Introductie brandveiligheid Brandweer Noord-Holland Noord KBO Alkmaar-Noord Blije Mare 16-09-2013 Bij elke sheet wordt er enige uitleg gegeven om richting te geven aan de presentatie. Tevens worden er feiten benoemd, die de presenteerder zou kunnen gebruiken bij zijn presentatie om het interessant voor de jeugd te maken.
Agenda Wat is brand? Hoe ontstaat een brand? Hoe voorkom je een woningbrand? Hoe ontdek je brand? Wat te doen bij brand? Oorzaken en slachtoffers! Afsluiting Uitleg:
Wat is brand? Wie heeft er al eens brand meegemaakt? Een brand ontwikkeld zich tot 1200 °C Naast het vuur, is ook de rook levensgevaarlijk Giftig Minder zicht Uitleg: Vraag aan de leerlingen of iemand al eens brand heeft meegemaakt? Zoja: Wat is er toen gebeurd, en wat doe je (jullie) nu om het te voorkomen? Feiten: Bij inademen van de hete rook gaan de longblaasjes kapot, waardoor je stikt. Longen kunnen maar 65 graden Celsius aan. Rook werkt ook desoriënterend. (Wordt straks tevens aangegeven bij vluchten) Meer slachtoffers door de rook, dan door het vuur zelf.
Wat is brand? Elke dag 20 woningbranden in Nederland Elk jaar ongeveer 700 slachtoffers Brand kan in 3 minuten al escaleren Filmpje Brandweer doet er gemiddeld 8 minuten over Uitleg: Duidelijk maken (ook middels het filmpje) hoe snel een klein brandje kan escaleren. Feiten: Kans dat er bij iemand thuis brand uitbreekt is 1 op de 1.000 Elk jaar 700 slachtoffers, waarvan er 40 overlijden.
Hoe ontstaat een brand? Branddriehoek 4 meest voorkomende oorzaken: Brandstof Zuurstof Warmte 4 meest voorkomende oorzaken: Kortsluiting Onvoorzichtigheid Kaarsen Stof en vuil Uitleg: Leg uit dat deze drie factoren noodzakelijk zijn voor brand, als je één factor weghaalt stopt de brand. En probeer per factor voorbeelden te geven, zoals: Brandstof: Hout, papier maar ook nylon kleding of gas Zuurstof: De lucht Warmte: Vonkje, straal zonlicht, kachel, kaars
Hoe voorkom je brand? Kortsluiting: Niet teveel apparaten op een stekkerdoos Zet zoveel mogelijk apparaten uit, niet alleen op stand-by Rol kabels en haspels helemaal uit. Uitleg: Opgerold snoer wordt warm, smelt en veroorzaakt kortsluiting. RONDOM KERST: Test de lampjes, en loop ze na voor ze in de boom gehangen worden. Laat ze nooit branden als er niemand thuis is.
Hoe voorkom je brand? Stof en vuil Stof en vuil, samen met warmte, leidt tot brand. Nummer 1: Het stoffilter van de wasdroger. Dus, maak de apparaten schoon! Uitleg: Stof en vuil in combinatie met warmte kan leiden to brand. Hou de apparaten in de keuken dus schoon.
Hoe voorkom je brand? Kaarsen: Stabiel neerzetten Niet in de buurt van gordijnen Niet boven een verwarming Uitleg: Na het aansteken van de kaarsen, ook lucifers en aanstekers opbergen voor kinderen. Niet boven een verwarming, omdat de kaars dan smelt en omvalt. Gordijnen vatten snel vlam (verwijs naar het filmpje in het begin van de presentatie) RONDOM KERST: Bij de kerstviering, gebruiken veel mensen kaarsen. Let extra goed op. Plaats NOOIT kaarsen in de boom (maar lampjes), en laat kaarsen nooit aanstaan als je weggaat.
Hoe voorkom je brand? Onvoorzichtigheid: Vlam in de pan Niet roken bij slaperigheid, ook niet in bed Lampen nooit afdekken Lucifers & aanstekers buiten bereik van kleine kinderen houden Vlam in de pan Nooit weglopen tijdens het koken. Filmpje Dus, nooit blussen met water! Uitleg: Omringende meubels, beddenlakens vatten snel vlam van een gevallen sigaret. Vlam in de pan: Nooit weglopen tijdens het koken. Zo kan de pan met olie of vet oververhit raken. Wanneer de olie in de pan wel in brand vliegt, nooit blussen met water. Laat het filmpje zien. Eventueel 2x voor de bewustwording. 4 van de 10 branden beginnen in de keuken!
Hoe ontdek je brand? Rookmelders Als je slaapt, kun je niks ruiken, maar wel horen. Rookmelders Wie heeft ze thuis? Waar hangen ze? Maar doen ze het ook? Want, je hebt maar een paar minuten. Uitleg: Als je slaapt, ruik je niks (dus ook geen rook). Rookmelders zijn nodig om je wakker te maken, te waarschuwen voor brand. Vraag aan de leerlingen: Wie heeft er een rookmelder thuis? Elke maand even testen & schoonmaken.
