Primitivisme - Inleiding
PR Inleiding - Examenreglement Probleemstelling De manier waarop in de 19e en de 20e eeuw in tentoonstellingen en verzamelingen niet-westerse culturen ge(re)presenteert zijn. De aantrekkingskracht van primitieve kunstuitingen, zoals kinderkunst, ‘outsider’ kunst en voorwerpen uit niet-westerse culturen op westerse kunstenaars in de 19e en in de 20e eeuw en de hang naar oorspronkelijkheid. Begrippen Etnografica Etnografie Primitivisme Primitieve kunst
PR Inleiding - Opzet Wat is primitivisme Ronald Kerkhoven – Primitivistische golven Robert Goldwater – Fases in primitivisme Adi Martis – Vijfde fase in primitivisme Tentoonstellingen Zonder naam (Pende – Zaïre) Ziektemasker Zonder jaar
PR Inleiding – Wat is primitivisme Begrippen Primitief – Primitivisme Etnografie – Etnografica Katalin Herzog Robert Goldwater
PR Inleiding – Wat is primitivisme Begrippen Katalin Herzog Onbedorven, eenvoudig, oorspronkelijk Kritiek op het Westen Toen en nu Robert Goldwater
PR Inleiding – Wat is primitivisme Begrippen Katalin Herzog Robert Goldwater (1907 – 1973) Reden ontstaan: breken illusionisme sinds Renaissance Herkenbare vormen Problematische term: primitivisme - Superioriteit van het Westen - Authenticiteit bij hedendaagse ‘primitieve’ kunstenaars
PR Inleiding – Ronald Kerkhoven – Primitivistische golven Eerste kennismaking (Wereld-) tentoonstellingen Westen meest ontwikkeld Eerste primitivistische golf Tweede primitivistische golf Eind jaren 50 Begin jaren 80 Carlo Bugatti, Tafel, circa 1900
PR Inleiding – Ronald Kerkhoven – Primitivistische golven Eerste kennismaking Eerste primitivistische golf 1900 – 1910 Objectgericht - Europa: Afrika & Oceanië - Rusland: Primitieve & Volkskunst - Amerika: Indianen & Inuit Tweede primitivistische golf Eind jaren 50 Begin jaren 80
PR Inleiding – Ronald Kerkhoven – Primitivistische golven Eerste kennismaking Eerste primitivistische golf 1900 – 1910 Objectgericht - Europa: Afrika & Oceanië = Derain, De Vlamink, Matisse, Picasso Tweede primitivistische golf Eind jaren 50 Begin jaren 80 André Derain, Baadsters, 1907
André Derain Baadsters 1907 Fang masker Gabon
Pablo Picasso Les demoiselles d’Avignon 1907
Andre Derain De dans 1906 De ontmoeting van Boeddha met een monnik Jaar onbekend Boroboedoer, Java Gislebertus Eva 1130 – 1140 Kathedraal van Autun, Saone-et-Loire
Ernst Ludwig Kirchner Vijf baadsters bij een meer 1911 Muurschildering Ajanta, grot II Tweede eeuw voor Christus
PR Inleiding – Ronald Kerkhoven – Primitivistische golven Eerste kennismaking Eerste primitivistische golf 1900 – 1910 Objectgericht - Europa: Afrika & Oceanië - Rusland: Primitieve & Volkskunst = Michail Larionov Tweede primitivistische golf Eind jaren 50 Begin jaren 80 Michail Larionov, Soldaat op een paard, 1911
Michail Larionov Soldaat op een paard 1911
Michail Larionov Acacia in de lente 1904
Wassily Kandinsky Allerheiligen I 1911 Wasillii Koren Scene uit de Openbaring VIII: 10-13, 1696, uit D. Rovinskii, Russkiia narodnya kartinki sobral i opsisal, iii, No. 810, 28 (Sint-Petersburg 1881) New York Public Library, New York Uit het vroege werk van Kandinsky blijkt duidelijk hoe groot zijn primitivistische betrokkenheid bij de volkskunst en de cultuur van het ‘oude Rusland’ was.
