Aanpak van MRSA in woonzorgcentra Vorming van gezondheidswerkers in woonzorgcentra
Staphylococcus aureus Bij heel wat gezonde mensen (30 à 40%) aanwezig op de huid en slijmvliezen of in lichaamsvochten zonder tekens van infectie (kolonisatie) Belangrijke ziekteverwekker: infecties van huid en wonden, luchtwegen, urinewegen, bloedstroom (sepsis), …
Ziekenhuis- of zorginfecties S. aureus (MSSA) en MRSA zijn belangrijke verwekkers van ziekenhuis- of zorginfecties Overdracht van S. aureus (MSSA) en MRSA gebeurt vooral via handen van gezondheidswerkers die gekoloniseerde of geïnfecteerde patiënten of bewoners hebben verzorgd
Methicilline-resistente S. aureus Zelfde gedrag als gevoelige stammen, maar resistent aan beta-lactam antibiotica en daardoor moeilijker te behandelen Incidentie van MRSA in ziekenhuizen steeg sterk in periode van 1999 tot 2003, maar daalt nu weer
MRSA in acute ziekenhuizen
MRSA in woonzorgcentra Prevalentiestudie in 60 RVT’s bij 2 958 bewoners in 2006 - 1 op 5 bewoners (19%) is drager van MRSA - risicofactoren: hospitalisatie, heelkunde, antibiotherapie, chronische ziekte, (doorlig)wonden, beperkte mobiliteit, …
Prevalentie MRSA-dragerschap
Aanbevelingen van BICS www.belgianinfectioncontrolsociety.be
Aanpak van MRSA Verantwoord gebruik van antibiotica Algemene voorzorgsmaatregelen Screening voor MRSA bij bewoners Aanvullende voorzorgsmaatregelen bij MRSA-positieve bewoners Dekolonisatie van MRSA-positieve bewoners
Algemene voorzorgsmaatregelen
Handhygiëne Handen ontsmetten met handalcohol is de regel tijdens de zorg Handen wassen met water en zeep (en daarna ontsmetten) - indien de handen zichtbaar vuil zijn; - bij patiënten met infectieuze diarree (Clostridium difficile, Norovirus); of - bij patiënten met schurft
Indicaties voor handen ontsmetten Vóór contact met bewoner Na contact met bewoner Vóór een zuivere of invasieve handeling Na blootstelling aan slijmvliezen of lichaamsvochten Na contact met directe omgeving van bewoner
Handschoenen Contact met bloed, lichaamsvochten, slijmvliezen en niet-intacte huid of materiaal bevuild met lichaamsvochten of bloed Contact met besmette patiënt of materiaal gebruikt tijdens diens zorg Handschoenen onmiddellijk na de zorg verwijderen en handhygiëne toepassen
Screening
Screening voor MRSA bij bewoners Dragers van MRSA identificeren zodat men vroegtijdig bijkomende maatregelen kan nemen om overdracht naar andere bewoners te vermijden Belang van goede communicatie tussen instellingen: aan de hand van transfer-document
Indicaties voor screening Systematische screening is niet nuttig Screening van bepaalde bewoners (zie volgende dia’s) is enkel aangewezen - tijdens een epidemie met MRSA; - bij eerste opname of bij heropname (na hospitalisatie) in WZC; of - bij verstrengen van preventiebeleid voor MRSA
Definitie epidemie Binnen 1 maand op 1 functionele eenheid een index geval en minstens 2 nieuwe gevallen verworven in het WZC
Tijdens epidemie met MRSA: wie screenen? Screening van bewoners uit directe omgeving van MRSA-gevallen Eventueel in een tweede fase ook andere bewoners Indien de epidemie niet onder controle geraakt, tenslotte ook personeel screenen
Bij (her)opname en in kader van strenger beleid: wie screenen? Screening van bewoners met risico: - ziekenhuisopname in voorbije 6 maand; of - minstens 3 van volgende criteria aanwezig: antibiotherapie in voorbije maand; wonde, urinesonde, katheter of stoma; mobiliteitsbeperking; kolonisatie of infectie in voorgeschiedenis
Methodologie voor screening Liefst georganiseerd door CRA en stalen opsturen naar éénzelfde labo Selectieve kweek voor MRSA - neus, keel en perineum; - ook wonden en stomieën indien aanwezig; - ook urine indien blaassonde aanwezig
Aanvullende voorzorgs-maatregelen
Aanvullende voorzorgsmaatregelen bij MRSA-positieve bewoners Afzonderlijke kamer voor bepaalde bewoners Beschermende kledij voor personeel Maatregelen voor bezoekers Reiniging van de kamer, behandeling van linnen en verwerking van afval Verzorgingsmateriaal Transport van bewoner
Algemene punten Aanvullende maatregelen invoeren na overleg tussen CRA en huisarts Belang van melding aan CRA en registratie van MRSA-gevallen Bewoners met MRSA moeten identificeerbaar zijn (bv. pictogram) Hand- en hoesthygiëne bij bewoners stimuleren
