Rekenmodel 3: Binnenvaart containers

Presentatie over: "Rekenmodel 3: Binnenvaart containers"— Transcript van de presentatie:

1

2 Rekenmodel 3: Binnenvaart containers
Overzicht rekenmodellen Type bedrijf Vervoerkenmerken Rekenmodel Verlader met regie transport Eigen wagenpark en/of geheel of gedeeltelijk vast uitbesteed vervoer 1 Verlader eigenwagenpark inclusief vast uitbesteed vervoer. Geen eigenwagen park en geen vast uitbesteed vervoer 4 Vervoerder deelladingen Eigen binnenvaartschepen/of vaste charters 3 Binnenvaart Containers Bulk Verlader zonder regie transport n.v.t 5 Regio milieubelasting Vervoerder met regie transportplanning Eigen wagenpark en/of charters 2 Vervoerder inclusief charters Vervoerder zonder regie transportplanning Eigen wagenpark en/of charters Terminal Binnenvaart Eigen vloot en of charters Met het rekenmodel Binnenvaart Containers kunnen de emissies en het brandstofverbruik worden berekend.

3 Emissie- energieverbruiksprofiel.
Het model bestaat uit 4 delen; Algemeen, Transportgegevens, Varen, en Voor- en natransport. Daarnaast is er een tabel met Kengetallen en een tabel met Schepen. Het deel algemeen heeft een keuzeknop voor tijdvak en soort container. Het deel Algemeen heeft een keuzeknop voor tijdvak en soort container. Onder Transportgegevens vallen Bestemming/herkomst en onder Varen Laden en Lossen. Bij Transportgegevens wordt gevraagd een keuze te maken voor Bestemming/herkomst (Zeehaven/Inland terminal) en of een enkele reis of rondreis berekend moet worden. Onderdeel van Varen is Laden en lossen. Hier worden de laad- en losuren en totaal aantal uren binnenvaart berekend. Voor de capaciteiten worden de default waarden uit de rechterkolom gebruikt. Bij Voor- en natransport worden het energieverbruik en de emissies van het wegtraject berekend. Met de keuzeknop kan worden bepaald of voor- en natransport van toepassing is. Het rekenmodel levert als resultaat het Emissie- energieverbruiksprofiel. Het deel Kengetallen bevat de default waarden voor het brandstofverbruik voor- en natransport, laden/lossen en varen plus de emissiefactoren. Voor het laden en lossen kan het equipment aangepast worden.

4 Stap 1 Algemeen Het model geeft in de stappen aan wat nog ingevuld moet worden. Start rekenmodel Start met invullen bedrijfsnaam en bedrijfsonderdeel. Wanneer er duidelijk te onderscheiden transportstromen zijn kan het handig zijn het model afzonderlijk toe te passen. Voer de datum in. Tijdvak Kies met de keuzeknop een tijdvak waarover u gegevens wilt invoeren. Het model extrapoleert de uitkomst naar jaarcijfers. De keuze tijdvak is verplicht. Transporteenheid Hier kan met de keuzeknop een specifieke containermaat worden geselecteerd. Wanneer er een mix van containers wordt vervoerd kan deze worden omgerekend naar standaard TEU (20-voets equivalenten).

5 Stap 2 Transportgegevens
Hier worden de totale aantallen containers per tijdvak ingevuld. Het model rekent het aantal containers om naar TEU. Wanneer het gemiddeld gewicht per container wordt ingevoerd, berekent het model het vervoerde tonnage per tijdvak. Bestemming/herkomst Hier kunnen met de keuzeknop herkomst en bestemming worden geselecteerd. Vervolgens moet gekozen worden of het model met een enkele reis of een rondreis moet rekenen. Een overzicht van de mogelijke terminals in Nederland en het Ruhrgebied, staat op het tabblad ‘Containerterminals ‘ inclusief afstanden en vaartijden. Het tabblad bevat ook voorbeelden van schepen.

6 Stap 3 Varen Varen begint met de keuze van binnenvaartschip uit de Scheepstabel Op basis van kengetallen (default waarden) berekent het model de vaartijd, laad- en lostijd en totale tijd uit. Deze waarden kunnen in de groene cellen worden overschreven. Dat geldt ook voor het brandstofverbruik in de tabel Kengetallen.

7 Stap 4 Voor- en natransport weg
Om de emissies en het energieverbruik voor het totale transport vast te kunnen stellen dienen ook het voor- en natransport te worden meegenomen. De gemiddelde afstand moet worden ingevuld, alsmede het aantal containers per rondtrip (default staat deze waarde op 1). De gemiddelde snelheid kan worden aangepast, op basis van de verkeerssituatie van en naar de terminal Wanneer er geen sprake is van voor- en/of natransport moet bij ‘Containers per rondreis’ 0 ingevuld worden.

8 Emissie- en energieverbruiksprofiel
Voor het berekenen van het brandstofverbruik en de emissies moet een keuze gemaakt worden voor type voertuig en schip. Wanneer de vervoerstromen op de juiste wijze zijn ingevoerd geeft het model een totaaloverzicht van het brandstof- en energieverbruik en de emissies van CO2, Nx en fijnstof (PM10). Daarbij wordt zowel het wegtransport (indien van toepassing) als het binnenvaarttraject weergegeven. Bij gebruik van Dual Fuel in de binnenvaart worden zowel de liters olie als LNG berekend. Er kan een percentage voor het regionale deel van het transport worden ingeschat en ingevoerd. Het model berekent dan tevens de emissies in de regio.

9