Paragraaf 8.1 De Verlichting

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Filosofie Op HAVO en VWO.
Advertisements

De quiz bestaat uit 13 vragen.
Hoofdstuk 4: Pruiken en Revoluties
17de eeuw (1.3) Politieke rechten De Republiek was een Statenbond zonder sterk centraal gezag Dat leidde tot -moeizame besluitvorming (tijdrovend) -een.
De verlichting Paragraaf 2.
Culturele stromingen Culturele ontwikkeling is een proces van opeenvolging en afzetten tegen. Literatuur is het product van een cultuur: het geeft (indirect.
4.1 De Pruikentijd.
Paragraaf 7.1 Vorige les: wetenschappelijke revolutie
Verlichting: Stroming uit de 18de eeuw waarin geloof en absolute macht plaats moest maken voor verstand, vrijheid en gelijkheid.
Verlichting (18e eeuw) Tegen Absolutisme en standenmaatschappij.
de tijd van burgers en stoommachines
Kenmerk 30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en taatsburgerschap Les 1: Oorzaken.
H7:§ 2:p164-6 Rationeel optimisme Onderzoekers (lees: Verlichters) in de 18e eeuw vormen een andere visie op onderzoek en kijk op de wereld Met verstand.
Over verlichte denkers en hun ideeën
De Verlichting.
18de eeuw Halverwege de 18de eeuw kwam de Verlichting (zie aantekeningen bij hoofdstuk 7 ) Vrijheidsrechten Verlichtingsfilosofen gingen uit van het idee.
Tijd van Pruiken en Revoluties
Wetenschappelijke revolutie
Westerse wortels in de Grieks-Romeinse wereld.
Nederlandse literatuur
September 2013 – 5 vwo – van der Capellen
Le sIecle des Lumières -verlichting-
Achttiende en negentiende eeuw
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
H4:§ 6:p79 Rationeel optimisme Onderzoekers (lees: verlichters) in de 18e eeuw vormen een andere visie op onderzoek en kijk op de wereld Met verstand Benaderen.
17de eeuw: Wetenschappelijke revolutie
Tijd van Pruiken en revoluties
DE KLASSIEKE OUDHEID DE ONTWIKKELING VAN HET WETENSCHAPPELIJK DENKEN EN HET DENKEN OVER BURGERSCHAP EN POLITIEK IN DE GRIEKSE STADSTAAT.
Wetenschappelijke revolutie
H4:§ 6:p79-80 Rationeel optimisme Onderzoekers (lees: verlichters) in de 18e eeuw vormen een andere visie op onderzoek en kijk op de wereld Met verstand.
Tijd van pruiken en revoluties,
Wetenschap-pelijke methode Empi- risme Experimenten Kritisch
Tijd van pruiken en revoluties,
Wetenschappelijke Revolutie, Verlichting en Franse Revolutie
Opkomst van machtige vorsten 1.4. Vorsten brengen een scheiding aan tussen Kerk en Staat Tot de dertiende eeuw dachten de meeste Europeanen dat God maar.
Context 4 Verlichtingsideeën en de democratische revoluties
Context 4 Verlichtingsideeën en de democratische revoluties
Wetenschap-pelijke methode Kritisch Empirisme
30De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap 36De opkomst van de politiek-maatschappelijke.
Tijdvak 7- Tijd van pruiken en revoluties ( ) Achttiende Eeuw
Regenten en vorsten H7.3 DE WETENSCHAPPELIJKE REVOLUTIE.
Verlichting: Filosofische stroming uit de 18de eeuw waarin geloof en absolute macht plaats moest maken voor verstand, vrijheid en gelijkheid.
H8.1 De Verlichting Pruiken en revoluties.
4.1 de Pruikentijd.
23 Het streven van vorsten naar absolute macht 27 Rationeel optimisme en een ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving:
Immanuel Kant. Immanuel Kant: ‘Sapere Aude’ = durf te weten Kritische houding is goed, vraag bij alles na of het klopt. Onderzoek helpt de mens vooruit.
De tijd van burgers en stoommachines H10 Politieke strijd en emancipatie Vroegmoderne tijd 19 e eeuw Paragraaf 10.1 ‘Conservatisme en liberalisme’
Paragraaf 1 De agrarische revolutie. Kenmerkende aspecten bij deze paragraaf: De levenswijze van jagers-verzamelaars Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen.
Hoofdstuk 5 ‘veranderend wereldbeeld’
Paragraaf 10.2 Emancipatie
De tijd van de pruiken en de revoluties
Hoofdstuk 3 De tijd van monniken en ridders
Tijdvak 7 De tijd van pruiken en revoluties
Wetenschap en politiek in de Griekse stadstaat
Thema Leven deel 1 Wat is wetenschap?.
Paragraaf 4.3 De strijd tussen paus en keizer
Paragraaf 3 MODERN IMPERIALISME
Tijd van pruiken en revoluties 1700 – 1800
Tijdvak 2 De tijd van Grieken en Romeinen
Pruiken en revoluties 3.1 De pruikentijd
Pruiken en revoluties 4.1 De pruikentijd
Europa wordt christelijk
Paragraaf 7.3 De wetenschappelijke revolutie
Tijd van pruiken en revoluties 1700 – 1800
VROEG MODERNE TIJD HET RATIONEEL OPTIMISME EN HET VERLICHT DENKEN IN GODSDIENST, POLITIEK, ECONOMIE EN SOCIALE VERHOUDINGEN.
H8.2 Vorsten met Verlichte ideeën
VROEG MODERNE TIJD Het voortbestaan van het ancien regime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse wijze vorm te geven (verlicht absolutisme).
De WEtenscHappelijke revolutie
Wetenschappelijke Revolutie, Verlichting en Franse Revolutie
Politieke veranderingen in het verhoudingsvraagstuk
Transcript van de presentatie:

