Gebiedsindeling en netwerken

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Toepassingen met integralen
Advertisements

-Glucuronidase (GUS)
toepassingen van integralen
GOBIKE Geïntegreerde vervoer & service verlener. TREND Blijvende groei behoefte mobiliteit Duurzame mobiliteit Effectiever gebruik vervoermiddelen.
Vervoer en ruimtelijke inrichting Hoofdstuk 1
Inleiding: De bepaalde integraal
verkeerskunde macroscopische verkeersmodellen
Overzicht presentatie
Internationale hogeschool Breda Wiskunde bij het ontwerpen en evalueren van verkeerslichtenregelingen Wachten voor een verkeerslicht duurt altijd te lang…..
Transport en locatie warehouse
vwo C Samenvatting Hoofdstuk 12
Gegevensverwerving en verwerking
GENERATIE Distributie Modal split Toedeling
Hoofdstuk 16 De steekproefuitkomsten generaliseren naar de populatie en hypothesen over percentages en gemiddelden toetsen.
variabelen vaststellen
Hoofdstuk 11 Kwantitatieve gegevens analyseren Methoden en technieken van onderzoek, 5e editie, Mark Saunders, Philip Lewis, Adrian Thornhill, Marije.
Motion planning with complete knowledge using a colored SOM Jules Vleugels, Joost N. Kok, & Mark Overmars Presentatie: Richard Jacobs.
Les 9 Gelijkstroomschakelingen
Mobiliteit: enkele “kreten”. Aanzet tot discussie. Maandag 4 februari 2013 Willy Miermans.
PACT Plekken en ACTiviteiten dd 13 februari 2008 presentatie: Karel Dekker, Nora van Klingeren, Anca Hartjes.
TomTom WORK Truck Navigatie woensdag 24 september 2014.
Challenge the future Delft University of Technology Netwerk transmissie model Verkeersmodel voor groot-stedelijke gebieden Victor L. Knoop.
Spelen met een bak getallen
Procesmanagement in de praktijk Hoofdstuk 1 Procesmanagement
Aardrijkskunde voor de 2e fase VWO 5 en VWO 6. Samenvatting
Keuzes in regionale samenwerking Eerste verkennende regiobijeenkomst declaratieprocessen.
Introductie Systems Engineering
6 Vaardigheden 6.1 Rekenvaardigheden Rekenen in verhouding
Smart Traffic: pilot N201 Dataverrijking door combinatie met simulatie
Hoorcollege 2 Enkele statistische verdelingen ED: Het experiment atoom Labels De empirische distributie.
Hoorcollege 1: efficiëntie en complexiteitsontwikkeling.
TirPrs06: Wachttijdtheorie & simulatietechniek
Hoorcollege 1: efficiëntie en complexiteitsontwikkeling.
A1 - Startoverleg, 15 januari 2013, Arnhem Beesel Evaluatie Heerstraat- Kesselseweg.
PLATOS Colloquium 2016 William van Genugten Rens van Overdijk Het optimaliseren van fietsgedrag in verkeersmodellen.
Door de bomen het bos weer zien Henk Post Bedrijfsanalist ISZF November 2005.
ZELFRIJDENDE AUTO'S IN HET LMS Maaike Snelder Bart van Arem, Remko Smit, Martijn de Kievit.
Structuurvisie Ridderkerk Verkeersmodel en vervoerwaarde Robert van Leusden 10 februari 2009.
Leerlingenvervoer Gemeente Leudal Marc Berendsen
Klankbordgroep – start fase 3 2 oktober 2008 PROTIDE.
De haalbaarheid en meerwaarde van quasi-dynamisch toedelen en vertrektijdstipkeuzemodellering binnen de BBMA Martijn Heynickx Kobus Zantema 9 MAART 2016.
1 O.T.M. BELGIAN SHIPPERS’ COUNCIL Belangenorganisatie voor Logistieke Professionals uit Handel en Industrie OTM themacafé Ecocombi's; , Deinze.
