Didactiek en Klassenmanagement Prestatie 1 Meervoudige intelligentie Lessenserie onderbouw Havo/Vwo Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
De 8 intelligenties Meer informatie over de intelligenties: http://www.rpcz.nl/thema__meervoudige_intelligentie/8_intelligenties/ Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
De lessenserie Per les komt één intelligentie uitgebreid aan bod Les 1 : Energie bij je thuis (intrapersoonlijke intelligentie) Les 2 : Richting horen (interpesoonlijke intelligentie) Les 3 : De magnetron (verbale intelligentie) Les 4 : Frequenties (muzikale intelligentie) Les 5 : Seizoenen (natuurgerichte intelligentie) Les 6 : Eb en vloed (logische intelligentie) Les 7 : Het zonnestelsel (lichamelijke intelligentie) Les 8 : De zon (visuele intelligentie) Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
Les 1 : Energie bij je thuis (de intrapersoonlijke intelligentie) Beginsituatie : leerlingen kunnen de energiemeter aflezen Hoofddoelstelling : informatie over energiebronnen toepassen op thuissituatie Lesplan : persoonlijke opdracht energienetwerk Lesonderwerp: “Energie bij je Thuis” Beginsituatie: De leerlingen weten van energie in huis en kunnen thuis de energiemeters aflezen. De lesvorm betreft een korte presentatie door een medewerker van een energiebedrijf, gevolgd door een opdracht die ze in groepen van 4 dienen te maken. Doelstellingen: - De leerling weet een aantal energiebronnen te noemen. - De leerlingen kunnen deze informatie toepassen op een eigen model voor energievoorziening thuis. - De leerlingen kunnen onderling afspraken maken over de taakverdeling. - De leerlingen kunnen samenwerken. Lesplan: 5 minuten: Introductie richting energie (gas, licht, warmte) thuis door de gastspreker. Op welke wijze wordt je huis verwarmd? Waar zit de meterkast? Waarvoor gebruik je elektriciteit? Hoe wordt elektriciteit opgewekt (groene stroom/grijze stroom)? 5 minuten: Uitleg groepsopdracht. Hulpmiddelen: voor de gastspreker een lespakket, voor de leerlingen stiften en papier. De leerlingen gaan in groepen een energienetwerkje bedenken, waarbij ze bedenken hoe energiebronnen aan elkaar geknoopt kunnen worden om energie te verdelen: wat doe je als je een zonnepaneel hebt, maar de zon schijnt niet? Wat voor energieopwekkers ze gebruiken mogen ze zelf weten (windmolen, waterval, kerncentrale, hometrainer), het dienen er minstens 3 te zijn. 15 minuten. Opdracht uitvoeren. 5 minuten: Kort presenteren en bespreken in de klas. Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
Les 2 : Richting horen (interpesoonlijke intelligentie) Beginsituatie : beheersing van samenwerken in een practicum Hoofddoelstelling : onderling afspraken maken over de verslaggeving van het practicum Lesplan : groepspracticum richting horen Lesonderwerp: “Richting horen” Beginsituatie: De leerlingen beheersen de vaardigheid richting horen allemaal, maar weten mogelijk niet waarom ze dat kunnen. De lesvorm (in drietallen een practicum doen) is bij de leerlingen een bekend verschijnsel. Doelstellingen: De leerling kan het begrip richting horen uitleggen. - De leerlingen kunnen onderling afspraken maken over de taakverdeling. - De leerling kan de gegevens op een overzichtelijke manier noteren in een tabel. - De leerlingen kunnen samenwerken. Lesplan: 5 minuten: Introductie richting horen. Hoe komt het dat je weet waar een geluid vandaan komt? Ideeën laten opschrijven en daarna mogen de leerlingen vergelijken met de ideeën van de buurman/-vrouw. Doordat je twee oren hebt kun je horen waar een geluid vandaan komt. Er is een klein verschil tussen het geluid dat je linkeroor waarneemt en het geluid dat je rechteroor hoort. In je hersenen worden de waarnemingen van beide oren met elkaar vergeleken. Je gaat nu onderzoeken hoe nauwkeurig je de richting van een geluid kunt vaststellen. 