India als opkomend land

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
WINDEN :PASSAAT EN MOESSON
Advertisements

India als opkomend land
Luchtdrukverschillen en wind
Aardrijkskunde.
Paragraaf 1 – Mondiale patronen: welvaart en welzijn
Hoofdstuk 1 Genoeg voor iedereen?
De toekomst van Nederland
Hoofdstuk 4 Azië en globalisering (voortdurend proces van wereldwijde economische, politieke en culturele integratie)
Hst 4: De wereld indelen.
India als opkomend land
Van Jelle.
In de vaart der volkeren
Steden: van hier tot Tokyo
Aantekening §1 B-nummers.
Hoofdstuk 5 Werelden van verschil
HOOFDSTUK 10 ONTWIKKELINGSPEIL.
1 havo/vwo H3 ontwikkeling §2
Beeldvorming (inleiding)
Een ‘onregelmatige’ equatoriale tegenstroom.
BBP = Bruto Binnenlands Produkt of BNP = Bruto Nationaal Produkt Dat zijn alle inkomens opgeteld gedeeld door het aantal inwoners. Uitkomst = gemiddelde.
Het klimaat in ZO-Azië.
Klimaten in Indonesië.
- Passaten en Moesson - Verschillende soorten regen
Land van de moesson Paragraaf 1.
Beeldvorming (inleiding)
Indonesië.
Indonesië.
India als opkomend land
Indonesië.
Indonesië.
Indonesië.
Windsystemen Paragraaf 1.
Windsystemen Paragraaf.
Hoofdstuk 1 Genoeg voor iedereen?
India als opkomend land
India als opkomend land
Indonesië.
Indonesië.
Hst 4: De wereld indelen.
Hst 4: De wereld indelen.
Paragraaf 2: Natuurlijke en landschappelijke kenmerken.
Wet van Buys Ballot. 1-Lucht stroomt van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied. 2-Lucht krijgt op het noordelijk halfrond een afwijking naar rechts.
Samenvatting: hoofdstuk 1
Hoofdstuk 1 Patronen op de wereldkaart: arm en rijk Paragraaf 6 t/m 8
Hoofdstuk 1 Patronen op de wereldkaart: bevolking Paragraaf 9 t/m 11
Hoofdstuk 3 Gebieden: Indonesië Paragraaf 1 t/m 6
Hoofdstuk 2 Patronen op de wereldkaart: wereldbeeld Paragraaf 1 t/m 4
Terra Tweede Fase havo © Wolters-Noordhoff bv
Terra Tweede Fase vwo © Wolters-Noordhoff bv
ZUID AFRIKA, EEN ONTWIKKELINGSLAND?
Hoofdstuk 2 Aarde: klimaatzones en landschappen Paragraaf 6 en 7
3 vwo 1 wereld §7 en 8.
Hoofdstuk 2 Verbanden tussen patronen Paragraaf 6 t/m 9
Hoofdstuk 4 Aardrijkskunde, economie en maatschappij
3 havo 1 wereld §6 en 7.
Het grote windsysteem Moesson.
2 vmbo-T/havo 4 steden, §2 en 3
8.4 Hoe help je een ontwikkelingsland?
De toekomst van Nederland
Indonesië.
Paragraaf 4,3 Centrum van de wereld!
Windsystemen.
China.
2 th 1 Ontwikkeling § 2-3.
8.4 Eerlijk zullen we alles delen?
2TH Hoofdstuk 3 Steden, van hier tot Tokyo §2 en 3
1. globalisering. 1 Weg uit Nederland a Daar zijn de lonen lager. Daar is de productie dus goedkoper. Tot 1989 bestond het IJzeren Gordijn nog. De uitwisseling.
1. globalisering. 1.1 Het economisch wereldbeeld.
2 B.
1BK Hoofdstuk 3 | Arm en rijk
Transcript van de presentatie:

India als opkomend land Hoofdstuk 3. India als opkomend land

Planning: Afspreken PW Hst 3 Bespreken SO p1,2 en 3 (Terugblik paragraaf 1 t/m 4 (hoofdlijnen)) Film ‘Micro-krediet’  opdr 11 en 12 Nakijken paragraaf 4

Terugblik paragraaf 1 t/m 4 Paragraaf 1: India, land van de moesson Paragraaf 2: India, land vol verschillen Paragraaf 3: Booming India Paragraaf 4: India Shining?

Moessons (windpatronen) Wind waait van H naar L druk. Hadley-cel Homogene wereld Corrioliseffect ITCZ (echte wereld) Moessons! (droge moesson en natte moesson) (Wet van Buijs Ballot)

Hadley Cel

Corrioliseffect NH= Rechts ZH = Links

Animatie Kinderlijk verteld maar wel nuttig beeldend Wind Illustratie corrioliseffect Dit was een homogene wereld. Hoe zit het in de werkelijkheid ?

Seizoenen (verschuiving – H en L over heel de wereld, onder invloed van de zon!)

ITC of ook wel genoemd de ITCZ Zie aantekening bord ITC: Intertropische Convergentie Zone Land warmt snel op/ Land koelt snel af Water warmt langzaam op/ water koelt langzaam af. DAARDOOR: Lagedrukgordel GEEN rechte lijn!!

Verschuiving ITC door oneerlijke verdeling Land/ Zee

Moessonregens Tropen Droge en natte tijd. Regentijd in zomer  oorzaak: Overdag boven 40OC  warme lucht stijgt op  wordt aangevuld door natte lucht vanaf de oceaan = zuidwestenmoesson. Vervolgens botst lucht tegen Himalaya: Loefzijde. Winter: droge aflandige wind Neerslag erg onbetrouwbaar.