20 november 2008  Stedendag verantwoording GSBIII GSB prestatie-indicatoren 20 november 2008 drs. Neil van Engelen RA.
Meten en meetkunde in het verkeer
Les 4: SAMENGESTELDE GROOTHEDEN
Wiskunde G3 Samenvatting H2: Parabolen
Ontwikkeling IJssellands model
Toets kader project Verbetering Modellering Reistijden
Basis kennis over inkomsten en uitgaven.
Klankbordgroep vervoer
havo A Samenvatting Hoofdstuk 10
eenheden variabele productiefactor (arbeid) productie in aantallen
Kwaliteitsgroep Informatiemanagement
Hoofdstuk 16 De steekproefuitkomsten generaliseren naar de populatie en hypothesen over percentages en gemiddelden toetsen.
Keuzevoorlichting havo wiskunde AB.
Rekenmodel 3: Binnenvaart containers
Woldwijk De Prestatievergunning Een bijzondere omgevingsvergunning Gert Blekkenhorst (Lexnova) en Peter Homan (Omgevingsteam Woldwijk) versie
De diensten die een onderneming kan bieden aan haar klanten, leveranciers en eigen medewerkers zijn direct afhankelijk van haar IT-infrastructuur. In het.
Rekenmodel 3 Binnenvaart Bulk
Verkeersvoorspellingen met modellen
OPENINGSCASE: PNC-banken en enterprisetoepassingen
Examentraining.
GROOTHEDEN EN EENHEDEN
De grafiek van een lineair verband is ALTIJD een rechte lijn.
De omvang van een steekproef bepalen
Les 7: woordformules gebruiken
Voorspellende analyse
G13 2 Recht en omgekeerd evenredige grootheden M A R T X I
toepassingen van integralen
Transcript van de presentatie:

Gebiedsindeling en netwerken Verkeerskunde (H01I6A) Ben Immers Traffic and Infrastructure Department of Civil Engineering Faculty of Engineering Katholieke Universiteit Leuven

Gebiedsindeling - Zonering Het is onmogelijk gegevens op basis van individuele adressen te verzamelen en te analyseren  individuele adressen worden gebundeld tot zones waaraan een code is toegekend eis: uitwisselbaarheid van zonale gegevens met gegevens uit andere bronnen  zonegrenzen stemmen overeen met grenzen van bestuurlijke geografische eenheden eis: de zonering dient zodanig te worden opgezet dat een realistische toedeling van de verplaat­singen aan het netwerk mogelijk is  onderlinge afstemming zonering en netwerkmodel 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Zonering het studiegebied en het invloedsgebied worden onderverdeeld in: zones iedere zone heeft één zwaartepunt (centroide) alle verplaatsingen beginnen en eindigen in het zwaartepunt van een van de zones alle zwaartepunten zijn aangesloten op het netwerk 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Studiegebied met onderverdeling in zones 1 3 4 2 5 2.2 2.4 2.5 2.6 2.7 2.1 2.9 2.8 2.3 Zone en subzone Cordon Screenline 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Onderzoeken met een extern cordon  studiegebied (interne zones)  invloedsgebied (externe zones) interne zones - studiegebied drie of vier niveaus sector district zone subzone 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Gebiedsindeling het studiegebied en het invloedsgebied zijn onderverdeeld in zones de kenmerken van een zone worden toegekend aan één knooppunt, het zwaartepunt knooppunten worden ook gebruikt voor het aanduiden van: kruispunten openbaar vervoerhaltes andere transport (netwerk) voorzieningen zwaartepunten zijn de "bronnen" en "putten" waar het verkeer (de verplaatsingen) begint en eindigt het zwaartepunt is door middel van aansluitschakels met het netwerk verbonden 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Aansluitschakels zwaartepunt (centroide) Gebiedsindeling schakels Aansluitschakels zwaartepunt (centroide) knooppunt zwaartepunt 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Gebiedsindeling de aansluitschakels vormen een algemene weergave van het netwerk in een zone, bijv. een openbaar vervoernetwerk de weerstand van de aansluitschakel (voortransport) is opgebouwd uit de volgende elementen: looptijd naar de halte wachttijd bij de halte tarief het gewenste detailniveau is afhankelijk van de omvang van de zones factoren die het detailniveau van het netwerk en de zonering bepalen zijn (in onderlinge wisselwerking) vereiste nauwkeurigheid beschikbare