5 minuten: Uitleg practicum. Hulpmiddelen: 2 trechters en een stuk tuinslang van 1,50 meter een stift, pen en papier. Meet nauwkeurig het midden van het stuk tuinslang en zet daar een streepje.Teken links en rechts van dat streepje een centimeterverdeling op de tuinslang, 5 centimeters rechts en 5 centimeters links van het midden. Steek de trechters in de uiteinden van de tuinslang. De proefpersoon zet de trechters tegen zijn oren en houdt die vast. De slang gaat achter het hoofd langs maar mag het hoofd niet raken. De tweede persoon tikt met een potlood op het midden van de slang, daarna 5 cm links en 5 cm rechts van het midden. De proefpersoon zegt na elke tik waar het geluid vandaan kwam, midden links of rechts. De derde persoon noteert alle gegevens: de afstand van het midden links of rechts en het antwoord van de proefpersoon. Herhaal de proef verschillende afstanden van het midden. Zorg dat elke bepaling drie x wordt gedaan. Noteer alle gegevens op een overzichtelijke manier in een tabel of schema. Nadat alles is genoteerd mogen ook de anderen even het richtinghoren ervaren, die gegevens hoeven niet genoteerd te worden. 15 minuten. Practicum uitvoeren. 5 minuten: Welke conclusies kun je uit deze proef trekken? Bespreken in de groep. Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
Les 3 : De magnetron (verbale intelligentie) Beginsituatie : iedereen weet dat een magnetron een keukenapparaat is Hoofddoelstelling : de leerlingen luisteren naar het verhaal (ondersteund door ppt-presentatie) en nemen de belangrijke begrippen over in hun schrift Lesplan : een klassiekaal verhaal begeleid door een powerpointpresentatie Lesonderwerp: “De magnetron” Beginsituatie: Iedereen heeft in zijn leven wel eens gehoord of gebruik gemaakt van de magnetron. Dit apparaat is zeer populair in het huishouden door de diversen mogelijkheden die het bezit. Toch is het één van de lastigste apparaten die we in huis hebben en vallen er diversen natuurkundige begrippen uit te halen. Doelstellingen: De leerlingen kunnen nagaan welke onderdelen er in de magnetron zitten De leerlingen krijgen een beter begrip van ‘golven’ en ‘voedselbereiding’ De leerlingen worden zich bewust van enkele gevaren bij de magnetron De leerlingen vormen een beeld over de invloed van de magnetron op het voedsel en de gezondheidsrisico’s voor de mens Lesplan: Door middel van een powerpoint presentatie de volgende onderwerpen doorlopen (zie voor beter beeld de powerpoint presentatie); 5 minuten introductie onderwerp, met input vanuit de klas 5 minuten over de onderdelen van het apparaat 10 minuten over de globale werking en over golfpatronen 5 minuten een klein demonstratie experiment over ‘staande golven in kaas’ 5 minuten praten over de gevolgen van straling en afsluiten met het geven van een leuke website waar veel proefjes opstaan Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
Les 4 : Frequenties (muzikale intelligentie) Beginsituatie : de leerling is bekend met de begrippen frequentie, toonhoogte en trilling Hoofddoelstelling : de leerling kan het geluid omzetten in beeld d.m.v. een oscilloscoop Lesplan : een practicum uitvoeren met muziekinstrumenten en een oscilloscoop Lesonderwerp: “Frequenties” Beginsituatie: De leerlingen zijn allemaal bekend met begrippen als frequenties, toonhoogte, trilling. De lesvorm (in tweetallen een practicum doen) is bij de leerlingen een bekende lesvorm. Doelstellingen: - De leerlingen kunnen eenvoudige metingen verrichten met de oscilloscoop. - De leerlingen kunnen hun metingen verwerken in een formulier. Lesplan: 5 minuten: Introductie oscilloscoop Wat voor een apparaat is het en hoe ga je er mee om. Zie ook http://virtueelpracticumlokaal.nl/oscilloscope_nl/oscilloscope_nl.html 5 minuten: Uitleg practicum. Hulpmiddelen: oscilloscoop, verschillende muziekinstrumenten, stemvorken. Sla de stemvork aan (niet te hard) en stel de beste waarde voor de tijdbasis en de verticale gevoeligheid in op de oscilloscoop. Noteer de ingestelde tijdbasis. Meet zo nauwkeurig mogelijk het aantal hokjes per trillingstijd. Bereken nu de trillingstijd met behulp van het formulier. Bereken de frequentie. Vergelijk nu deze waarde met die als op de stemvork. Probeer dit nu ook met een muziekinstrument. 15 minuten. Practicum uitvoeren. 5 minuten: Welke conclusies kun je uit dit practicum trekken? Bespreken in de klas. Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
