Dicteewoorden Eczeem Huis-aan-huisblad Juffrouw Gedownload

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
Advertisements

Hoe ga je te werk bij aardrijkskunde?
Doel: persoonsvormen in de t.t.
Het Voltooid Deelwoord
Talent in Ontwikkeling
MET DANK AAN COLLEGA’S IN DEN LANDE ! vee 2012
WERKWOORDSPELLING Hoe doe je dat ?.
Woordenschat en kijk op taal Hoofdstuk 2 en 3
De oplossing optellen oefenen doorwerken verbeteren de oefening het huiswerk verkeerd.
Woordenschat Woordbetekenissen vinden
Hoe werken we met En action in de Franse les?
QUIZ hoofdstuk 1.
WERKWOORDSPELLING Met dit overzicht vind je uit hoe je de werkwoordsvorm moet schrijven. Dit is de knop om te beginnen.
Woordraadstrategieën
Hoofdstuk 3 terugblik.
Hoe gebruik ik -d & -t? Leren en oefenen Maar eerst…….
Wie ben ik? Zoë Kol juf van groep 5 en 6.
Hoe gebruik je een woordenboek?
Chemie Overal, 7 e editie (2017) Woudschoten Chemie, 6 november 2015 Peter Koopmans.
Briant College Cursus woordenschat woordraadstragieën.
Wat is de bedoeling van Frans leren in de 3e graad? Kinderen in staat stellen op een eenvoudige manier in een aantal herkenbare situaties in het Frans.
Samengestelde zin + Tussenletters in samenstellingen.
Meervoud op –”n of - ën Maar weet je waar de klemtoon ligt?
Werkwoordsvormen, voorzetsels en voegwoorden
Kennen en kunnen Wat je moet kennen en kunnen voor de SO Woordenschat H1 t/m H4 1. Woordraadstrategieën: -zoek een synoniem; -zoek een omschrijving of.
Werkwoordsvormen. Spoorboekje 1)Wat weet je al? 2)Oefening werkwoordsvormen 3)Bespreken 4)Zelfstandig aan het werk Wat gaan we leren? - Je kunt werkwoordsvormen.
Briant College Cursus formuleren h1 Par 1 ‘Dubbelop’
SPELLING BIJVOEGLIJK GEBRUIKT DEELWOORD HOOFDLETTERGEBRUIK.
LEZEN 3.4 FUNCTIES VAN TEKSTGEDEELTEN. KLAAR MET DE TOETS? Kijk de paragraaf lezen 3.4 na (zie antwoorden in je ) Meld jezelf aan op Google Classroom.
LEZEN 2.4 INFORMATIEVE TEKSTEN, INTERVIEWVERSLAG, INLEIDING EN SLOT EN FUNCTIES DAARVAN.
Woordenschat Letterlijk en figuurlijk taalgebruik.
Welkom.
Technisch schrijven 18 november 2016.
Groep 7 Begrijpend lezen lezen
Beeldspraak: de vergelijking
Technisch schrijven 21 november 2016.
Onvoltooid deelwoord/bijvoeglijk gebruikt deelwoord
Woordbenoemen Groep 6 en 7.
Alinea: kernzin + uitwerking
Hoofdstuk 1 Grammatica woordsoorten
Lezen 1.2 Leesstrategieën, tekstverband/signaalwoorden onderwerp en hoofdgedachte.
Technisch schrijven september 2017.
Cursus 1.3 Reis door de tijd Klas 1 KGT Lesweek 3
Toetsen? Doe het zelf!.
Rob Goossens Wat weten we nog?.
Werkwoordspelling Doel: persoonsvormen in de t.t..
Aantrekkelijk formuleren
Omschrijvingen en definities
Dicteewoorden Papegaai Puberteit Cappuccino Toentertijd
Woordenschat Hoofdstuk 3
Grammatica hoofdstuk 1.
Leesvaardigheid (ook te vinden op LaPlaza)
Lezen 1.3 en 2.1 Woordenschat 1.1 en 1.2
Thema 6 : Vreemde talen leren
Spreken en gesprekken 2.2 en 2.3 Schrijven 1.5 en 1.6 Grammatica 3.3
  Tijd Inhoud UNIT 6 SPORTS Werkvorm Media / Materiaal Inleiding
Hoofdstuk 10 Handig rekenen 2. Hoofdstuk 10 Handig rekenen 2.
Les 2 Lezen 3.3 en 4.1.
Les 4 Schrijven 3.1 en 3.2 (let op: hoofdstuk 2 komt pas in periode 4 aan bod!) Spreken en gesprekken: 2.4 Grammatica en spelling: 3.4.
Schrijven 4.1 en 4.2 Formuleren en stijl 3.2
Woordsoorten: Lidwoorden
KWT.
Hoofdstuk 5 Grammatica woordsoorten
Stappenplan werkwoordspelling
Pak je boeken! Paragraaf 3.4!
Hoe leer je geschiedenis?
Hoofdstuk 1.
Hoofdstuk 5 Taalverzorging
Woordbenoemen Zelfstandig naamwoord, eigennaam, lidwoord, bijvoeglijk naamwoord, voorzetsel, telwoord.
Handig rekenen & rekenregels
Transcript van de presentatie:

