Doorstroom van mbo naar hbo (Ronald Schouten & Anneke Westerhuis) www.ecbo.nl Doorstroom van mbo naar hbo (Ronald Schouten & Anneke Westerhuis) Eerste resultaten uit onderzoek naar onderwijsroutes van mbo naar hbo Lica, 14 november 2013
De centrale vraagstelling luidt: Hoe komt het dat over het geheel van de instroom gezien, mbo’ers in of na het eerste jaar op het hbo vaker uitvallen dan havisten? Drie perspectieven: Instroom en uitval na het 1ste jaar door de jaren heen Uitval na het 1ste jaar in relatie tot de vooropleiding Uitval en rendement van de opleiding
Perspectief 1: Instroom en uitval per cohort Carrousel 2010 (ZW): 57% 27% 16% TL 2011 : 39% 39% 22% Beroepsinteresse van zeer specifieke tot globaal (werkveld ‘werken met kinderen’ of ‘werken in de zorg’, ‘iets met dieren’. Wat weten leerlingen van beroepen (in de sector) waar ze geïnteresseerd in zijn? Carrousel: vrij weinig (2,6 / 1,8 op 5-puntsschaal): alleen toename na bezoeken van gem 2,2 naar 2,8 (niet: 2,1 en 2,0)
Perspectief 1: Instroom en uitval per cohort Uitval na 1ste jaar: Tabel rechtsboven: Als percentage van populatie: niet zeker/twijfel/wn over studiekeuze: 33% Andere redenen voor studiekeuze Carrousel bovenbouw vmbo ZW (30% van steekproef): Voorbereiding op ander beroep , geen leuk werk in andere sectoren, niet geschikt voor andere sector, gewenste sector niet op school, advies ouders, advies mentor, geen duidelijk motief.
Perspectief 1: Instroom en uitval per cohort Uitval na 1ste jaar: Studie TL: aanmelding op havo in relatie zekerheid beroepsinteresse 7%, 8%, 16%, 30% Redenen voor keuze havo door leerlingen uit theoretische leerweg: havo sneller naar hbo 39% (vaak beroep op hbo-niveau), havo geschikter dan mbo 38%, geen beroepskeuze 36%, imago mbo 13%, op dezelfde school kunnen blijven 6%, kortere reisafstand 6%
Perspectief 1: Instroom en uitval per cohort Uitval na 1ste jaar: Leerweg x sector vmbo x beroepsinteresse en bbl in % per leerweg-sector-beroepsinteresse Bl Ec: 23, 6, 10; ZW: 11, 7, 8; Te: 70, 48, 32; Lb: 24, 16, 10 Kl Ec: 10, 5, 9; ZW: 8, 2, 4; Te: 44, 20, 17; Lb: 16, 10, 20
Perspectief 1: Instroom en uitval per cohort Uitval na 1ste jaar: TL-onderzoek: Leerlingen die naar een opleiding willen waar assessment onderdeel is van de plaatsing en die zich voor meerdere opleidingen hebben ingeschreven (34%), doen dat relatief vaak in verschillende sectoren (45%). Bij de overige tl’ers die voor meerdere opleidingen hebben ingeschreven (8%) is dat circa 30%. TL-onderzoek: Van de Tl’ers zonder beroepsinteresse die zich op een mbo hadden aangemeld, koos 57% voor EH.
Perspectief 1: Instroom en uitval per cohort De grote brede instellingen zijn eveneens vergeleken op % uitval na het 1ste jaar. Er zijn wel kleine verschillen, maar niet opvallend. Conclusies: De instroom in het hbo verdeeld zich vrij constant tussen havo en mbo in de opeenvolgende instroomcohorten. Het verschil tussen havo en mbo met betrekking tot uitval na het 1ste jaar, is vrij constant door de jaren heen. is groter dan de verschillen tussen de subgroepen.
Perspectief 2: Uitval en het voortraject Leerloopbaan voorafgaand aan instroom in het hbo en uitval na het 1ste jaar: Verdeling instroom over categorieën leerloopbanen: Uitval % per categorie: Totaal BOL gem: 66, 26, 4, 3 BBL gem: 77, 18, 2, 2 Niveau 2 59, 31, 7, 3 78, 19, 2, 2 Niveau 4 70, 24, 3, 3 80, 13, 2, 2 EH 60, 30, 6, 4 62, 29, 5, 4 ZW 69, 25, 4, 2 83, 15, 1, 0 TE 70, 24, 3, 3 81, 16, 1, 2 LB 76, 19, 3, 2 79, 18, 2, 1
Perspectief 3: Uitval en rendement Selectie voor de analyse van de studieduur : Niet meer in het hbo aanwezig zijn Instroomcohort 06/07
Perspectief 3: Uitval en rendement Uitval en behaalde diploma’s instroomcohort 06/07 (niet meer ingeschreven): (per regel in de tabel 100%) Aan het einde van: Uitval Nog ingeschreven AD Bachelor Beide schooljaar 06/07 havo 9,7% 90,3% 0,0% mbo 19,0% 81,0% schooljaar 07/08 15,2% 84,7% 26,5% 73,1% 0,4% schooljaar 08/09 18,3% 81,4% 30,5% 56,9% 0,1% 12,5% schooljaar 09/10 22,1% 49,2% 28,7% 34,2% 26,7% 38,9% schooljaar 10/11 25,6% 22,2% 52,1% 37,0% 10,7% 0,2% schooljaar 11/12 29,2% 70,6% 39,8% 59,9%
Perspectief 3: Uitval en rendement Uitval instroomcohort 06/07 (niet meer ingeschreven):
Perspectief 2 en 3 Conclusies: Ook bij verdere uitsplitsing van het voortraject, blijft er een opvallend verschil tussen havo en mbo. Nadere uitsplitsing laat geen ander beeld zien. Mbo’ers doen gemiddeld genomen ongeveer een half jaar korter over het halen van hun bachelor diploma. Na zes schooljaren heeft een groter deel van de havisten dan van de mbo’ers een bachelor diploma gehaald. Mbo’ers laten gedurende de leerloopbaan op het hbo steeds ongeveer 10% meer uitval zien dan de havisten. BBL ja: 95, 92, 86, 87, 88 nee: 90, 76, 66, 75, 63 Kanttekening: De uitkomsten betreffen enkel cohort 06/07, voor zover niet meer ingeschreven. Van de havisten is 31,8% nog niet uitgestroomd, van de mbo’ers is 14,5% nog niet uitgestroomd.
Centrale vraagstelling De centrale vraagstelling : Hoe komt het dat over het geheel van de instroom gezien, mbo’ers in of na het eerste jaar op het hbo vaker uitvallen dan havisten? De vraag naar het ‘waarom’ van de uitval is nog niet beantwoord. Wel is gebleken dat het verschil tussen havisten en mbo’ers naar voren blijft komen, los van de uitsplitsingen die kunnen worden gemaakt. De drie perspectieven vormen met elkaar deel 1 van het onderzoek. Deel 2 gaat in op het perspectief van de studenten zelf. O.a.: Voorbereiding Motivatie Facilitering overstap Etc.
Anneke Westerhuis: anneke.westerhuis@ecbo.nl 06-54647140 Dank voor uw aandacht Ronald Schouten: ronald.schouten@ecbo.nl 06-10533747 Anneke Westerhuis: anneke.westerhuis@ecbo.nl 06-54647140 www.ecbo.nl