Taal en cognitie: Optimaliteitstheorie Henriëtte de Swart
Taal en cognitie Taalkunde theorie: representatie van impliciete kennis van de moedertaalspreker (competence) Morfologie, Syntaxis: gericht op ‘harde’ symbolische regels, generatie Algoritme bepaalt welgevormdheid. Creativiteit, oneindige recursie.
Taalvariatie Taalvariatie: parameters. Taalverwerving: universele grammatica is aangeboren, kind leert parameter setting van de moedertaal.
Problemen Parametersetting soms onvoldoende voor taalvariatie: interactie meerdere regels. Harde regels hebben (vaak) uitzonderingen. Stricte scheiding systeem (competence) en gebruik (performance): weinig inzicht in processing, pragmatiek, taalgebruik, rol van input in taalverwerving.
Taal en hersenen Generatieve grammatica (Chomsky): modulaire structuur: syntaxis, morfologie, fonologie zijn aparte modules van de grammatica. Hersenen: parallel processing. Kunnen we een taalkunde theorie bouwen die in principe te implementeren valt in hersenen?
Een alternatief Optimaliteitstheorie: optimale oplossingen van strijdige regels in natuurlijke taal Uitspraak van woorden (fonologie) Zinsbouw: optimale uitdrukking van bepaalde betekenis (syntaxis) Optimale interpretatie in contekst (semantiek)
‘Liever lui dan moe’ Least Effort: Praten kost minder moeite als je een normale, makkelijke uitspraak van een klank kiest in een bepaalde positie. Van belang voor spreker
Ontstemd stemloos:t k f s ch p stemhebbend:d g v z g b Stemhebbend is ‘speciaal’, ‘moeilijker’, eist actie van de stembanden Stemloos is ‘normaal’, ‘makkelijker’, vereist geen actie van de stembanden Ontstemd: Klanken zijn stemloos aan het einde van een woord.
Getrouwheid Getrouwheid: Een klankonderscheid moet behouden blijven in de uitspraak. Bijvoorbeeld: Stemhebbende klanken behouden hun stem in de uitspraak. (Stemvast) Belang voor hoorder
Taalvariatie Verschillen tussen talen ontstaan door verschillend ‘belang’ toegekend aan bepaalde regels. Nederlands:Ontstemd >> Stemvast Engels:Stemvast >> Ontstemd Nederlands kiest op een onderdeel voor een makkelijke uitspraak. Engels kiest op dat punt voor een duidelijke uitspraak.
Nederlands
Engels
Taalvariatie in syntaxis Het regent.[Nederlands] Piove.[Italiaans] Wat regent er? Waarom hebben alle Nederlandse zinnen een onderwerp?
Onderwerpregel: Alle zinnen hebben een onderwerp. Betekenisregel: alle elementen uit de zin hebben betekenis. Onderwerpregel >> Betekenisregel (Nl) Betekenisregel >> Onderwerpregel (It).
Nederlands Betekenis OnderwerpBetekenis Regent * Het regent *
Italiaans Betekenis BetekenisOnderwerp Piove * ‘Het’ piove *
Basisprincipes OT beschouwt grammatica als relatie tussen input en output ( neuraal netwerk). GEN: genereert mogelijke kandidaten voor gegeven input ( activatiepatronen). Output: optimale kandidaat wint, alle andere kandidaten suboptimaal ( harmonische situatie netwerk). Gelijktijdige evaluatie van alle regels.
Patroonherkenning Gezichtsherkenning Muziek Herkenning van handgeschreven letters
Handgeschreven letters Is dit een A of een H? Vraag niet te beantwoorden zonder contekst
Letters in contekst Letters in contekst zijn niet ambigu
Patroonherkenning = optimalisatieproces Een waargenomen patroon wordt opgedeeld in samenstellende kenmerken Kenmerken wijzen in de richting van bepaalde letters Kenmerken blokkeren keuze voor een bepaalde letter Neurale netwerken modelleren optimizatie proces.
Regelgestuurde processen (Logisch) redeneren Taal (?)
Patronen versus regels Optimalisatie in contekst versus Symbolische regels Is er sprake van volledig gescheiden cognitieve processen? OT: het verschil is niet zo groot als het lijkt!
Prince en Smolensky (1993) Taal wordt gestuurd door proces van optimalisatie Er zijn wel regels, maar die zijn niet hard Schending van taalregels mag om te voldoen aan een sterkere regel Grammatica: verzameling potentieel strijdige taalregels. Taalvariatie: talen verschillen in ordening van regels
Parallel met neurale netwerken OT is geen directe modellering van taal in een neuraal netwerk: combinatie van symbolische en subsymbolische noties. Symbolische regels. ‘harmonisch’ patroon van activatie van netwerk gespiegeld in ‘harmonische’ uitkomst van combinatie van conflicterende regels.
