Paragraaf 2 van hoofdstuk 2: Warmtebronnen

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Warmte Hoofdstuk 4 Nova Klas 2HV.
Advertisements

4. Classificatie van stoffen
Weten jullie nog wat dit is?
Paragraaf 2 van hoofdstuk 2: Warmtebronnen
Warmte Hoofdstuk 4 Nova Klas 2V.
Wijziging planning Vandaag korte uitleg over 3.6/3.7, Powerpoint staat bij downloads. Vandaag zelf practicum 3.10 uitvoeren na uitleg Woensdag SO reactievergelijkingen,
Paragraaf 2 van hoofdstuk 2: Warmtebronnen
Atomen , moleculen en reactieschema
Van reactieschema tot reactievergelijking
Warmtebronnen Als je iets wil verwarmen heb je een warmtebron nodig.
Reactievergelijkingen kloppend maken
Scheikunde 3HV H5 chemische reacties SV
Moleculen en atomen Hoofdstuk 7.
Stoffen en stofeigenschappen
Moleculen en Atomen Klas 3
Voeding koolstof chemie
Het kloppend maken van reactievergelijkingen
Hoofdstuk 2 Moleculaire Stoffen
Het kloppend maken van reactievergelijkingen
Stoffenmoleculen Om te kunnen verklaren dat stoffen bepaalde stofeigenschappen hebben gebruiken we een modelvoorstelling De molecuultheorie: stoffen bestaan.
Scheikunde DE MOL.
Evenwichtsvoorwaarde
De Mol 2 4 Havo-VWO.
Atomen , moleculen en reactieschema
Voorbereiding op paragraaf 6.2 van het boek natuurkunde overal 2HV
Reacties en reactievergelijkingen
Opstellen reactievergelijkingen
Pijl rechts: verder pijl links: terug Kloppend maken In een reactieverglijking moet van elke atoomsoort voor en na de pijl evenveel atomen zijn Dus alle.
4T Nask1 2.1 Brandstoffen verwarmen
3T Nask2 4 nieuwe stoffen maken
Reactieschema Hoe stel je een reactieschema in symbolen op voor de verbranding van koolstof? Pulsar nask2-1 blz 102 bron 18/19 gebaseerd op blz 82 bron.
Reactievergelijkingen Klas 3
Bij het ROW-systeem wordt gebruik gemaakt van elektrolyse van water. Wat is elektrolyse en wat heeft het voor nut? Elektrolyse =de ontleding van scheikundige.
pijl rechts: verder pijl links: terug
Reactievergelijkingen kloppend maken 2
Reactievergelijkingen kloppend maken.
STOFFEN – HET MOLECUULMODEL
3.2 Volledige en onvolledige verbranding
3.4 Het kloppend maken van reactievergelijkingen
Waar haal je de energie vandaan?
Marc Bremer Scheikunde Marc Bremer
Hoofdstuk 6 Reacties.
4.4.Doorstroom Scheikunde H 1
Scheikunde 4 W&L.
Hoofdstuk 3 Kelly van Helden.
Chemisch rekenen voor oplossingen
Synthesegas CH 4 (g) + H 2 O (g) ⇄ CO (g) + 3H 2 (g) Doel : snelle en hoge opbrengst Welke zaken beïnvloeden opbrengst?
Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 4
Reactievergelijkingen Een kwestie van links en rechts kijken.
Stofwisseling Thema 1.
Koolstofchemie AARDOLIE.
HOOFDSTUK 1 STOFFEN.
Rekenen aan reacties Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 3.
Hoofdstuk 2 Chemische reacties
Scheikunde H4 + structuurformules. Fossiele brandstoffen paragraaf 1 Fossiele brandstoffen: ontstaan uit resten van planten en dieren die miljarden jaren.
Stappenplan rekenen stap 1: LEZEN stap 2: kloppende reactievergelijking stap 3: molecuulmassa’s stap 4: massaverhouding stap 5: verhoudingstabel stap 6:
Scheikunde klas 3 Herhaling
3.5 van reactieschema naar Reactievergelijking
8.4 Moleculen en atomen Praktikum 36: Vragen:
8.8 Verbrandingsreacties
Reactievergelijkingen kloppend maken.
8.5 Molecuulformules Opdracht 16:
Energie in de toekomst Natuurkunde Overal 2HAVO/VW0
Verbranding en ademhaling
Opstellen reactie vergelijking
Brandstoffen verbranden
Brandstoffen verbranden
Scheikunde, een wetenschap
Transcript van de presentatie:

