaf 1: Land van onbegrensde mogelijkheden
Temperatuurfactoren:
Start de presentatie en klik dan in deze ster !
Paragraaf 2: Natuurlijke en landschappelijke kenmerken.
Weer en klimaat Paragraaf 6 en verder.
Hoofdstuk 1 Extern systeem en klimaatzones Paragraaf 1 t/m 4
3.3 verschillen in klimaten
5.3 verschillen in klimaten
Hoofdstuk 2 Aarde: klimaatzones en landschappen Paragraaf 6 en 7
Paleo-klimaten Hoe zijn de afwisselende omstandigheden gedurende het Kwartair te verklaren?
Hoofdstuk 1 Extern systeem en klimaatzones Paragraaf 1 t/m 4
Theorie Circulatie.
Het grote windsysteem Moesson.
Klimaat herkennen.
3 havo Köppen en Buys Ballot
Windsystemen.
Indeling les Uitleg §3: Temperatuurverschillen op aarde.
Dynamica van luchtstromen
China.
1 T/H Klimaten Hoofdstuk 2 § 2 - 4
Hoofdstuk 7 Nederlands weer en klimaatverschillen.
1 VWO Hoofdstuk 2 Klimaat § 8-10
1 VWO Hoofdstuk 2 Klimaat § 2-5
Inleiding Atmosfeer College 11
Indeling les Nakijken huiswerk §3: opdracht 1 t/m 3.
7. Een wereld vol verschillen
3. Energietransport in de in de atmosfeer atmosfeer.
3. Energietransport in de atmosfeer.
5. Een wereld vol verschillen?. Zijn de volgende hypotheses correct of vals? Leg duidelijk uit waarom!
AARDE 3/4 vmbo 4 Weer en klimaat § 2-4. Het weer Weer Atmosfeer Toestand van de atmosfeer op een bepaald moment op een bepaalde plaats Luchtlaag die om.
WINDEN :PASSAAT EN MOESSON
4 havo 2 Klimaat en landschap § 5-8
Wat een klimaat Hoofdstuk 3.
Hoofdstuk 2 Aarde: klimaatzones en landschappen Paragraaf 6 en 7
Hoofdstuk 2 natuurlandschappen op aarde
Paragraaf 3. Temperatuurverschillen op aarde Een deken over de aarde
Mondiale lucht- en zeestromen
Landschapszones en klimaat
NATUUR – LES 8 Luchtdruk en het weer.
Lessen plantenkennis Zelf afbeelding zoeken
PPT A5 086 Lucht als energietransporteur/3.3 hogedruk/lagedruk
Hoofdstuk 2 Weer en klimaat
Transcript van de presentatie:

Wet van Buys Ballot. 1-Lucht stroomt van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied. 2-Lucht krijgt op het noordelijk halfrond een afwijking naar rechts en op het zuidelijk halfrond naar links. (Als je met je rug in de wind staat) Dit komt door de rotatie van de aarde. (Corioliseffect).

Dit schema van de ‘grote windsystemen’ moet je kunnen tekenen Dit schema van de ‘grote windsystemen’ moet je kunnen tekenen. Daarbij moet je e.e.a. ook kunnen uitleggen. Bestudeer de volgende dia’s. Let op! Dit plaatje is de situatie bij een…. -gelijke verdeling van land en zee ! -rechte aardas  geen seizoenen ! De werkelijkheid is dus gecompliceerder. Kijk daarvoor bij het onderwerp ‘moesson’.

Uitleg: het grote windsysteem -Zonnestralen vallen loodrecht op de evenaar. Het aardoppervlak heel warm. -Het aardoppervlak verwarmt de lucht. -Warme lucht stijgt op. (veel neerslag !) -Er ontstaat een lagedrukgebied aan het aardoppervlak. H +++ Subtropisch maximum +++++ L - - - - - Equatoriaal minimum - - - - H +++ Subtropisch maximum +++++ -De lucht daalt op ongeveer -De opgestegen lucht daalt weer op 30° NB en 30° ZB. Hier ontstaat een hogedrukgebied aan het aardoppervlak

En verder…… -Aan de polen is het extreem koud. De lucht krimpt / daalt. Polair maximum ++ -Aan het aardoppervlak ontstaat een hogedrukgebied. -Van het polair maximum stroomt lucht naar lagere breedte. ++ -Van het subtropisch maximum stroomt de lucht naar lagere en hogere breedte. Polair maximum

L - - subpolair minimum - - En dan…… -Bij de evenaar botsen de luchtstromen die van hogere breedte komen = convergentiezone. L - - subpolair minimum - - Hoge- of lage druk is bepalend voor het weerbeeld InterTropische Convergentie Zone L - - subpolair minimum - - -Op ongeveer 60°NB en 60 °ZB botst de warme subtropische lucht op de koude polaire lucht. Langs het frontvlak stijgt de warme lucht over de koude lucht  lagedrukgebied aan het aardoppervlak. De stijgende en dalende lucht vormt circulatiecellen !

Hier ligt Nederland ! Zuidwesten wind ! Polair Maximum En hoe ziet het grote windsysteem er dan uit? Subpolair minimum Subtropisch maximum 1-De luchtdrukverdeling op aarde… + Equatoiraal minimum ITCZ - - - - - - - - - - - - - - - - - - Hier ligt Nederland ! Zuidwesten wind ! + + + + + + + + + + + + + + + + + + - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - + + + + + + + + + + + + + + + + + + - - - - - - - - - - - - - - - - - - 2-Buijs Ballot toepassen ! 2a-Lucht stroomt van H  L + 2b-afwijking naar rechts op het NH …en naar links op het ZH