Welkom in de wereld van het asielzoekerskind
In mijn land Syrië is het niet veilig. Er is al heel lang oorlog. Heel veel mensen en kinderen worden gedood.
Samen met mama ga ik op de vlucht. We moeten ver lopen… Uit ons land, over de grens. Na lang lopen komen we bij de zee. Mama vindt een boot die ons naar Europa brengt. In een vrachtwagen komen we eindelijk in Nederland. Ik hoop dat we niet meer bang hoeven te zijn!
In een asielzoekerscentrum (azc) moeten we wachten op antwoord In een asielzoekerscentrum (azc) moeten we wachten op antwoord. Mogen we wel of niet in Nederland blijven? Hier woon ik samen met heel veel andere mensen uit allemaal verschillende landen.
Wachten is niet fijn… Mag ik wel in Nederland blijven Wachten is niet fijn… Mag ik wel in Nederland blijven? Ook moet ik vaak aan papa denken. Hij is nog in Syrië. Hoe gaat het met hem?
Bij het azc ga ik naar school samen met kinderen uit allerlei andere landen. Soms komen er kinderen bij, andere kinderen gaan weer weg.
Op zaterdag ga ik naar de kinderclub. Ik vind het leuk om hier naartoe te gaan. We doen spelletjes, we zingen samen en de juf vertelt een verhaal uit de Bijbel. Hier vertelt ze over de Goede Herder.
Ik houd niet zo van vakantie. Het duurt zo lang en dan heb ik niks te doen. Maar vorig jaar heb ik een tasje gehad met allemaal leuke dingen! Die had een jongen uit Nederland voor mij gevuld.
Wij vinden het heel leuk dat jij dit jaar een tasje gaat vullen voor de kinderen in het azc. Namens hen: Bedankt! Shukran! Thank you!