Paragraaf 2 van hoofdstuk 2: Warmtebronnen

Atomen Binnen de scheikunde bestaan een heleboel enkelvoudige stoffen. Deze stoffen bestaan uit één element. Elke elementen heeft zijn eigen letter. H Waterstof O Zuurstof C Koolstof

Periodiek systeem Zuurstof Waterstof Koolstof

Molecuul Water H2O Zuurstof O2 Koolstofdioxide CO2 Koolstofmonoxide CO Molecuul is een combinatie van een of meer atomen Voorbeelden die jullie kennen: Water H2O Zuurstof O2 Koolstofdioxide CO2 Koolstofmonoxide CO Koolstof C

Er zijn 3 dingen nodig voor verbranding: - Brandstof - Zuurstof - Ontbrandingstemperatuur

Als er genoeg zuurstof (O2) aanwezig is Volledige verbranding 2 soorten verbranding Als er genoeg zuurstof (O2) aanwezig is Volledige verbranding Als er niet genoeg zuurstof (O2 ) aanwezig is: Onvolledige verbranding

Onvolledige verbranding Er is niet genoeg zuurstof om de brandstof volledig te verbranden Er ontstaat: Roet (C) en Koolstofmonooxide (CO) Je ziet aan de formule dat het aantal zuurstof atomen af neemt.

Roet (C) Eigenschap: Zwarte aanslag (als potlood) Schoorsteen vegen!

Koolstofmonooxide (CO) Eigenschap: Giftig Onzichtbaar Reukloos Zwaarder dan lucht

Er verdwijnen nooit atomen Bij een verbranding verdwijnt er geen stof maar de stof veranderd.

Volledige verbranding Reactievergelijking: Brandstof + zuurstof  reactieproduct (en) (Oude stof) (nieuwe stof) Bij volledige verbranding zijn de reactieproducten altijd CO2 en H2O

Aantal atomen in één molecuul Formule lezen 5 moleculen butaan één molecuul butaan C4 H10 Scheikundige formule 5C4 H10 Ervoor Aantal moleculen Aantal moleculen Aantal atomen in één molecuul Totaal aantal 5 4 C atomen 20 C atomen 10 H atomen 50 H atomen Erachter Aantal atomen in één molecuul

Reactievergelijking Voorbeeld: metaangas (CH4) 1 koolstof atoom 4 waterstof atomen Reactievergelijking: Methaan en zuurstof  koolstofdioxide en water CH4 + O2  CO2 + H2O

Reactievergelijking Voorbeeld: metaangas (CH4) Reactievergelijking: CH4 + O2  CO2 + H2O Bepaal het aantal atomen per molecuul: Molecuul Aantal C Aantal H Aantal O CH4 1 4 CO2 2 H2O

Bepaal aantal CO2 Kijk naar het aantal C atomen in het gas. Dan kan je één CO2 molecuul maken uit één CH4 molecuul. Hiervoor heb je dus nog 2 zuurstof atomen nodig. Dit is hetzelfde als één zuurstofmolecuul (O2) Molecuul Aantal C Aantal H Aantal O CH4 1 4 1 CO2 2

Bepaal aantal H2O Kijk naar het aantal H atomen in het gas. Dan kan je twee H2O molecuul maken uit één CH4 molecuul. Hiervoor heb je dus nog 2 zuurstof atomen nodig. Dit is hetzelfde als één zuurstofmolecuul (O2) Molecuul Aantal C Aantal H Aantal O CH4 1 4 2 H2O 2 molecuul Aantal H Aantal O H2O 2 1

Voorbeeld: metaangas (CH4) Reactievergelijking: CH4 + 2O2  CO2 + 2H2O Molecuul Aantal C Aantal H Aantal O aantal CH4 1 4 1 CO2 2 2 H2O O 2 + 2 O2 4 / 2

Voorbeeld: Propaangas (C3H8) Reactievergelijking: CH4 + 5O2  3CO2 + 2H2O Molecuul Aantal C Aantal H Aantal O aantal C3H8 3 8 3CO2 6 4H2O 4 O 10 6 + 4 O2 5 10 / 2

Conclusie: Er zijn 2 soorten verbranding: Volledige verbranding (blauwe vlam) (koolstofdioxide (CO2)en waterdamp (H2O)) Onvolledige verbranding (gele vlam) (koolstofmonooxide (CO), roet (C) en waterdamp (H2O))

Conclusie: Bij een volledige verbranding is er genoeg O2 en ontstaat er altijd CO2 en H2O Reactievergelijking: Brandstof + O2  CO2 + H2O Brandstof invullen (vaak C2H4 of CH4) Dan C’s, O’s en H’s gelijk maken

Paragraaf 2 vragen: 2, 3 7 t/m 12 en 16