Wet van Buijs Ballot Wind waait van Hogedruk naar Lagedruk Wind krijgt op het NH een afwijking naar rechts, en op het ZH naar links (gezien vanuit het Hogedrukgebied!)

Basisboeknummers: BB 43: De wet van Buijs Ballot BB 44: De grote windsystemen BB 47: Moessons (H) BB 51: Koppen (H)

Terugblik paragraaf 1 t/m 4 Paragraaf 1: India, land van de moesson Paragraaf 2: India, land vol verschillen Paragraaf 3: Booming India Paragraaf 4: India Shining?

Paragraaf 2: India, land vol verschillen Cultureel mozaïek De echte Indiër bestaat niet! Waarom niet? Grote variatie aan talen, godsdiensten en gewoontes Maar waarom is het dan toch 1 land? 21 deelstaten

Kolonialisme (BB 195) India was een zogenaamde exploitatiekolonie Wat houdt dat in? (leegroven) Grondstoffen weghalen zodat die gebruikt konden worden voor de Europese industrie. Behalve exploitatie koloniën had je ook vestigingskoloniën. Die waren echt bedoelt om een nieuw leven op te bouwen: Bijv: VS of Australie.

India, tegenwoordig 6 landen! Wat zie je hier? Hoe komt dit ? % Moslims / Hindoeïsme >70%

Complexe sociale structuur Veel verschil tussen Arm en Rijk in India Met andere woorden: Veel sociale ongelijkheid Dit komt oa door het Kastenstelsel Wat is het kastenstelsel? Vanaf geboorte behoor je tot een bepaalde kaste  sociale groep Die bepaald je levensverloop Ze geloven in Reïncarnatie (weder- geboorte) Ondanks dat kasten- stelsel afgeschaft is, hanteren veel mensen op het platteland de regels

Terugblik paragraaf 1 t/m 4 Paragraaf 1: India, land van de moesson Paragraaf 2: India, land vol verschillen Paragraaf 3: Booming India Paragraaf 4: India Shining?

Paragraaf 3: Booming India Wanneer is een land rijk? Wanneer is een land arm? Je meet het ontwikkelingspeil! BNP Basisvoorzieningen Voedsel Huisvesting Onderwijs Gezondheidszorg Overige kenmerken: Bevolkingsgroei Bestaansmiddelen Verdeling stad - platteland

India en globalisering India behoort tot de opkomende landen in de wereld. De zogenaamde BRIC-landen Brazilië, Rusland, India en China. Deze landen kennen grote economische groei door de globalisering. Hoe komt dit ? MNO’s gaan outsourcen (arbeidsintensief werk laten doen in het buitenland) Lagelonenland India is in trek vanwege de IT-sector.

Waarom de IT-sector in India? Goed Engels sprekend Harde werkers Vrijemarkteconomie SEZ (speciaal economische zones) Belastingvoordelen etc.

Terugblik paragraaf 1 t/m 4 Paragraaf 1: India, land van de moesson Paragraaf 2: India, land vol verschillen Paragraaf 3: Booming India Paragraaf 4: India Shining?

Paragraaf 4: India Shining? ‘De olifant staat op’ Opkomend land Ondanks opkomende economie, toch veel problemen in het land. Bijvoorbeeld: Grootste modernste Metropool van het land: Mumbai Behalve een luxueus CBD ook heel veel krottenwijken in de stad! Maar er is een opkomende middenklasse! Google.nl

Relatieve en absolute armoede. Wat is het verschil? Relatief = in relatie tot het geheel! Absoluut = Minder dan 1 dollar per dag! India kent een duale economie. Dat wil zeggen dat een gedeelte van de economie heel modern en ontwikkeld is, terwijl er ook veel mensen zijn die het moeten hebben van de informele sector en/of de traditionele sector!!!

Bevolkingsgroei vs economische groei Een reden voor het feit dat India veel armoede kent is de grote bevolkingsgroei. Verklaar dit. Inkomen/ aantal mensen Veel voorzieningen (hoge kosten: scholen, ziekenhuizen etc) India heeft hoog geboortecijfer maar gezinnen vonden dit vroeger niet zo erg. Waarom niet? Kinderen dienen als oude dags voorzieningen en brengen geld in het laatje. Waarom letten ze nu wel op hoeveel kinderen ze krijgen? De kosten die kinderen met zich meebrengen Geboortenbeperking (reclame) Toenemende welvaart (kinderen zijn niet nodig!)

Basisboeknummers: BB 110 Bevolkingscijfers: Absoluut en relatief BB 111 Demografisch transitie BB 112 Bevolkingsdiagram BB 113 Soorten bevolkingsdiagrammen BB 201Ontwikkelingssamenwerking

BB 201Ontwikkelingssamenwerking Rijken landen (ontwikkelde landen) geven vaak hulp aan arme landen (ontwikkelingslanden). Je kunt ontwikkelingssamenwerking op 2 manieren indelen: Op wat er gegeven word Of door wie er geeft Wat: Structurele hulp of noodhulp Wie: particulieren of regeringen (volgende dia)

Wie: Particulieren of regeringen Particulieren investeren vaak in arme(re) landen of ze gaan een joint venture aan (samenwerkingsverband). Bij veel hulp zijn overheden (lees: regeringen) betrokken. Bilaterale hulp (er zijn slechts 2 landen betrokken, een gever en ontvanger). Multilaterale hulp (meerdere overheden zijn erbij betrokken, is moeilijk organiseren dus gaat vaak door middel van een internationale organisatie. Vb: Unicef of Unesco.