onderzoeksbudget 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Werkelijkheid 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Model 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Model 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Studiegebied met onderverdeling in zones 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Zone-indeling model Vlaams Brabant 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Grondslagen voor de opzet van een intern (en extern) zoneringsysteem homogeen grondgebruik, of indien niet toepasbaar, een gelijkmatige verdeling van de componenten waaruit het grondgebruik is samengesteld over de zones een ongeveer gelijke verkeersproductie per zone en bij voorkeur homogeen voor wat betreft determinanten van verkeersproductie en -attractie omvang van zone dient beperkt te zijn zodat geen fouten ontstaan door de aanname dat alle activiteiten in het zwaartepunt zijn geconcentreerd bij voorkeur een regelmatige geometrische vorm teneinde het zwaartepunt gemakkelijk vast te kunnen stellen zonering moet een realistische toedeling van het verkeer aan het netwerk mogelijk maken omvang zones in woongebieden bedraagt  1000 huishoudens 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Grondslagen voor de opzet van een intern (en extern) zoneringsysteem zonegrenzen dienen zoveel mogelijk samen te vallen met de grenzen van administratieve eenheden (sectoren gemeente, kiesdistricten) zonegrenzen dienen samen te vallen met screenlines en cordonlijnen zonegrenzen dienen zoveel mogelijk samen te vallen met de grenzen van geografische eenheden. Deze geografische eenheden staan veelal aan de basis van de wijkindeling en op bovenstaande manier is mogelijk gebruik van voorspellingen bevolkingsgroei, etc. gewaarborgd de onderverdeling in sectoren is gebaseerd op het bereik van de hoofdontsluitingswegen zonegrenzen vallen vaak samen met natuurlijke, fysieke barrières voor zone-indeling invloedsgebied geldt dat de omvang van de zones toeneemt als functie van de afstand tot het studiegebied. Het aantal verplaatsingen naar het studiegebied (relevante verplaatsingen) is afhankelijk van die afstand. 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Omvang zones Kleine zones:  minder intrazonale verplaatsingen  nauwkeuriger berekening van de weerstanden  toename aantal zones  toename rekenkosten/-tijd  meer ingewikkelde computerprogramma's  aansluiting met bevolkings- en arbeidsplaatsenstatistiek wordt moeilijker Pragmatische grens scriptie: ± 100 zones Zoek aansluiting bij gebiedsindeling die gebruikt is in andere studies 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Netwerken 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Het netwerk model Het transportsysteem wordt weergegeven door een netwerk model, dat bestaat uit: schakels (links) lijnen (openbaar vervoer) knooppunten  schakelweerstand ≥ 0 Knooppunten worden gebruikt voor weergave van: netwerkconfiguratie (bochten, etc.) kruispunten wijzigingen in wegtype (hiërarchie) en snelheid bruggen en andere specifieke infrastructurele voorzieningen 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Functie van netwerken specificatie van wegennetwerken specificatie van openbaar vervoernetwerken  berekening van aanbod karakteristieken = level of service  koppeling (weergave) van verkeersgegevens aan netwerksysteem Bijv. berekening van reistijden (weerstanden) tussen H-B relaties berekening van belasting (verkeersstromen) op schakels van het netwerk weergave van ongevallen per wegsectie weergave O.V. gebruik per lijnsectie 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Specificatie van het netwerk Definitie van een netwerk: Een verzameling knooppunten en een verzameling schakels die deze knooppunten verbindt Voorbeeld van een gericht netwerk van schakels en knooppunten een gericht netwerk: alle schakels hebben een richting Iedere netwerkschakel heeft een weerstand (level of service) die van invloed is op de omvang van de verkeersstroom Het netwerk is onderling verbonden (samenhangend) indien ieder knooppunt via een pad (route) met elk