PR Inleiding – Ronald Kerkhoven – Primitivistische golven Eerste kennismaking Eerste primitivistische golf 1900 – 1910 Objectgericht - Europa: Afrika & Oceanië - Rusland: Primitieve & Volkskunst - Amerika: Indianen & Inuït = Max Weber, Marsden Hartley Tweede primitivistische golf Eind jaren 50 Begin jaren 80 Max Weber, Knielend naakt, 1919
Max Weber Knielend naakt 1919
Marsden Hartley De Aero 1914
PR Inleiding – Ronald Kerkhoven – Primitivistische golven Eerste kennismaking Eerste primitivistische golf Tweede primitivistische golf Na WO II Abstract expressionisme Amerika Europa Eind jaren 50 Begin jaren 80 Jackson Pollock, Nummer 23, 1949
PR Inleiding – Ronald Kerkhoven – Primitivistische golven Eerste kennismaking Eerste primitivistische golf Tweede primitivistische golf Na WO II Abstract expressionisme Amerika: niet individueel maar algemene betekenis oersymbolen Eind jaren 50 Begin jaren 80 Jackson Pollock, Nummer 23, 1949
Jackson Pollock Nummer 23 1949
Jackson Pollock The She-wolf 1943
Cobra Werk van Egill Jacobson
Constant Twee vogels 1949 Constant Vogels
Constant Fauna 1949 Constant Vogels
Asger Jorn, Constant, Karel Appel, Corneille en Erik Nyholm Modificatie: COBRA 1949 Asger Jorn Queen
Asger Jorn De Tunesier 1948 Asger Jorn Queen
Asger Jorn Abisola 1955 Asger Jorn Queen
Karel Appel De schreeuw van de vrijheid 1948 Werk van Appel
Karel Appel Vragende kinderen 1949 Werk van Appel
Totempaal Afkomstig uit Haida, Brits Columbia Henry Moore Staand motief 1955
PR Inleiding – Ronald Kerkhoven – Primitivistische golven Eerste kennismaking Eerste primitivistische golf Tweede primitivistische golf Begin jaren 80 Het primitieve in eigen werkwijze/ systeem opnemen Kleurrijk Snelle penseelvoering George Baselitz Witharige man 1983
Jaren 80 Neo Expressionisme valt onder het postmodernisme. Postmodernisten geloven dat wij het moderne tijdperk definitief verlaten hebben. De postmoderne kunstenaar gelooft niet meer in een lineair verloop van de geschiedenis. Het afzweren van het modernisme leidt tot een veel vrijere omgang met beeldmotieven en stijlen uit het verleden De Neo expressionisten gingen in tegen de koele abstraherende kunst van minimal art en conceptuele kunst. Zij staan n.l. Voor figuratie, emoties, subjectiviteit,symbolisme, driften (seksualiteit) en verhalende elementen. Duitsland: Neue Wilden Italie: Transavanguardia Nederland: After Nature Julian Schnabel, St. Franciscus in vervoering, 1980
Julian Schnabel St. Franciscus in vervoering 1980 Julian Schnabel.Hij maakt nog meer dan Kiefer gebruik van onorthodoxe materialen. Zoals hier in zijn ‘plate-paintings’
A.R. Penck Standaard 1971 A.R. Penck (pseudoniem van Ralf Winkler) Neo expressionist. Penck was een onderzoeker en geoloog van de ijstijd en dus zo al een verwijzing naar de primitieve kunst. Winkler (Penck) raakte gefascineerd door de ijstijd- grotschilderingen. Hij zag daar iets wat hij formuleerde als signaalkarakter. Dit terugvallen op archeologie heeft zijn schilderen wezenlijk verrijkt. Het gaf hem zijn “Systeembilder”, dit zijn streeppoppetjes die signalen en informatie uitzenden. Uit de prehistorische grot schilderingen blijkt volgens Penck dat de mens vanaf de oertijd behoefte had aan communicatie. Penck hoopte met zijn streeppoppetjes een universele beeldtaal te ontwerpen die zou bijdragen tot verandering van de samenleving, een streven dat nauw samenhing met zijn geïsoleerde positie in het toenmalige Oost-Duitsland. Penck’s schematische figuren doen denken aan eigentijdse pictogrammen, prehistorische tekeningen, graffiti en kindertekeningen
