TECHNISCHE FICHE : De schaal berekenen.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Aardrijkskunde Landschap en kaart.
Advertisements

De plattegrond.
Een manier om problemen aan te pakken
lengtematen en gewichtsmaten
Leswijzer Nieuwsbegrip
2 De kaart 2.1 Van luchtfoto naar kaart 2.2 Kaart en schaal
De schaal Hoe bereken je die?.
44 Doosjes (1) Lengte, breedte, hoogte meten Inhoud berekenen
Schaalnotatie: 1 cm is in werkelijkheid cm Afstandslijn: 1 cm is in werkelijkheid 1,5 km
Brugklas - Werkatlas Schaal.
Oppervlaktematen en landmaten
Ons zonnestelsel op schaal
Hoe werk je met een atlas?
Schaalberekeningen Hoofdstuk 1 Australië.
Regressie-analyse Casus:
Actief met de Atlas 1e klas.
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 3 Powerpoints staan op med.hro.nl/houmj/Klas_1BCEHI_Inductief/
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 3
Presentatie titel Kennisbasis Rekenen
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 5
De atlas Hoe gebruik je dat?.
De 3 elementen van een kaart de legende de schaal de pijl die naar het noorden wijst.
Significante cijfers Wetenschappelijke notatie a • 10b
Wijs me de weg ! Op speurtocht in je atlas Gebruikte symbolen Ga naar mijn volgende dia Ga naar mijn voorgaande dia Ik wil nog even mijn informatie.
Verhaalsommen groep 8. Peter doet mee aan de 10 km hardlopen. De baan is 400 m per ronde. Hoeveel ronden moet Peter lopen? a)15c) 20 b) 25d) 30.
Wijs me de weg ! Luchtfoto, schaal en kaart. Gebruikte symbolen Ga naar mijn volgende dia Ga naar mijn voorgaande dia Ik wil nog even mijn informatie.
Thuis in mijn provincie Vlaams-Brabant Waar woon ik ?
1 millimeter dik 6 millimeter regen? 4 millimeter groot 2 millimeter groot.
De lengtematen mm, cm, dm, m, km. Ellens nieuwe kamer Gisteren ging ik op bezoek bij mijn nichtje Ellen. Ellen is een meisje van 10 jaar. Ellen woont.
Rekenquiz. Vraag 1. Decimale getallen Zet de decimale getallen van groot naar klein. Welk getal komt er in het rode vak? 7,431,684,295,051,667,493,49.
Rekenen!!! cito.
Meten en meetkunde in het verkeer
Op sneeuwklas in Zwitserland
Vandaag: Restant les 3 Verhoudingen
Herhalen schaal Schaal is een verhouding.
Inhoud berekenen.
les 3 digitale rekenblokken Verhoudingen in context situaties
België.
Thema 1 Wie ben ik?.
SCHAAL in toepassingssituaties
Op sneeuwklas in Zwitserland
Atlas- en kaartvaardigheden
Metend rekenen 5de leerjaar.
Standaard normaalverdeling
Op sneeuwklas in Zwitserland
Cursus 1.1 Werken met Kaarten Klas 1 KGT Lesweek 4
Cursus 1.1 Werken met Kaarten Klas 1 BK Lesweek 2
Instructie geven en uitvoeren
Atlas- en kaartvaardigheden
Op sneeuwklas in Zwitserland
3L week 16: ‘Wij kijken naar de natuur op tv’ © JL
Meten en Meetkunde Verbanden
Snelheid Module 3 Basisstof 3.
Meten en meetkunde les 3: omtrek, oppervlakte en inhoud
Hoofdstuk 28 Snelheid en tijd. Hoofdstuk 28 Snelheid en tijd.
Losse onderdelen die samen één geheel vormen
De kaart Topografische kaart Oriënteren Schaal.
Blok 1 Mijn eigen omgeving
Rekenen Verbanden les 3: Rekenen met tabellen 1 Verbanden les 5: Rekenen met grafieken, diagrammen en tabellen.
Les 3 verhoudingen Verhoudingen.
Les 1 Meten en meetkunde: Schaal
SCHAAL in toepassingssituaties
Meten en Meetkunde Verbanden
Rekenen Les 6 Meten en Meetkunde in het verkeer Les 7 Meten in recepten Les 5 figuren slaan we over!
Werken met kaarten.
Omrekenen eenheden Volume
Bijzondere verhoudingen
Hoofdstuk 12 schaal. Hoofdstuk 12 schaal Paragraaf 12.1 Schaalverdeling.
Transcript van de presentatie:

TECHNISCHE FICHE : De schaal berekenen

1. Inleiding In je atlas heb je verschillende kaarten. Op een kaart is alles kleiner dan in realiteit. Toch kunnen we de reële afstand tussen 2 plaatsen lezen in de atlas. We moeten dan kijken naar de schaal van de kaart.  

1. Inleiding Er zijn 2 soorten schalen: de lijnschaal en de breukschaal. We gaan eens kijken hoe we deze schalen moeten gebruiken en hoe we de afstand tussen 2 plaatsen moeten berekenen.

2. De lijnschaal: wat? De lijnschaal is een lijn met cijfers. Op een lijnschaal kan je direct lezen hoeveel kilometer 1 centimeter is. Voorbeeld: 1 cm= 20 km Teken een lijschaal Let op: de lijnen zijn niet altijd 1 centimeter! De lijn kan ook langer of korter zijn! Je moet je lat nemen om te meten.

2. De lijnschaal: wat? Voorbeeld: 1 cm op de kaart = 20 km in de realiteit 2 cm

2.2 Oefenen Opdracht : Neem de atlaskaart van België. Kaart 4-5 Welke lijnschaal staat er op deze kaart? 1 cm = 8 km Wat wil dat zeggen? Noteer in woorden. 1 cm op de kaart is 8 km in realiteit (werkelijkheid)

2.2 Oefenen Voorbeeld: Wat is de afstand tussen Brussel en Leuven? Berekening: Op de kaart: 3 cm In realiteit: 1cm  8 km 3 cm  3 x 8 km = 24 km Antwoord: De afstand tussen Brussel en Leuven is 24 km

3. De breukschaal 3.1. Wat is een breukschaal? De breukschaal toont de relatie tussen de afstand op de kaart en de afstand in realiteit. -> De breukschaal -> De lijnschaal

3.1. Wat is een breukschaal? De breukschaal bestaat uit 3 delen:   De breukschaal bestaat uit 3 delen: cijfer 1 = 1cm op het plan / of : = is gelijk aan ander cijfer = het aantal centimeter in realiteit -> Een breukschaal -> Een lijnschaal

3.1. Wat is een breukschaal? Voorbeeld: 1 / 25 000 1 : 25 000 1 cm op de kaart is gelijk aan 25 000 cm in realiteit

3.2 De verschillende eenheden De breukschaal vertelt ons hoeveel centimeter er tussen 2 steden ligt. Dat is natuurlijk niet logisch! Wij willen weten hoeveel kilometer er tussen 2 steden ligt. We moeten dus weten hoeveel centimeter er in 1 kilometer kan. We vullen het rooster in: volgende dia

3.2 De verschillende eenheden km cm   1 centimeter (cm) = 0,00001 kilometer (km) 1 kilometer (km) = 100 000 centimeter (cm)

3.3 Oefenen Opdracht : Neem de atlaskaart van België. Kaart 4-5 Welke breukschaal staat er op deze kaart?   1:800 000 Wat wil dat zeggen? Noteer in woorden. 1 cm op de kaart is gelijk aan 800 000 cm of 8 km in realiteit

3.3 Oefenen Voorbeeld: Wat is de afstand tussen Brussel en Hasselt? Berekening: Op de kaart: 8,5 cm In realiteit: 1 cm  8 km (800 000 cm) 8,5 cm 8,5 x 8 km = 68 km Antwoord: De afstand tussen Brussel en Hasselt is 68 km

Oefenen: de schaal berekenen 1. De lijnschaal Opdracht: Neem de atlaskaart van België. (AK 4-5) Wat is de afstand tussen Brugge en Brussel? Berekening: Op de kaart = 11,25 cm In realiteit: 1 cm  8 km 11,25 cm dus: 11,25 x 8 km = 90 km Antwoord: De afstand tussen Brugge en Brussel is … km