Afzonderlijke kamer voor bepaalde MRSA-positieve bewoners Beperken tot bewoners met hoog risico op overdracht - MRSA in sputum en productieve hoest; - MRSA in niet-afdekbare wonde; of - MRSA in urine en gebrekkige hygiëne bij urinaire incontinentie
Afzonderlijke kamer voor bepaalde MRSA-positieve bewoners Toegang tot kamer wordt beperkt en bewoner mag kamer niet op eigen initiatief verlaten Eigen sanitair en toegewezen verzorgingsmateriaal Einde van isolatie: de bewoner trekt na het toilet nieuwe kleding aan en verlaat zijn kamer voor de eindschoonmaak
Deelname aan sociale activiteiten MRSA-positieve bewoners mogen deelnemen aan sociale activiteiten en maaltijden nuttigen in restaurant Bewoner moet handen ontsmetten vóór het verlaten van zijn kamer Bewoners met hoog risico op overdracht worden wel uitgesloten
Beschermende kledij voor personeel Drielagig mond-neus-masker, niet-steriele handschoenen en overschort boven normale werkkledij Tijdens verzorging van MRSA-positieve bewoner of contact met zijn omgeving (bewoner wordt als laatste verzorgd) Niet nodig voor korte aanwezigheid op de kamer zonder contact met bewoner of zijn omgeving
Beschermende kledij voor personeel Kledij aantrekken bij betreden van de kamer Uittrekken bij verlaten van de kamer - eerst handschoenen - daarna masker - daarna overschort (voorkeur voor wegwerpschort, minstens dagelijks vervangen) Tenslotte handen ontsmetten
Beschermende kledij voor personeel Maximalistisch: bij alle MRSA-positieve bewoners of Minimalistisch: enkel bij bewoners met MRSA in sputum en productieve hoest; MRSA in wonde; of MRSA in urine en urinaire incontinentie
Maatregelen voor bezoekers Bewoner en bezoekers informeren (bv. informatiefolder) Bezoekers dragen geen beschermende kledij, maar ontsmetten enkel de handen bij verlaten van de kamer MRSA-positieve bewoner wordt als laatste bezocht Geen mensen met verminderde weerstand of baby’s op bezoek
Reiniging van de kamer Sanitair en ‘high touch’ oppervlakken dagelijks reinigen en ontsmetten Vloer en ‘minimal touch’ oppervlakken bij voorkeur dagelijks reinigen Beschermende kledij voor onderhouds-personeel indien bewoner geïsoleerd wordt
Reiniging van de kamer Kamer van MRSA-positieve bewoner wordt als laatste gereinigd Schoonmaakmateriaal enkel gebruiken voor deze kamer of ontsmetten bij verlaten van de kamer
Eindschoonmaak Sanitair en ‘high touch’ oppervlakken worden gereinigd en ontsmet Vloer, meubilair en vuile muren worden gereinigd Gordijnen worden gewassen of vervangen Al het linnen in de kamer wassen of indien nodig ontsmetten
Behandeling van linnen Bedlinnen periodiek en indien vuil vervangen Beschermende kledij dragen bij manipuleren van vuil linnen (van een bewoner in isolatie) Verzamelen in lekvrije linnenzak en dagelijks afvoeren Linnen wassen aan voldoende hoge temperatuur (> 60°C)
Afvalverwerking Afval van verzorgende taken bij MRSA-positieve bewoner verzamelen in zak voor niet-risicohoudend medisch afval Afvalzak op de kamer laten en dagelijks afvoeren
Verzorgingsmateriaal Zoveel mogelijk gebonden aan bewoner Materiaal dat gebruikt wordt bij meerdere bewoners wordt na elk gebruik ontsmet (eerst reinigen indien bevuild) Bij einde van isolatie: materiaal voor éénmalig gebruik weggooien en herbruikbaar materiaal reinigen en ontsmetten
Transport van MRSA-positieve bewoner Goede communicatie is essentiëel Geïsoleerde bewoner draagt masker, overschort en handschoenen tijdens transport Rolstoel afdekken met proper steeklaken Hoofd- en voeteinde van bed ontsmetten Geen beschermende kledij nodig voor begeleidend personeel
Dekolonisatie
Dekolonisatie van MRSA-positieve bewoner MRSA-positieve bewoners steeds dekoloniseren wanneer MRSA enkel aanwezig is ter hoogte van neus, keel en/of perineum Controle met MRSA-kweken: 2 en 7 dagen en 1 maand na dekolonisatie Dezelfde procedure herhalen na eerste mislukking, maar andere procedure overwegen na tweede mislukking
Procedure voor dekolonisatie Mupirocine zalf aanbrengen in beide neusholten 3x/d gedurende 5d Bewoner dagelijks volledig wassen met povidon-jood zeep of chloorhexidine zeep gedurende 5d; haren tweemaal wassen met hetzelfde product