In het landschap bij ons in de buurt zit een geheim wapen verborgen…
Hoe kun je je land verdedigen als de vijand komt? Denk met de leerlingen na over de vraag: hoe kun je je als land verdedigen als de vijand komt? Welke manieren kunnen zij allemaal bedenken? Wat zijn moderne manieren om je te verdedigen en welke bestonden lang geleden ook al?
Kasteel Batestein, Vianen. Hoe beschermden mensen zich vroeger? Ridders bouwden een kasteel of een burcht, met daaromheen een muur en een slotgracht. Middeleeuwse steden hadden ook een stadsmuur en een stadsgracht.
Met water kun je ook een groter gebied beschermen…
Soldaten te paard met een kanon kunnen niet verder in gebied dat onder water staat. Rechtsonder: Een soldaat klimt uit tank die is vastgelopen in gebied dat onder water staat. Met water kun je de vijand op afstand houden van je kasteel of je stad. Maar als er oorlog dreigde kon je ook een groter gebied onder water zetten. Dat heet een waterlinie. In vredestijd stond het land droog. Als er een vijand op de loer lag, liet men het onder water lopen. Dat heet ook wel: inunderen/inundatie. Nederland ligt laag, dus het is op veel plaatsen makkelijk om die onder water te zetten! Dat kan in bijna geen enkel ander land. Hoe hoog zou het water moeten staan om de vijand tegen te houden? Hoeveel (centi)meter is nodig, denk je? (Laat de leerlingen hierover discussiëren.) Antwoord: Een laagje van zo’n 40 cm was genoeg: je kon er niet met een boot op varen en je zag niet meer waar de sloten waren, waar je in kon wegzakken of verdrinken.
Twee sluizen. Als de deuren van een sluis dicht zijn wordt het water tegengehouden; als ze open zijn, wordt het water doorgelaten en stroomt het land onder water.
Links: het gebied van de Nieuwe Hollandse Waterlinie zoals het nu is. Rechts: het gebied van de Nieuwe Hollandse Waterlinie als die in werking is (dus met blauwe gebieden die onder water gezet zijn). 1. De Nieuwe Hollandse Waterlinie was één van die waterlinies. Linksboven in de hoek zie je waar deze linie in Nederland loopt. Van waar naar waar loopt hij ongeveer? (Van het IJsselmeer tot de Biesbosch) 2. De Nieuwe Hollandse Waterlinie loopt langs een grote stad. Welke stad is dat? (Utrecht) 3. Vanaf welke kant dacht men dat de vijand zou komen? Hoe weet je dat? (Uit het oosten: Utrecht werd beschermd door de linie.) 4. Waar ligt Vianen? In droog of nat gebied? (droog) Voor of achter de linie? (achter) 5. Laat een leerling één of meer plekken aanwijzen waar een vijand makkelijk door de linie heen kon breken. (Bij de gebieden die niet onder water stonden en via de rivieren) 6. Hoe komt het dat niet de hele linie onder water stond? (Sommige gebieden liggen hoger: die komen niet onder water te staan. Dat kun je evt. laten zien aan de hand van: https://ahn.arcgisonline.nl/ahnviewer/. Als je inzoomt, zie je aan de lichtere kleur dat de gebieden direct langs de rivier de Lek bijv. hoger liggen: dat zijn dijken en stroomruggen). 7. Hoe kon je voorkomen dat de vijand daar met een leger langs kon trekken? (Forten en andere versterkingen bouwen)
Links: Op de voorgrond Fort Honswijk en op de achtergrond het pijlvormige Fort Lunet aan de Snel Rechts: de binnenplaats van Werk aan de Korte Uitweg (een klein fort). Daar kun je tegenwoordig kamperen.
De rode stippen zijn allemaal forten of andere versterkingen langs de Nieuwe Hollandse Waterlinie.
Er waren nog meer waterlinies: De stad Amsterdam had een eigen verdedigingslinie: de Stelling van Amsterdam. De Oude Hollandse Waterlinie beschermde het westen van Nederland. Later werd meer naar het oosten de Nieuwe Hollandse Waterlinie aangelegd, waardoor ook de stad Utrecht beschermd werd. Is een waterlinie nu nog steeds een goed middel om je te beschermen tegen een vijand? Waarom?
Nee, een waterlinie kan een land nu niet meer goed beschermen: met een vliegtuig vlieg je er zo overheen…