Dicteewoorden Eczeem Huis-aan-huisblad Juffrouw Gedownload Burgemeester Dvd’tje Broccoli Pannenkoek Fulltime Faillissement Satelliet Foetus Opticien E-mailadres Kaassoufflé Karamel

Luisteren hoofdstuk 1 Woordenschat 2.3 en 2.4

Theorie luisteren Zelf nu de gele kaders doornemen Op de toets krijg je minimaal één luisterfragment

Alle leerdoelen uit luisteren hoofdstuk 1 “Je kiest een manier van luisteren die het best aansluit bij je doel” (1.1) “Je haalt informatie uit het beeld bij de tekst en kunt de functie(s) ervan benoemen” (1.2) “Je maakt aantekeningen, terwijl je kijkt en luistert” (1.3)

Woordenschat 2.3 – schrijfwijze, uitspraak en extra’s Leerdoel van deze paragraaf: “Je gebruikt de informatie over schrijfwijze, uitspraak en extra’s uit het woordenboek”

Welke informatie vind je in een woordenboek? Schrijfwijze van het woord Lidwoord: ‘de’ of ‘het’ Het geslacht van het woord (m, v of o) Het meervoud Het verkleinwoord De lettergrepen De uitspraak De klemtoon Verleden tijd en voltooid deelwoord bij werkwoorden

Er staan ook veel woordenboekfragmenten in het lesboek!

Woordenschat 2.4 – Woordenboeken online Leerdoel van deze paragraaf: “Je weet welke woordenboeken je online kunt gebruiken”

www.vandale.nl/opzoeken Belangrijkste functie: betekenis van het woord Extra’s: lidwoord, geslacht, lettergrepen en woordsoort

Taaladvies.net en onzetaal.nl/advies Belangrijkste functie: voor alle twijfelgevallen over de schrijfwijze van bepaalde woorden. Extra’s: hulp bij taalproblemen waar een woordenboek geen antwoord op geeft  hen/hun, als/dan, enzovoorts.

www.synoniemen.net Belangrijkste functie: synoniemen  Handig als je niet steeds hetzelfde woord wilt gebruiken (ook handig om de betekenis van een woord te achterhalen!)

www.encyclo.nl Belangrijkste functie: overzicht van bronnen waar je de betekenis van het woord kunt vinden. Extra’s: maakt gebruik van meer dan 1000 bronnen Meest gebruikt door studenten!

Alle leerdoelen van woordenschat hoofdstuk 2 “Je zoekt snel en doelgericht een woord op in het woordenboek” (2.1) “Je kiest in het woordenboek de juiste betekenis van een woord” (2.2) “Je gebruikt de informatie over schrijfwijze, uitspraak en extra’s in het woordenboek” (2.3) “Je weet welke woordenboeken je online kunt gebruiken” (2.4)

Huiswerk Woordenschat 2.3 en 2.4 Luisteropdrachten worden klassikaal gedaan. De examenopdrachten zijn de uitgebreide luisteropdrachten. De opdrachten ervoor moet je zelfstandig maken.