Planning: Terugblik paragraaf 3.1, 3.2 en 3.3 Beantwoorden deelvragen (tussendoor)
Terugblik paragraaf 3.1 Van stad naar stedelijke zone
Paragraaf 3.1 Wanneer spreek je van stad of dorp? Verzorgingsgebied ABC-locatiebeleid Christaller Vinex
Stad of dorp Wanneer spreek je van een stad of dorp? Inwoneraantal of adressendichtheid Bestuurlijke problemen (uitdagingen) [kent vaak veel problematieken] Verzorgingsniveau: Scholen, winkels, sport, vrijetijdsbesteding etc. Culturele verschillen
Paragraaf 3.1 Wanneer spreek je van stad of dorp? Verzorgingsgebied
Verzorgingsgebied: Verzorgingsgebied: Het gebied waar de klanten wonen Drempelwaarde: aantal klanten dat nodig is om je bedrijf te laten functioneren Reikwijdte: De maximale afstand die de klant wil afleggen voor de dienst (mogelijke klanten)
Paragraaf 3.1 Wanneer spreek je van stad of dorp? Verzorgingsgebied ABC-locatiebeleid
(voorzieningen:) Dienstverlenende bedrijven ABC locatiebeleid Locatie A Optimale bereikbaarheid per openbaar vervoer op nationaal, regionaal, stadsgewestelijk en lokaal niveau Bereikbaarheid per auto van ondergeschikt belang Stringent parkeerbeleid Goede voorwaarden voor het gebruik van de fiets Aanwezigheid van voorzieningen draagt bij aan een aantrekkelijke verblijfs- en werkomgeving. Locatie B Goede bereikbaarheid per openbaar vervoer op regionaal of stadsgewestelijk en lokaal niveau Redelijke bereikbaarheid per auto op lokaal en bovenlokaal niveau Beperking van parkeerfaciliteiten, vooral voor langparkeerders Goede bereikbaarheid per fiets Locatie C Optimale bereikbaarheid per auto op lokaal en bovenlokaal niveau Geen eisen met betrekking tot het openbaar vervoer Parkeerfaciliteiten zijn afgestemd op het type bedrijven Congestievrije aansluiting op hoofdtransportassen bereikbaarheidsprofiel A. Bijvoorbeeld de zakelijke dienstverlening. Goede bereikbaarheid per auto en per openbaar vervoer waardoor B locaties worden gekenmerkt, is onder meer belangrijk voor ziekenhuizen en kantoren. goede bereikbaarheid per (vracht)auto komen in aanmerking voor locaties met bereikbaarheidsprofiel C. Bijvoorbeeld productie- en distributiebedrijven.
Locatie A, B of C ? ? ? Dongemond College ?
Locatie A, B of C ? ? ? Kop van Zuid Rotterdam?
Locatie A, B of C ? ? ?
Paragraaf 3.1 Wanneer spreek je van stad of dorp? Verzorgingsgebied ABC-locatiebeleid Christaller
Theorie van Christaller Centrale plaatsen theorie
Paragraaf 3.1 Wanneer spreek je van stad of dorp? Verzorgingsgebied ABC-locatiebeleid Christaller Vinex
Nota Ruimtelijke ordening 1e RO 1960 2e RO 1966 3e RO 1974 4e Nota RO 1988 (regio’s op eigen kracht) Vierde Nota RO extra (VINEX) 1992 (gericht op woningbeleid etc.) 5e Nota RO in onderhandeling!
Deelvraag 3.1 1. Wat is de achtergrond van ruimtelijke veranderingen in de Nederlandse steden en buurten? Antwoord: Ruimtelijke Ordening (overheid bepaald hoe NL eruit ziet! [concurrentie om de ruimte]).
