Voorraadbeheersing en voorspellen College 4 (hoofdstuk 8, 9 en 10 Ronald H. Ballou)

Doel voorraden Coördinatie vraag en aanbod tegen relatief lage kosten Maakt seriefabricage mogelijk Maakt efficiënt transport mogelijk Onderdeel productieproces (bijv. wijn) Verkort de levertijden

Functies in warehouse Bewaren, in voorraad houden van de goederen Verzamelen (rol in convergente stroom) Break bulk Mixing

Voorspellen Relatie P&C functie v.d. organisatie Horizon en niveau’s Relatie met productie en voorraad Onderscheid: Spatial vs temporial demand Lumpy vs regular demand Derived vs Independed demand Spatial = ruimtelijk; temporial = tijdelijk tijd en georgafie ; waar is de vraag en wanneer de raiv= afgeleid

Voorspelmethoden Kwalitatief: Tijdreeks extrapolatie Causale methoden veld onderzoek mogelijk zonder historische informatie Tijdreeks extrapolatie relatie met historische situatie Causale methoden relatie met customer service ketenafhankelijk

Methode tijdreeksextrapolatie (I) Single exponential smoothing goed bruikbaar voor rel. korte termijn elke periode heeft verschillende gewichten gewichten lopen exponentieel af Ft+1 = At + (1- )At-1 + (1- )2At-2 + …  + (1- ) + (1- )2 + (1- )3 + …= 1  kiezen tussen 0 en 1 [0,01 - 0,3]

Methode tijdreeksextrapolatie (II) Voorspel fouten: een informatiebron Berekening voorspelfout: veronderstel dat men gemiddeld goed voorspelt verwachte waarde voorspelfout = 0 Als volgt: kwadrateer verschillen voorspelling en vraag; tel deze uitkomsten uit en deel door aantal voorspel perioden -1; standaardfout is de wortel hiervan.

Methode tijdreeksextrapolatie (III) Standaardfout Minimale en maximale waarden voorspellen Relatie met (veiligheids)voorraad

Beperkingen bij voorspellen geen historie (start up) discontinue vraag (lumpy demand) verschillen per regio (regional forecasting) verschillen per product Tracht niet sterk afhankelijk te zijn van de voorspelling

Voorraadbeheersing Pull approach: elk voorraadpunt is onafhankelijk van de andere punten in de keten voorspelling in relatie tot lokale situatie Push approach: voorraadpunten zijn afhankelijk van elkaar voorspelling op aggregaatniveau

Voorraadkosten en prestaties beschikbaarheid van de producten tot een bepaald service niveau Kosten procurement costs (bestelkosten) carrying costs (ruimte, kapitaal en service) out of stock costs (verkoopverliezen, nabestellingen)

Push inventory control Bepaling voorraadhoogte: 1. voorspel vraag tot volgende productierun 2. meet per punt de huidige voorraad 3. bepaal benodigde voorraadhoogte (%) per punt 4. bepaal totale behoefte (vraag en onzekerheid) 5. bepaal netto behoefte 6. verdeel overschot naar de voorraadpunten op basis van de vraagvoorspelling 7. overschot en netto behoefte = totale allocatie Productierun is 125.000 Stel: 1. 130.000 2. 3. 4. 5. A: 5.000 90 % 12.560 7.560 B: 15.000 95 % 52.475 37.475 C: 30.000 90 % 95.600 65.600 50.000 160.635 110.635 6. Overschot is productierun 125.000 - behoefte 110.635 = 14.365 A: 10.000 14.365*(10.000 / 130.000) = 1.105 8.665 B: 50.000 14.365*(50.000 / 130.000) = 5.525 43.000 C: 70.000 14.365*(70.000 / 130.000) = 7.735 73.335 130.000 125.000

Pull inventory control Formule van Camp (E,O,Q) stel: productie op voorraad bestelkosten (S) [omstelkosten] vraag (D) is constant voorraadkosten (IC) is percentage van de waarde van de voorraad geen negatieve voorraden

Pull inventory control (II) Bepaling seriegrootte Q waarbij kosten worden geminimaliseerd Kosten bij inkopen: bestelkosten (S) en rentekosten (IC) Jaarlijkse kosten = SD/q + ICq / 2 Bij productie wordt bestelkosten (S) omstelkosten

Pull inventory control (III) Jaarlijkse kosten = SD/q + ICq / 2 Kosten minimaal bij dK / dq = 0 zodat: Q =  (2 D S / I C)

Advanced pull inventory control Twijfel over nauwkeurigheid vraagvoorspelling en levertijd oplossing: veiligheidsvoorraden Reorder point methode Period review methode

Reorder point Model Ook hier wordt een Q berekend Tevens de hoogte van de veiligheidsvoorraad (v.v.) Hoogte v.v. relatie met levertijd (incl. onzekerheid hiervan en vraag (incl. voorspelfout)

Period review model continue monitor van de voorraden meer voorraadkosten Redenen: geen elektronisch voorraadbeheerssysteem bulk bestellingen bij één leverancier bulk bestellingen in één transportronde

Aggregate control of inventories Turned over ratio ratio = jaarlijkse verkoop op voorraad / gemiddelde investering ABC product classificatie A: fast movers B: medium movers C: slow movers

Opdracht 2 Casus: “de internet super” Verstrek een advies om de vraag te voorspellen Verstrek een advies ten aanzien van voorraadbeheer