Les 5 : Seizoenen (natuurgerichte intelligentie) Beginsituatie : de leerling weet dat we vier seizoenen hebben Hoofddoelstelling : de leerling kan de seizoenen verklaren m.b.v. de stand v/d aarde Lesplan : de aarde en zon in het klein nabootsen in een practicum Lesonderwerp: “Seizoenen” Beginsituatie: De leerlingen zijn allemaal bekend met de seizoenen. Dit onderwerp is mogelijk ook bij aardrijkskunde aan de orde geweest. De lesvorm (in tweetallen een practicum doen) is bij de leerlingen een bekende lesvorm. Doelstellingen: - De leerlingen kunnen verklaren hoe de stand van de aarde ten opzichte van de zon de seizoenen bepaalt. - De leerlingen kunnen samenwerken tijdens het practicum. - De leerlingen kunnen een gezamenlijke verklaring op papier zetten. Lesplan: 5 minuten: Introductie seizoenen. Hoe komt het dat er seizoenen zijn? Overleg in tweetallen wat de belangrijkste verschillen tussen de seizoenen zijn in Nederland en schrijf die op. Wat weten de leerlingen over seizoenen aan de andere kant van de aardbol? Misschien hebben zij daar ervaring mee opgedaan tijdens verre vakanties. Seizoenen ontstaan doordat de aarde een schuine stand heeft. Dat kun je goed zien bij deze globe. Hoe dat precies zitten gaan we onderzoeken in dit practicum. 5 minuten: Uitleg practicum. Hulpmiddelen: Globe, lamp op een statief, pen en papier De lamp op het statief stelt de zon voor. De zon neemt een vaste plaats in. De globe stelt de aarde voor. We gaan in dit practicum letten op de gevolgen van de stand van de aarde in Nederland. De aarde draait in één jaar tijd om de zon heen. De aarde draait in een dag om zijn eigen as. Teken de stand van de aarde en zon bij ieder seizoen en noteer wat de gevolgen zijn voor Nederland? 15 minuten. Practicum uitvoeren. 5 minuten: Welke conclusies kun je uit dit practicum trekken? Bespreken in de groep. Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
Les 6 : Eb en vloed (logische intelligentie) Beginsituatie : kennis van les 5 (seizoenen) en evt. een strandbezoek Hoofddoelstelling : de leerling weet het verband tussen eb en vloed en de stand van de maan Lesplan : door knippen en plakken kloppende stencils fabriceren Lesonderwerp: “Eb en Vloed” Beginsituatie: Deze les bouwt voort op de voorkennis van voorgaande lessen, met name die over de seizoenen. Dit fenomeen is voor veel leerlingen bekend, mits ze het strand een keer bezocht hebben. Doelstellingen: De leerling weet waar de maan staat De leerling weet dat de maan invloed heeft op aardse zaken De leerling leert dat water ‘bewegelijk’ is en gemakkelijk te vormen De leerling kan een verband leggen tussen ‘eb en vloed’ en de maan Lesplan: 5 minuten Introductie onderwerp. Peilen wat de kennis is van de stand van de aarde op verschillende tijden en in verschillende seizoenen. 10 minuten Uitleg over de draaiing van de aarde om de zon en de maan om de aarde. De stand van deze twee hemellichamen in verband brengen met eb en vloed. Het geheel dient te verlopen met veel input uit de klas en door een actieve houding van de docent. De leerlingen werken in een groepje van vier. D.m.v. een stencil moeten ze laagtij, hoogtij, doodtij en springtij aangeven en deze verdelen ze in de groep zodat ieder een tij heeft. Ieder heeft puzzelstukjes en dient deze op een logische wijze op hun stencil te plakken. Wanneer alle groepjes klaar zijn komt er een hergroepering: alle getijden komen bij elkaar te zitten en verklaren hun uitkomst aan elkaar. Nabespreking. Belangrijk dat na afloop van de les iedereen het antwoordenstencil in zijn of haar bezit heeft. Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
Les 7 : Het zonnestelsel (lichamelijke intelligentie) Beginsituatie: kennis van de voorgaande lessen Hoofddoelstelling : de leerling vormt een beeld van de afstanden tussen de hemellichamen Lesplan : de leerlingen moeten op schaal ons zonnestelsel uitbeelden Lesonderwerp: “Het zonnestelsel” Beginsituatie: Door de hoofdstukjes seizoenen en eb en vloed hebben de leerlingen al enige kennis opgedaan over ons zonnestelsel. Echter is de puzzel nog verre van compleet: welke planeten/manen bevinden zich in ons zonnestelsel en is er maar één zon? En hoever is alles van ons verwijderd? Doelstellingen: De leerling leert dat de aarde niet het middelpunt van alles is De leerling leert dat een ster niets anders is dan onze zon, maar heel ver weg De leerling leert dat om onze zon diverse planeten en manen draaien De leerling is actief bezig met het ontdekken van afstanden in ons zonnestelsel