Ontdekkingen in de zomer Lokken en verleiden Ontdekkingen in de zomer
Natuur in de zomer In de zomer is het lang licht. Het is overdag warm en ‘s nachts niet koud. Bomen en planten groeien hard. Er zijn veel bloeiende planten Voor grote en kleine dieren is er veel eten te vinden. in de natuurtuin gaan jullie binnenkort onderzoek doen. Op de volgende dia staan onderzoeksvragen > probeer met je klas vast een mogelijk antwoord te bedenken op die vragen > hebben de vragen ook met elkaar te maken?
Voorbereiding Veel planten krijgen bloemen in de zomer. Waarom gebeurt dat juist nu ? Plotseling zie je heel veel insecten. Waarom zien we er nu pas zoveel? Zijn zoveel insecten nou ergens goed voor? Bij mens en dier heb je een man en een vrouw nodig om baby’s te krijgen. Zaden zijn een soort plantenbaby’s. Zijn er bij planten ook mannetjes en vrouwtjes nodig? Mooi gekleurde bloemen, vaak met een lekker luchtje, waarom doen die planten zo'n moeite?
Wat is een bloem Bloemen zijn belangrijk voor veel planten. Zonder bloemen kunnen ze geen zaden maken. Zaden zijn een soort plantenbaby’s. In bloemen zitten de sex-organen van de plant. Mannelijke organen noem je meeldraden. Meeldraden vormen stuifmeel. Het vrouwelijke orgaan noem je stamper. Daarin zitten onbevruchte zaden (zaadknoppen). Die moeten bevrucht worden door stuifmeel.
Zo zit een bloem in elkaar Stamper Het vrouwelijke orgaan Meeldraad Het mannelijke orgaan (maakt het stuifmeel) Hier zitten de onbevruchte zaden Dit noem je een kroonblad (vaak mooi gekleurd) Dit noem je kelkblaadjes (meestal groen) Pak een echte bloem erbij. Kijk of je alle onderdelen kunt ontdekken.
Bevruchting Voor de bevruchting is het nodig dat er stuifmeel op een stamper terecht komt. Planten kunnen niet zelf bewegen en rondlopen. Toch lukt het ze om zaden te maken. Ook als ze ver van elkaar groeien! Hoe lukt het de plant om stuifmeel van bloem naar bloem te krijgen?
Verleiden van insecten (eerste manier) Veel bloemen maken zoete nectar, een soort vliegbrandstof voor insecten Bloemen lokken ze met fel gekleurde kelkbladen als uithangbord. Ze lokken ze ook vaak met een geur die insecten lekker vinden Insecten zijn erg geschikt om stuifmeelkoerier te zijn: * Er zijn er erg veel van * Veel insecten kunnen vliegen, zo kunnen ze snel veel bloemen bezoeken * Stuifmeel blijft goed aan insectenhaar plakken
Laat de wind het werk doen (de tweede manier) De wind kun je niet lokken. Windbloemen hoeven dan ook geen reclame te maken. De bloemen zien er vaak onopvallend uit, klein, met bruine of groene kleuren. Ze maken giga-veel stuifmeel. (Waarom zou dat zo zijn, denk je ?) Grasbloemen zijn een goed voorbeeld: Zoek in de pauze buiten naar grasbloemen, en bekijk ze van dichtbij Let op de meeldraden: Die bungelen aan lange steeltjes. De bloemen zitten vaak aan lange stengels. De wind kan er zo goed bij.
Op ieder potje past een deksel, 1 Sommige bloemen lijken net een presenteerblaadje: Als insect loop je door de nectar en het stuifmeel ! Elk insect kan ze bestuiven. Hieronder zie je 2 voorbeelden BERENKLAUW MARGRIET dit soort bloemen lokken vaak Vliegen of Kevers Vliegen hebben een kort stofzuigermondje. Ze kunnen alleen vloeibaar voedsel eten. De nectar moet makkelijk te bereiken zijn. Vliegen en kevers worden aangetrokken door de kleuren WIT en GEEL Kevers hebben korte kauwkaken. Ze eten veel stuifmeel. Daar moeten ze makkelijk bij kunnen. WEETJE: Om ze te lokken, ruiken dit soort bloemen soms naar mest of rottende dingen !
Op ieder potje past een deksel, 2 Sommige bloemen maken het wat moeilijker: Ze hebben een speciale vorm, zodat je niet zomaar bij de nectar kunt Ze gebruiken bestuivings- specialisten. Hiernaast zie je wat voorbeelden Dit soort bloemen lokken Bijen en hommels Bijen hebben een tongetje van een ½ cm de nectar moet niet héél diep zitten ze moeten goed op de bloem kunnen landen Bijen zoeken de kleuren geel, blauw en paars de tong van Hommels is wel 1 ½ cm lang De nectar mag best diep verstopt zitten Ze zijn sterker en zwaarder dan bijen: sommige bloemen moet je open kunnen duwen! Hommels zoeken de kleuren geel, blauw, paars én rood WEETJE: Om ze te lokken ruiken deze bloemen ook vaak lekker
Op ieder potje past een deksel, 3 Sommige bloemen maken het nog moeilijker: Ze verstoppen de nectar zo diep, dat je een ‘rietje’ nodig hebt… Een supertong dus. Hiernaast zie je wat voorbeelden Dit soort bloemen lokken Vlinders Vlinders hebben een tong van wel 3 cm de nectar mag héél diep zitten ! Dagvlinders Houden van de kleuren rood, blauw, paars Ze houden van zoete geuren, maar ook mestluchtjes. Nachtvlinders Houden van de kleuren roze, lichtblauw, geel en wit Ze houden van zware zoete geuren. WEETJE: de bloemen voor nachtvlinders lichten op in het donker de geur is ‘s nachts juist heel sterk, zo wijzen ze nachtvlinders de weg
Hoe het werkt In de tuin werk je in twee- of drietallen. Elk groepje krijgt opdrachtbladen, een werkmap en een schrijfplank met potlood
In de tuin verspreid staan vlaggen Er zijn 5 kleuren Rood, Oranje, Geel, Groen en Blauw Ga naar een kleur vlag 1. Kies het juiste opdrachtblad bij die kleur vlag 2. Vul jullie namen in bij `onderzoekers` 3. Kijk wat je nodig hebt uit je werkmap 4. Lees de instructie goed en vul al de vragen in
Veel succes met onderzoeken