Wat te doen bij brand Zelf blussen? Soorten blusmiddelen: Maar ook: Eigen veiligheid eerst Als je moet kiezen: altijd vluchten Soorten blusmiddelen: Blusdeken (Snijdt de zuurstof af) Brandblussers (Water, schuim of poeder) Brandslang Maar ook: Tuinslang, een emmer- of bloemenvaas gevuld met water (voor beginnende brand) Uitleg: Bij een klein brandje kan je zelf met een tuinslang of een emmer water blussen. Bij onzekerheid, vluchten. NOOIT ZELF BLUSSEN BIJ EEN VLAM IN DE PAN.
Wat te doen bij brand Vluchten: Wie heeft er een vluchtplan? Blijf rustig, probeer geen rook in te ademen Blijf laag bij de grond, vermijd de rook Sluit alle deuren (en ramen) achter je Uitleg: Vraag de leerlingen of iemand een vluchtplan heeft: Zo niet: Attendeer erop dat rook desoriënterend werkt, en dat daardoor veel mensen niet op tijd weg kunnen komen. Weten de leerlingen bijvoorbeeld: Wie voor de dieren of baby’s zorgt als er brand is. Waar de huissleutel ligt. Wat de snelste en veiligste route naar buiten is. Zo ja: Vraag hoe dit plan eruit ziet, en eventuele verbeterpunten aangeven. Vraag ook: Of de leerlingen wel eens een brandontruiming hebben geoefend op school, en hoe dit hun ogen verliep. Geef aan dat rook meer slachtoffers veroorzaakt, dan vuur. Veel slachtoffers raken bewusteloos door de giftige rook. Veel slachtoffers stikken door de hitte van de rook, dit kunnen de longen niet aan. Rook stijgt op, daarom dus laag bij de grond blijven.
Wat te doen bij brand Bel 1-1-2: Politie, brandweer of ambulance? Waar ben je? Wie ben je? Wat is de situatie? Uitleg: Kies de dienst die in jouw ogen het meeste kan betekenen, bij een brand is dit natuurlijk de brandweer. Straat, huisnummer, wijk, stad of dorp. Noem je naam, en leeftijd. Zijn er slachtoffers? Hoe groot is de brand? Waar ben je zelf?
Wat te doen bij brand Kledingbrand: Een brandwond, wat nu: Niet hollen, maar rollen! Onder de douche koelen Een brandwond, wat nu: 10 minuten de wond koelen met lauw water Daarna pas naar het ziekenhuis, of de dokter Uitleg: Brandwond: Koel de wond ± 10 minuten met, bij voorkeur, lauw zachtstromend leidingwater Voorkom onderkoeling... Koel alleen de wond! Verwijder alleen de kleding die niet aan de wond kleeft Waarschuw een arts bij blaren, een aangetaste huid, elektrische en chemische verbrandingen Smeer niets op een brandwond Bedek de wond met steriel verband of een schone doek Geef het slachtoffer geen eten of drinken Vervoer het slachtoffer, indien mogelijk, zittend (Bron: brandwondenstiching.nl)
Oorzaken en brand Fatale woningbranden 2008-2012. 33% roken 23% kortsluiting 14% koken Uitleg: Veel gewonden door illegaal vuurwerk. Veel jongeren verliezen vingers of ogen. Maar ook veel brandwonden Illegaal vuurwerk: Korte lontjes Veel zwaarder dan legaal vuurwerk Feiten: Als een mortierbom op 2 meter afstand ontploft, kan je doof worden. Ook sterretjes zijn gevaarlijk. Het brandende deel, kan wel 1.500 graden Celsius worden. ALS DEZE SHEETS NIET RELEVANT ZIJN, KUNNEN ZE WEGGEHAALD WORDEN.
Slachtoffers en brand Fatale woningbranden 2008-2012. 47% slachtoffers is 60 jaar of ouder 56% slachtoffers gevonden in ontstaansruimte 82% had 1 of meer rookmelders Omstanders raken ook vaak gewond, dus let op je omgeving! Zowel mens, als dier Uitleg: Veel gewonden door illegaal vuurwerk. Veel jongeren verliezen vingers of ogen. Maar ook veel brandwonden Illegaal vuurwerk: Korte lontjes Veel zwaarder dan legaal vuurwerk Feiten: Als een mortierbom op 2 meter afstand ontploft, kan je doof worden. Ook sterretjes zijn gevaarlijk. Het brandende deel, kan wel 1.500 graden Celsius worden. ALS DEZE SHEETS NIET RELEVANT ZIJN, KUNNEN ZE WEGGEHAALD WORDEN.
Afsluiting Vragen? Uitleg: Pas de datum van de evaluatiedag aan. Zorg ervoor dat deze hetzelfde is als in de presentatie Maatschappelijke stage VRNHN. Na de presentatie, maak je aan de leerlingen bekend wie welke activiteit gaat uitvoeren. Je mag dit zelf indelen, naar de bereidheid van de kazerne. Geef vervolgens aan de studenten de betreffende hulpmiddelen bij de activiteiten. Bijvoorbeeld de folders bij de activiteit folders uitdelen. Tevens word de thuischeck en het werkboek meegegeven aan elke student.