H4 Kopen is kiezen 4.1 Kopen en betalen 4.2 Consumeren en behoeften 4.3 Keuren, kiezen, kopen 4.4 Wat ik koop beslis ik zelf 4.5 Reclame op tv 4.6 Gevolgen Van consumentengedrag
§4.1 Kopen en betalen 2 soorten geld: Chartaal geld → munten en bankbiljetten → wettige betaalmiddelen, zichtbaar geld Girale geld →geld wat op een bankrekening staat, tegoed bij de bank Voorbeelden: Pinpas met pincode http://www.youtube.com/watch?v=_AFwnGq09YE Chipcard Acceptgiro Overschrijvingsformulier Creditcard
§4.2 Consumeren en behoeften Consumeren → Om in al je behoeften en verlangens te voorzien koop je goederen en diensten Goederen zijn stoffelijk → je kunt ze vastpakken Bv: cdtje, tafel of computer Diensten zijn onstoffelijk → je kunt ze niet vastpakken Bv: lessen van de leraar, dienstverlening van een winkelier
Behoeften Basisbehoeften/eerste levensbehoeften → behoeften moet je voorzien om te kunnen blijven leven. Eten en drinken Kleding Wonen gezondheid Luxe behoeften → behoefte aan luxe Televisiekijken Op vakantie gaan Een auto kopen
consumentenorganisaties Om tot een goede keuze te komen kun je voorlichten door consumentenorganisaties Consumentenorganisaties onderzoeken: Producten op prijs Producten op kwaliteit Producten op gevolgen voor het milieu Voorbeelden van consumentenorganisaties: ANWB Ver. Eigen huis Consumentenbond
consumentenbond Zij geven consumentengids uit, met onder andere resultaten van vergelijkend warenonderzoek