H et verhaal met foto’s van een Texaanse familie.

Hallo daar, ik ben Charley. Mama zegt dat ik wel het goede uiterlijk heb, maar niet het verstand. Ik heb n.l. last van blaren en maagzweren.

Dit is mijn moeder Hilary. Ze heeft veel partners gehad, een van hen heeft nu tijdelijk een baan. Ze zegt dat ik met een beetje geluk vuilnisman zou kunnen worden.

Dit is mijn broer Hank. Hij zit in de gevangenis. Wanneer hij vrijkomt, mag hij niet meer in de buurt van dieren en keukenmachines komen.

Mijn Grootmoeder Suzette woont bij ons in de caravan. Ze stinkt heel erg! Grootmoeder heeft overal zweren, de vliegen die rond haar hangen zijn vreselijk!

Mijn moeder zegt dat ze bijna zeker weet dat dit mijn vader is. Hij zit in een Federale instelling in Montana. Wanneer hij vrijkomt (over 55 jaar) gaan we samen gezellig vissen!

Mijn jongere zus Jill heeft al haar tanden verloren. Ze was de slagroomklopper aan het aflikken terwijl hij nog aanstond.

Wij zijn heel erg blij met onze oudere broer Barney. Hij is 27 jaar. Later wil hij dokter worden, hij kan nu zijn eigen naam al schrijven, goed he.

Dit is mijn oudere zus Ellen. Ze heeft al 15 kinderen en het zijn allemaal al kleine crimineeltjes.

Jethro is mijn beste neef. Hij heeft een tomatenwinkel dicht bij de snelweg en er stopt bijna niemand. Hij heeft zich ooit eens 53 dagen niet gewassen en geschoren.

Dit is Buck. Hij is mijn tweede neef, hij is best slim. Buck gaat ooit nog eens tandarts worden. Hij doet nu al reparaties aan onze tanden....

Dit is mijn oom Arnold. Die heeft vorig jaar het festival van gekkebekken trekken gewonnen.

Dit is de huidige partner van mijn zus, zijn naam is Larry. Hij repareert grasmaaiers in de stad, mijn zus zegt dat hij een behaard achterwerk heeft.

Dit is Michael. Hij was mijn beste vriend maar hij heeft een ongeluk gehad met de stadsbus. Ik draag nog steeds zijn ondergoed.

Dit zijn twee kinderen waar we altijd troep en rotzooi naar toegooiden. Vroeger waren ze met z’n vieren. Mama zegt dat we voortaan geen zware dingen meer mogen gooien.

Jack heeft ‘n record op zijn naam staan. Hij heeft ooit eens over 7 auto’s gesprongen met zijn snorfiets.. Jack botste heel veel en praat nu erg traag. Van de dokter moet hij vanaf nu een helm dragen.

Mijn oom Marky heeft nog steeds problemen. Hij weet niet wat hij wil in het leven. Hij is een Vietnam oorlogsheld en verkoopt nu parfum en wapens in ‘n winkel.

Dit is mijn stiefbroer Phil. Hij heeft ‘n paar jaar geleden ‘n jachtongeluk gehad. De kogel zit juist boven zijn linkeroor, hij is moeilijk te verstaan, hij slist en stinkt naar bedorven kaas!

Mijn overgrootmoeder Getruda is altijd grappig, ze kauwt nog altijd op tabak en rijdt nog met de fiets zonder zadel. Ze gaat uit met jongere mannen die nog tanden hebben.

Dit is mijn grootvader Jerommeke. Hij rookt al sinds hij 12 jaar was en hij hoest nog dagelijks van die grote pruimen op!

Dit is Barny een van mijn moeders partners. Hij heeft een inwendige infectie die hem veel winden doet laten. Ik denk dat hij er voor gezorgd heeft dat onze hond Rebel daardoor dood is gegaan.

Dit is mijn “zus” Molly. Mijn moeder zegt dat ze gewoon op ‘n dag voor onze caravan verscheen en sindsdien niet meer weg gegaan is.

Mijn neef Eddie is naar New York geweest deze zomer. Een deel van het Vrijheidsbeeld is naar beneden gevallen en raakte hem op zijn hoofd. Eddie heeft nu een I.Q. van een tomaat.

Dit is mijn halfbroer Boomer. Hij wil later politieagent worden. Nu gaat hij al op patrouille in de stad om de slechterikken tegen te houden, goed he.

Walter gaat heel vaak uit met mijn oma. Hij teelt pompoenen op 7 hectare van zijn land.

Dit is mijn derde neef Smitty. Hij werkt in een hondenkraagfabriek in de stad, hij werkt tien uur per dag, zes dagen per week. Elke elektrische hondenkraag wordt eerst op hem getest alvorens het in de winkel verkocht zal worden.

Dit is mijn zus haar partner Paul. Hij wil burgemeester van de stad worden. Hij haat kinderen en oude mensen. Onze buurvrouw mevrouw Dot brengt hem voor de rechtbank omdat hij op haar baby gespuwd heeft.

Mijn halfbroer Jim en zijn vrouw Patty. Zij is knap vind ik, ze kweken wiet en andere rotzooi in hun tuin.