ander knooppunt is verbonden Een pad is een reeks opeenvolgende gerichte schakels leidend van een knooppunt naar een ander knooppunt 1 2 3 4 5 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Specificatie van een stedelijk netwerk straten kruispunten  specificatie van kruispunten 1. als een knooppunt  de schakelweerstand omvat: de reistijd over de schakel oponthoud op het kruispunt (benedenstrooms) nadelen: afslagverboden kunnen niet worden gespecificeerd de verkeersstroom op het kruispunt zal ongeacht de richting dezelfde weerstand ondervinden 2. een meer gedetailleerde weergave  het oponthoud op het kruispunt is niet verdisconteerd in de aansluitende bovenstroomse schakels 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Specificatie van een kruispunt d.m.v. schakels 1 2 4 3 figuur (a): weergave kruispunt als knooppunt figuur (b): gedetailleerde weergave kruispunt 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Reisweerstand zij = reisweerstand (kosten, tijd) van i naar j tij = reistijd tj = wachttijd op kruispunt j kij = kosten afhankelijk van afgelegde afstand zij =  tij +  kij +  tj reisweerstand i-j = .tijd + .afstand + .dummy vaak toegepast: reisweerstand = tijd link i-j i j 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Gegeneraliseerde weerstandsfunctie  gegeneraliseerde tijden  gegeneraliseerde kosten kijv zijv = tijv +  --------- ink zijv = de gegeneraliseerde tijden van zone i naar zone j met vervoerwijze v tijv = de tijden van zone i naar zone j met vervoerwijze v kijv = de kosten voor een verplaatsing van zone i naar zone j met vervoerwijze v ink = inkomen  = een coëfficiënt, die vaak recht evenredig is met het inkomen ( =  3) het individuele verplaatsingsgedrag wordt veelal gerealiseerd binnen een individueel kostenbudget en tijdbudget 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Berekening van de reistijd op een schakel uAC = (15 + 60)/2 = 37,5 km/h of, uAC = 15 + 45/2 = 37,5 km/h of, tAB = 3/15 uren = 12 min. en tBC = 3/60 uren = 3 min. totale reistijd = 15 min. voor 6 km.  uAC = 24 km/h Conclusie: bereken snelheden altijd via de reistijd snelheidswijzigingen in het netwerk d.m.v. afzonderlijke schakels invoeren u = 15 km/u u = 60 km/u 3 km 3 km A B C 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Reistijdfuncties de weerstand op een schakel (level of service) is opgebouwd uit verschillende componenten, zoals: reistijd reiskosten veiligheid stabiliteit verkeersstroom reistijd is de belangrijkste component waarom reistijd ? uit empirisch onderzoek blijkt dat reistijd de grootste invloed heeft op de verkeersstroom alle andere maten voor de reisweerstand zijn in belangrijke mate gecorreleerd met de reistijd (vertonen dezelfde invloed) reistijd is gemakkelijker te meten dan de meeste andere weerstandscomponenten het is ook mogelijk een gegeneraliseerde weerstandsfunctie te gebruiken 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Reistijdfuncties de weerstand (level of service) van een transportsysteem is een functie van het gebruik van het systeem congestie de reistijd neemt toe als functie van de omvang van de verkeersstroom reistijdfunctie per schakel verdient voorkeur boven constante reistijd (onafhankelijk van de omvang van de verkeersstroom) de capaciteit is de maximale stroom voertuigen die een transportvoorziening (weg, kruispunt) kan verwerken 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Typische reistijdfunctie van een met verkeerslichten geregeld kruispunt capaciteit Reistijd onbelast Omvang verkeersstroom (vtg/uur) Reistijd schakel (minuten) 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Reistijdfuncties de reistijdfunctie is niet gedefinieerd voor waarden groter dan de capaciteit, aangezien deze stromen niet kunnen worden waargenomen de algemene gedaante van de reistijdfunctie vertoont een grote mate van gelijkenis voor de verschillende stedelijke wegtypes de fysieke kenmerken van elke straat (lengte, breedte, parkeerrestricties, omvang groenfase, etc.) bepalen de precieze waarden van de parameters van de reistijdfunctie aansluitschakels van het