De Nieuwe Tijd 1450-1750 HISTORIA 4
Inleiding
a. Wat is geschiedenis? alles wat er geschied is de studie van alles wat er geschied is een typisch menselijke activiteit afbakening: tijd: 7 periodes ruimte thematisch: sociaal + economisch cultureel + politiek onderbouw bovenbouw
b. Wat is de waarde van geschiedenis? Historia magistra vitae est. Non scholae sed vitae discimus. Je leert uit het verleden: het heden de toekomst vb.: armoede / Belgische problematiek / kerk
c. Wat is de bedoeling van geschiedenis? i(storein: onderzoeken, vragen stellen intelligere referre: met andere woorden: kennis opdoen van feiten en kaders verbanden kunnen leggen tussen: bronnen en feiten feiten onderling
d. de lessen geschiedenis ≠ kennis opzuigen en uitbraken = kennis verwerven = een activiteit: noteren = een zeer complexe zaak: luisteren selecteren structureren: respice finem A4 – losse bladzijden Powerpoint op Blackboard volgende week: openboektoets!
d. de lessen geschiedenis noteren bronnen en teksten interpreteren: handboek + werkboek meebrengen instuderen – toetsen: geen onverwachte toetsen mogelijkheid: na les concrete vragen herhalingstoetsen – examens: 4 vragen: synthesevraag toepassingsvraag (bron) blokvraag analysevraag
DISCE aut DISCEDE
d. Het handboek Infoboek + werkboek Vier structuuronderdelen Instap: situering van de Nieuwe Tijd De Wereld en Europa (doorloper) Europa in de Nieuwe Tijd (1500-1750): politiek: absolutisme sociaal-economisch: ontdekkingsreizen / globalisering cultureel: humanisme – renaissance/barok - reformatie Een Scharniereeuw (1750-1815): revolutie Franse Industriële Verlichting