A.R. Penck Strichmannchen 1971 A.R. Penck (pseudoniem van Ralf Winkler) Neo expressionist. Penck was een onderzoeker en geoloog van de ijstijd en dus zo al een verwijzing naar de primitieve kunst. Winkler (Penck) raakte gefascineerd door de ijstijd- grotschilderingen. Hij zag daar iets wat hij formuleerde als signaalkarakter. Dit terugvallen op archeologie heeft zijn schilderen wezenlijk verrijkt. Het gaf hem zijn “Systeembilder”, dit zijn streeppoppetjes die signalen en informatie uitzenden. Uit de prehistorische grot schilderingen blijkt volgens Penck dat de mens vanaf de oertijd behoefte had aan communicatie. Penck hoopte met zijn streeppoppetjes een universele beeldtaal te ontwerpen die zou bijdragen tot verandering van de samenleving, een streven dat nauw samenhing met zijn geïsoleerde positie in het toenmalige Oost-Duitsland. Penck’s schematische figuren doen denken aan eigentijdse pictogrammen, prehistorische tekeningen, graffiti en kindertekeningen
Keith Haring Installatie Tony Shafrazi Gallery, NY 1983 – 1984 Keith Haring werkt spontaan hij heeft geen planning vooraf. Hiermee zet hij zich af tegen zijn conceptuele voorgangers. Hij grijpt dus eigenlijk terug op het abstract expressionisme (Pollock) maar met herstel van figuratie. Harings lijnvoering heeft de trefzekerheid van een elektronische plotter, er is bij hem geen enkel spoor van emotionele ontlading. Enkele verwijzingen naar primitieve kunst zijn: Zijn beschilderde vazen verwijzen naar prehistorisch keramiek, voor zijn body paintings bestudeerde hij foto’s van Masai krijgers, zijn maskers op Afrikaanse maskers. Zijn installaties worden een soort High-tech ‘Kunst und Wunderkammer’.
Keith Haring Ingnorance = fear 1989
Keith Haring Spirit of art no. 2 1995 Keramiek
George Baselitz Witharige man 1983
George Baselitz De arenleester 1978 George Baselitz De arenleesters 1857
Peter Klashorst Kenya Head II 2005
Peter Klashorst Streetboy 2002
Peter Klashorst
Charly van Rest Zwart brood 1987 POSTMODERN PRIMITIVIST. Charly van Rest uit Rotterdam Belangstelling voor het exotische en primitieve. De wijze waarop hij beelden ( ook eigen werk) verzamelt, gebruikt en recyclet. De rol die toeval in zijn werk speelt. De ongebruikelijke materialen en technieken
Charly van Rest De prinses
PR Inleiding – Robert Goldwater – Fases in primitivisme Romantisch – Gauguin, Pont Aven, Fauvusten - Niet eigen maar externe beïnvloeding Emotioneel – Brucke, Blaue Reiter - Directheid en kracht van objecten Intellectueel – Picasso, Kubisten en Constructivisten - Formele aspecten, structuur en compositie Onderbewust – Dada, Surrealisme - Uiteenlopende verschijningsvormen - Irrationele, naïeve tekeningen
PR Inleiding – Robert Goldwater – Fases in primitivisme Drie opvattingen Primitivisme ontstaan om te breken met illusionistische traditie van renaissance Primitieve kunst mooi want niet beïnvloed door beschaving Probleem met term primitieve: suggereert dat het Eigene superieur is aan de Ander Heden: niet meer zo, behouden term om trouw te blijven aan authenticiteit
PR Inleiding – Adi Martis – Vijfde fase Een vijfde fase toegevoegd op Goldwater: Postmodern primitivisme (ook al beschreven door Robert Kerkhoven) Vroeger - Breuk met renaissance/ academische Nu - Ter discussie stellen modernisme - Emancipatie (voormalige) ‘primitieve’ kunstenaars Bestuderen historische vormen primitivisme in context - Geografische afstand kleiner - Verschillen elite en massacultuur kleiner - Hedendaags primitivisme heeft ideologisch karakter = Vreemd wat geen doel van postmoderne kunstenaar