Lesplan: 10 minuten (20 minuten) Introductie en uitleg over de eerste drie punten van de doelstellingen. Voornamelijk belangrijk is dat de leerlingen nu begrijpen dat de afstanden waarmee ze straks gaan werken op schaal zijn en dat de werkelijke afstanden veel groter zijn. 15 minuten (30 minuten) We gaan ons zonnestelsel zelf opbouwen. Dit is letterlijk dus de leerlingen krijgen allemaal een planeet of ander hemellichaam toegewezen en gaan door middel van de officiële afstanden (die ze zelf omgerekend hebben naar een bruikbare meter-schaal) het universum afbeelden. Dit gebeurt buiten op het sportveld/op het grasveld voor de school en er wordt vanaf het dak een foto door de docent/onderwijsassistent gemaakt. Hierdoor kan later gekeken worden of de leerlingen juist hebben gerekend. 5 minuten (10 minuten) Nabespreking NB. Deze les kan het beste over 2 * 30 minuten worden verdeeld door de complexiteit van de uitvoering van het planetenstelsel. Deze tijden zijn tussen haakjes weergegeven. Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
Les 8 : De zon (visuele intelligentie) Beginsituatie: voorgaande lessen en de leerling weet dat de zon bestaat Hoofddoelstelling : de leerling leert dat de zon diverse straling uitstraalt Lesplan : straling zichtbaar maken, wederom met gebruik van oscilloscoop Lesonderwerp: “De zon” Beginsituatie: Deze les bouwt voort op de voorkennis van voorgaande lessen (magnetron, seizoenen, eb&vloed en het zonnestelsel). Er zal dus het e.e.a. geleerd moeten zijn voordat deze les gegeven kan worden. Maar leerlingen weten altijd wel iets van onze levensbron: de zon. Iedereen heeft een eigen beeld van de zon en nu is het tijd om dit beeld te bevestigen/om te vormen naar het juiste. Doelstellingen: Leerlingen laten inzien dat de zon onze primaire levensbron is Leerlingen leren dat de zon niet uniek in zijn soort is Leerlingen leren dat de zon straalt en dat een deel van die straling de aarde bereikt Leerlingen ondervinden dat we diversen soorten straling van de zon op diversen manieren kunnen waarnemen Lesplan: 10 minuten Introductie over de zon en daarbij de benodigde voorkennis kort herhalen en samenvatten. Korte inleiding over het experiment 15 minuten Experiment: Straling zichtbaar maken. Door een oscillator kan een signaal omgezet worden in een golf op het beeldscherm van de oscilloscoop. Hiervoor zijn diversen sensoren die ook weer verschillende soorten golven/stralen meten. Deze gaan de leerlingen bestuderen en hieruit moeten ze conclusies trekken m.b.t. de straling van de zon. 5 minuten Nabespreking. Zelf de juiste golf nog eens laten zien en verklaren. De leerlingen moeten met het goede antwoord op het proefstencil het klaslokaal verlaten. Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels
Evaluatie Lessenserie (Powerpoint) presentatie Bedankt voor jullie aandacht Op dit formulier geef je een beoordeling van de lessenserie en de presentatie. In onderstaande tabel kun je invullen wat je van elk onderdeel vond; zet hiervoor een X in het vakje dat correspondeert met jouw beoordeling. De beoordeling is als volgt: = Uitstekend = Matig = Voldoende = Goed F. = Slecht Ook word je gevraagd om te vertellen wat je wel en niet goed vond; schrijf dit kort en bondig op. Geef daarna een tip die we mee kunnen nemen in de volgende opdracht. DE LESSENSERIE Beoordeling: A D C B De lessen sluiten goed aan op de beginsituatie van de leerlingen: F De doelstellingen zijn duidelijk: De lessen zijn interessant: De lessen zijn leuk: De lessenserie is heel bruikbaar: De lessen zijn goed ingedeeld qua uitleg en practicum: De lessenserie is een samenhangend geheel: De lessenserie beoordeel ik als geheel met een: Dit vond ik goed aan de lessenserie: Dit vond ik minder goed aan de lessenserie: Dit wil ik meegeven voor de volgende prestatie: DE PRESENTATIE Het presentatie is verzorgd: De presentatie is duidelijk: De presentatie is interessant: De presentatie is leuk: Ik heb een goed beeld gekregen van de lessenserie: De presentatie beoordeel ik als geheel met: Dit vond ik goed aan de presentatie: Dit vond ik minder goed aan de presentatie: Dit wil ik meegeven voor de volgende keer: Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels Joei Bakker, Marc Schaftenaar en Hankie Siffels