Optimalisatie van interpretatie Zes sollicitanten werden uitgenodigd voor een gesprek. Drie werden afgewezen. Drie welke? Zes sollicitanten werden aangenomen Drie werden afgewezen. Drie welke?
Liever anaforisch DOAP: Do not overlook anaphoric possibilities Mogelijkheden voor een anaforische interpretatie moet je gebruiken Drie = sollicitanten, niet ‘anderen’
Conflicterende regels ANTECEDENTREGEL Kies als het antecedent van een incomplete NP de verzameling A B van de voorgaande zin Zes sollicitanten werden uitgenodigd voor een gesprek. Drie werden afgewezen. Drie = drie van de sollicitanten die werden uitgenodigd voor een gesprek
Gezond verstandregel Zes sollicitanten werden aangenomen. Drie werden afgewezen. Drie drie van de sollicitanten die werden aangenomen. GEZOND VERSTANDREGEL Vermijd tegenstrijdigheden Drie = drie andere sollicitanten
Ordening Gezond verstand Antecedent regel DOAP Drie van de sollicitanten die werden aangenomen werden afgewezen *! Drie andere sollicitanten werden afgewezen * Drie andere mensen werden afgewezen * !*
Anafora resolutie Als ik met een dokter praat, is de dokter het vaak met hem oneens. Wie is hem? Als ik met een dokter praat, is de dokter het vaak met zichzelf oneens. Wie is zichzelf?
hem versus zichzelf Reflexieve en niet-reflexieve pronomina PRINCIPE B Als twee argumenten van dezelfde semantische relatie niet zijn gemarkeerd als identiek, interpreteer ze dan als verschillend.
Ordening input output PrincBDOAP Als ik met een dokter praat is de dokter het vaak met hem oneens een dokter 1 de dokter 1 hem 1 *! een dokter 1 de dokter 2 hem 1 * een dokter 1 de dokter 1 hem 2 * een dokter 1 de dokter 2 hem 2 *! * Als ik met een dokter praat is de dokter het vaak met zichzelf oneens een dokter 1 de dokter 1 zichzelf 1 een dokter 1 de dokter 2 zichzelf 1 *! een dokter 1 de dokter 1 zichzelf 2 *! een dokter 1 de dokter 2 zichzelf 3 *!*
Consekwenties Taalverwerving Twee klassen constraints: Markedness: vermijd structuur (‘liever lui dan moe’). b.v. ONTSTEMD Faithfulness: respecteer input (‘getrouwheid) b.v. STEMVAST
Verschil begrip/productie Volwassenentaal faithfulness > markedness Kindertaal markedness > faithfulness /trein/ trein/tijn/ tijn /trein/ tein/tijn/ tijn
Reflexieven en pronomina Productie: 100% goed (v.a. 3 jaar) Begrip: reflexieven 100% goed (v.a. 3 jaar), pronomina coreferentie OK tot 6,6 jaar. Waarom? Bert i zag zichzelf i/*k. Bert i zag hem *i/k. (volwassentaal) Bert i zag hem i/k. (kindertaal)
Semantische variatie Tot nu toe hebben we variatie gezien in fonologische ordeningsregels. Er is ook variatie in syntactische ordening. Is er ook sprake van semantische variatie die we kunnen beschrijven in OT?
DN and NC Nobody said nothing. (Eng) x y Niemand zei niets. (Dutch) x y Nadie miraba a nadie. (Spa) x y Nessuno ha parlato con nessuno. (Ital) x y Personne n’a rien dit. (Fr)ambiguous
Negatie in OT FaithNeg: reflecteer non-affirmativiteit van de input in de output. *Neg: vermijd negatie in de output. Universele ordening: FaithNeg >> *Neg. InterpretNeg (IntNeg): Elke neg uitdrukkingen in de input levert een negatieve betekenis in de output.
DN (Interpretatie) FormMeaningFNegIntNeg*Neg neg+neg x1x2x1x2 * ** x 1 x 2 * * x 1 x 2 ** Niemand zei niets
NC (Interpretatie) FormMeaningFNeg*NegIntNeg neg+neg x1x2x1x2 * ** x 1 x 2 * * x 1 x 2 ** Nadie miraba a nadie
Taal en Cognitie (slot) Theoriën over taal moeten taalkennis inbedden in cognitie. Theoriën over taal moeten taalkennis inbedden in het brein. Verwevenheid van taaltheorie met ontwikkelingen in neurocognitie Belang van experimentele evidentie (taalproductie, processing, taalverwerving).