Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdRuben Koning Laatst gewijzigd meer dan 9 jaar geleden
1
schaalberekeningen Hoofdstuk 1 Australië
2
Schaal = verhouding van afstanden op verkleinde afbeeldingen tot de werkelijke afstand. Bijvoorbeeld 1:100 (spreek uit: één op honderd) wil zeggen: 1 cm is in werkelijkheid 100 cm, Het gaat dus om een verhoudingsgetal.
3
Schaalgetal Het groter het schaalgetal, hoe meer iets is verkleind.
4
Schaal Bij kaarten gaan we altijd uit van 1 cm op de kaart.
Kaartschaal 1: wil dus zeggen 1 cm is in werkelijkheid cm. Om een beeld te krijgen hoe ver dat is, moet je die centimeters altijd omrekenen in kilometers. 1 km = 1000 meter = cm Om van cm km te maken: 5 nullen eraf. Om van km cm te maken: 5 nullen erbij.
5
Rekenen
6
Antwoorden
7
Automodellen Welk van beide schaalmodellen heeft het grootste schaalgetal, de Golf of de Porsche? Leg uit hoe je dat kunt zien.
8
Automodellen De Golf. Die is het meest verkleind, bevat de minste details.
9
Schaalgetal hoe meer de werkelijkheid verkleind is.
Het groter het schaalgetal, hoe meer de werkelijkheid verkleind is. hoe minder details je kwijt kunt op een kaart. Hoe groter een gebied is dat je op een kaart kunt afbeelden.
10
Schaalgetal Groot schaalgetal Klein schaalgetal
Veel verkleind, weinig details = Kleinschalige kaart Kleinschalig = klein afbeelden. Klein schaalgetal Weinig verkleind, veel details = Grootschalige kaart. Grootschalig = groot afbeelden.
11
Beeldscherm Hier heb je niets aan het begrip schaal. Hoe groot iets wordt afgebeeld hangt samen met eigenschappen van beeldscherm. Wat wel helpt is het zogenaamde schaalstokje bij de kaart. Wordt kaart verkleind, dan schaalstokje ook. Wordt kaart vergroot, dan schaalstokje ook. Verhouding tussen kaart en schaalstokje is dus altijd goed.
12
Opdracht Welke kaart is het meest grootschalig?
13
Antwoord Linkse kaart is het meest grootschalig. Daarop staan de dingen groot afgebeeld.
14
Rekenen Rekenen met schaal
Als je de schaal van de kaart weet, kun je met een meetlat de afstand tussen twee punten meten en die afstand omrekenen naar de werkelijke afstand. Bijvoorbeeld: De afstand tussen twee plaatsen op de kaart is 4 cm. De schaal is 1 : Wat is de afstand in werkelijkheid?
15
Antwoord Rekenen met schaal
Als je de schaal van de kaart weet, kun je met een meetlat de afstand tussen twee punten meten en die afstand omrekenen naar de werkelijke afstand. Bijvoorbeeld: De afstand tussen twee plaatsen op de kaart is 4 cm. De schaal is 1 : Wat is de afstand in werkelijkheid? 1 cm = cm in werkelijkheid. 4 cm = cm = 10 km in werkelijkheid
16
Rekenen Rekenen met schaal
Als je de schaal van de kaart weet, kun je natuurlijk ook uitrekenen hoe ver plaatsen uit elkaar liggen op de kaart als je de werkelijke afstand weet. Bijvoorbeeld: De afstand tussen twee plaatsen in werkelijkheid is 75 km De schaal is 1 : Wat is de afstand op de kaart?
17
Antwoord Rekenen met schaal
Als je de schaal van de kaart weet, kun je natuurlijk ook uitrekenen hoe ver plaatsen uit elkaar liggen op de kaart als je de werkelijke afstand weet. Bijvoorbeeld: De afstand tussen twee plaatsen in werkelijkheid is 75 km De schaal is 1 : Wat is de afstand op de kaart? 1 cm = cm in werkelijkheid = 2.5 km 75 km = 75 : 2.5 = 30 cm op de kaart.
18
Rekenen Omgekeerde kan ook. Soms is het handig om de schaal te berekenen: Een keukenspecialist heeft een ontwerp getekend voor je nieuwe keuken. Je wilt de bestaande keukentafel in de juiste proporties in de keuken erbij tekenen. Het aanrechtblad is in werkelijkheid 80 cm breed. Op de tekening is het 4 cm. Wat is de schaal van de tekening?
19
Antwoord Omgekeerde kan ook. Soms is het handig om de schaal te berekenen: Een keukenspecialist heeft een ontwerp getekend voor je nieuwe keuken. Je wilt de bestaande keukentafel in de juiste proporties in de keuken erbij tekenen. Het aanrechtblad is in werkelijkheid 80 cm breed. Op de tekening is het 4 cm. Wat is de schaal van de tekening? 4 cm op de tekening is 80 cm in werkelijkheid. De verhouding is 4 : 80. Als je beide getallen door 4 deelt, heb je de schaal. De schaal is dus 1:20. Als de keukentafel 2 meter lang is, moet je hem tekenen met een lengte van 10 cm.
20
Rekenen Een voorbeeldje met een kaart:
De werkelijke afstand is 2000 km De afstand op de kaart = 40 cm Schaal?
21
Antwoord Een voorbeeldje met een kaart:
De werkelijke afstand is 2000 km De afstand op de kaart = 40 cm Schaal? 40 cm = 2000 km 1 cm = 50 km Schaal is dus 1: (vijf nullen toevoegen)
22
Rekenen
23
Antwoord
24
Rekenen
25
Antwoord
26
Rekenen
27
Antwoord
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.