Terugblik paragraaf 3.2 Congestievraagstukken
Paragraaf 3.2 Zijn er oplossingen voor files?!? Inrichting van het land Milieu
Oplossingen files?!? File informatie Bredere/meer snelwegen Korte termijn oplossing Bredere/meer snelwegen Korte/ middellange termijn oplossing Mensen vanuit het ov weer in de auto!!! Spitsstroken Bottleneck (vb: 3baans 2baans) Betere inrichting v/h land Lange termijn oplossing Compacte stad beleid (zie volgende dia’s) Rekeningrijden Beter OV
Oplossingen files?!? File informatie Bredere/meer snelwegen Korte termijn oplossing Bredere/meer snelwegen Korte/ middellange termijn oplossing Mensen vanuit het ov weer in de auto!!! Spitsstroken Bottleneck (vb: 3baans 2baans) Betere inrichting v/h land Lange termijn oplossing Compacte stad beleid (zie volgende dia’s) Rekeningrijden Beter OV
Paragraaf 3.2 Zijn er oplossingen voor files?!? Inrichting van het land
Er spelen verschillende belangen: Wijk en stadsniveau: Leefbaarheid Veiligheid Parkeren Milieu Stedelijke distributie: Winkels goed bevoorraden Venstertijden (alleen in rustige uren bevoorraden) Slimmer organiseren (meer ladingen in 1 vrachtwagen) Milieuzone (vervuilde vrachtwagens weren) Mobiliteit tussen de steden: Tijd = geld Verbetering verkeersknooppunten (concurrentiepositie) Schiphol (HSL) en haven van Rotterdam (Betuwelijn) Al deze belangen botsen vaak met andere belangengroepen
Er spelen verschillende belangen: Wijk en stadsniveau: Leefbaarheid Veiligheid Parkeren Milieu Stedelijke distributie: Winkels goed bevoorraden Venstertijden (alleen in rustige uren bevoorraden) Slimmer organiseren (meer ladingen in 1 vrachtwagen) Milieuzone (vervuilde vrachtwagens weren) Mobiliteit tussen de steden: Tijd = geld Verbetering verkeersknooppunten (concurrentiepositie) Schiphol (HSL) en haven van Rotterdam (Betuwelijn) Al deze belangen botsen vaak met andere belangengroepen
Paragraaf 3.2 Zijn er oplossingen voor files?!? Inrichting van het land Milieu
Een v/d belangen is het milieu! Verklaar het hoge percentrage NO2 in NL !?!
Deelvraag paragraaf 3.2 Hoe zou het beleid er uit moeten zien om congestieproblemen te lijf te gaan? Antwoord: Afhankelijk van schaalniveau: Nationaal/Regionaal Aandacht spreiden
Paragraaf 3.3 Innovatievraagstukken Innovatie: Het ontwikkelen van nieuwe producten en diensten! ‘Beste idee van Nederland’
Innovatie = creativiteit Innovatief = creatief zijn! Er is veel geld te verdienen met creativiteit. Het wordt daarom ook door veel steden gezien als motor voor de economie.
3 T’s In de grote steden vind je van oudsher de drie T’s: Talent Techniek Tolerantie Creativiteit zit in alle T’s verweven.
T van Talent: Creativiteit zorgt voor versterking van de kenniseconomie. Opkomst Creatieve steden VB: Eindhoven
Veel creatief talent in bijv: Eindhoven
T van Techniek: Creativiteit wordt vaak gecombineerd met techniek. Specialistische techniek vind je vaak in universiteitssteden: Wageningen: Food Valley Nijmegen: Health Valley Groningen: Energy Valley Enschede: Nederlandse Sillicon Valley
T van Tolerantie: Creativiteit vind vaak plaats in grote steden, waar mensen zich durven te uiten. De steden zijn tolerant T van Tolerantie staat onder druk: Misdragende jongeren Oprichting ‘Gated Communties’ ‘Zero-tolerance’ beleid
Samengevat: Innovatief = creatief zijn! Creatief zijn = ‘economische groei!’ In de grote steden vind je van oudsher de drie T’s: Talent Techniek Tolerantie Creativiteit zit hier doorheen verweven! Deelvraag: Is het zo dat steden de motor van de kenniseconomie vormen?
Voor nu: Lees paragraaf 3.3!! [belangrijke paragraaf, steden zijn dynamisch en voorloper in economische activiteiten en ontwikkeling!] Lees paragraaf 3.4 en maak opdrachten (vrijdag verder).
Brainports en de creatieve stad Leefomgeving Wonen in Nederland § 3.3 De stad als brandpunt Brainports en de creatieve stad ‘Valley-steden’ Leiden, Eindhoven, Groningen, Wageningen ... - Regionale samenwerking in bestuurlijke netwerken Creativiteit en innovatie dankzij - Etnische verscheidenheid - Culturele invloeden - Wetenschap en onderzoek - Hooggeschoolde beroepsbevolking
Zakelijke diensten en creativiteit Leefomgeving Wonen in Nederland § 3.3 De stad als brandpunt Zakelijke diensten en creativiteit Zakelijke diensten: Kenmerkend - oververtegenwoordigd in de steden - kleine bedrijven - veel starters - weinig investeringen nodig - veel in de creatieve sfeer