zonezwaartepunt alsook voor- en natransportschakels worden als vaste reistijd schakels gemodelleerd 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Meer schakels  betere (exacte) specificatie netwerken nauwkeurige weerstanden betere toedelingen  rekentijd neemt toe met factor n2 tot n3 (n is aantal knooppunten) stel rekentijd met 250 knooppunten is r 1000 knooppunten: 16 r - 64 r 3000 knooppunten: 144 r - 1500 r routebepaling in grote netwerken kost  50% van alle rekentijd  grote netwerken vergen veel invoerverzorging en zijn daarom duur. Bovendien neemt de kans op fouten toe  grote netwerken vergen meer ingewikkelde programma's grenzen: in de praktijk 3000 knpt Omnitrans oefening 250 knpt 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Voorbeeld weerstand =   afstand +   (#stops) afstand = 1 km stop: 1. verkeerslicht 2. voorrangskruising 1 stop = 600 meter reizen autosnelweg  weerstand = z secundaire weg met stops om de 4 km weerstand = z + (0,6/4) z = 1,15 z secundaire weg met stops elke km weerstand = z + 0,6  z = 1,6 z stadsautoweg met stops om de 500 meter weerstand = z + 1,2  z = 2,2 z 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Invoer netwerkgegevens linktype (wegtype), en reeks aansluitende knooppunten, of knooppunt : coördinaten (x, y) : knooppunttype linktype : snelheid : capaciteit knooppunttype : weerstand weerstanden (reistijden) worden berekend met gebruikmaking van: coördinaten snelheden, en knooppuntweerstanden 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Invoer netwerkgegevens herkomstzone (i) bestemmingszone (j) weerstand (i-j) overige kenmerken (i-j) weerstand (j-i) overige kenmerken (j-i) coördinaten (x, y) van elk knooppunt  maak een plot ter controle van het netwerk per link 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Opzet netwerk openbaar vervoer openbaar vervoerschakel = lineair netwerkmodel waarbij de haltes worden weergegeven door knooppunten de door het o.v. verzorgde verbinding tussen de haltes wordt weergegeven door schakels schakel weerstand = de reisweerstand in het voertuig bijv. de rijtijd de totale reisweerstand = wachttijd bij de halte (afhankelijk van de frequentie) tarief overstap (wacht)tijd (afhankelijk van de frequentie) overstap penalty rijtijd aan de onderdelen van de reisweerstand worden verschillende gewichten toegekend alle onderdelen van de verplaatsing dienen wel in dezelfde eenheid te worden uitgedrukt 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Opzet netwerk openbaar vervoer (vervolg) openbaar vervoerlijnen aansluitschakels (voor- en natransport) herkomst- en bestemmingsknooppunten Overstapschakels weergave openbaar vervoerlijn (a) = alleen verplaatsing in voertuig (b) = incl. voor- en natransport (c) = incl. overstap en voor- en natransport a b c 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Wegennetwerk multimodaal model Vlaanderen 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Categorisering wegen 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Categorisering wegen 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Wegennetwerk Vlaams Brabant 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Zones and netwerk 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Zones and netwerk Interne vs. externe zones (externe zones zijn hier niet weergegeven) Homogene zones grondgebruik bevolking i.e. homogeen v.w.b. de productie en attractie van verplaatsingen Praktische kwesties Hiërarchische indeling Overeenstemming met andere indelingen (bijv. indeling t.b.v. statistieken) Orde van grootte +/- 500 zones 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Zones and networks Netwerk = knooppunten + links Kenmerken knooppunten geen Kenmerken schakels lengte snelheid reistijd capaciteit tol Centroides bronnen en putten verbindingsschakels Orde van grootte 5000 knooppunten 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

Drie mogelijke abstractieniveau's ter beschrijving van een verkeersnetwerk (fijn, middel, grof) 15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)

15 februari 2008 Verkeerskunde (H01I6A)