Hoofdstuk 2 natuurlandschappen op aarde

Presentatie over: "Hoofdstuk 2 natuurlandschappen op aarde"— Transcript van de presentatie:

1 Hoofdstuk 2 natuurlandschappen op aarde
Start

2 Tips werkboek Netjes schrijven en nakijken met een andere kleur;
Antwoorden aanvullen aan de hand van de antwoordmodellen; Controleren of je alles gemaakt hebt; Niet tekenen in het boekje; Stop het werkboek in een mapje.

3 Doel Aan het einde van het hoofdstuk kan je de verschillende landschappen beschrijven en herkennen aan de hand van klimaatgrafieken.

4 Wat is het verschil tussen natuurlandschap en cultuurlandschap (ingericht)?

5 Weer & klimaat

6 Verschil Weer: temperatuur, neerslag, wind op een bepaald moment, op een bepaalde plaats. Klimaat: het gemiddelde weer in een bepaald gebied over een langere periode. Moment Gebied Weer Een bepaald moment, bv. 5 december Een bepaalde plaats, bv. Tilburg Klimaat Langere periode, bv. 30 jaar Een bepaald gebied, bv. Nederland

7 Klimaatgrafiek De klimaatgegevens “temperatuur” en “neerslag” worden in een klimaatgrafiek weergegeven. In een klimaatgrafiek geven we de temperatuur aan met een stip in het midden van de maandkolom. Het is een gemiddelde. In een klimaatgrafiek geven we de neerslag aan met een staafje in de maandkolom. Het is de totale neerslag van een maand. Onderaan staan de maanden in een jaar. Tilburg

8 Aansluiting van een klimaatgrafiek

9 Maken Opdracht 1 t/m 13

10 Zonnestralen Op hogere breedte moeten de zonnestralen:
Een langere afstand afleggen door de atmosfeer; Een groter oppervlak verwarmen.

11

12 Hoge en lage breedte Grens 45 graden

13

14 Seizoenen

15 Scheve aardas

16 Loodrecht op de evenaar

17 Wiskundige indeling

18 Simulatie

19 Stappenplan 1

20

21

22

23 Maken 14 t/m 27

24

25 Thermische indeling Om luchtstreken van elkaar te scheiden, kun je in plaats van de wiskundige indeling beter gebruik maken van de zogenaamde thermische indeling. Isothermen: lijnen die punten met gelijke temperatuur met elkaar verbinden.

26

27

28 Luchtstreken Polaire luchtstreek Gematigde luchtstreek
Tropische luchtstreek

29 Boomgrens 10 graden isotherm van de warmste maand.
De grens tussen polaire en gematigde luchtstreek.

30 Palmboomgrens 18 graden isotherm van de koudste maand.
De grens tussen de gematigde en tropische luchtstreek

31

32 Maken 28 t/m 36

33 Stappenplan 2

34

35

36

37 Maken 37 & 38