Paragraaf 8.1 De Verlichting Tijdvak 7 De tijd van pruiken en revoluties Hoofdstuk 8 Verlichting en revoluties Paragraaf 8.1 De Verlichting

Samen met de klas een mindmap maken Wat weet je al over ‘De Verlichting’? Welke associaties roept dit begrip bij je op?

Kenmerkend aspect: Het rationeel optimisme en verlicht denken werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen Rationeel optimisme: Rationeel  ratio  verstand Optimisme = optimistische kijk DUS: met je verstand kun je veel bereiken / je moet op je verstand vertrouwen  zorgt voor betere samenleving. Verlicht denken = Uitgaan van rationeel denken / rekening houdend met natuurwetten (wetten als gelijkheid en vrijheid)

Hoe is de verlichting ontstaan? 17e eeuw: wetenschappelijke revolutie: interpretatie klassieken + empirisme (waarneming = waarheid) + rationalisme Natuurwetenschappen  natuurwetten  deze ideeën werden doorgetrokken naar andere vlakken van de maatschappij (dus niet alleen wetenschap, maar ook op bijv. politiek gebied) Vanaf 1650 (met name 18e eeuw): verlichting (rationeel denken wordt toegepast op de maatschappij) Allerlei aspecten (politiek, geloof e.d.) v maatschappij ter discussie. Kijken naar de wetten van de natuur!

VB = verschijnen van de Encyclopedie Verlichting Sinds wetenschappelijke revolutie  Vertrouwen in eigen verstand (ratio)  door logisch nadenken (rationalisme) + onderzoeken door waarnemen (empirisme) OPVOEDING + SCHOLING = belangrijk VB = verschijnen van de Encyclopedie

Traditie en bijgeloof? Verstand en rede! Dus: kritiek op de kerk! Spinoza, Voltaire, Kant. Echter; enkele hadden stevige kritiek op geloof, de meesten verlichte denkers bleven gelovig: bijv. deïsme (mechanistisch wereldbeeld = god is een horlogemaker) Verlichte denkers pleitten voor religieuze tolerantie

2. Samenleving Standensamenleving + absolutisme? Sociaal contract (contract tussen burgers en regering) en recht van verzet (Locke) + volkssoevereiniteit (macht ligt bij het volk, Rousseau) + scheiding der machten (Montesquieu) Natuurrecht = mensen zijn van nature gelijk en vrij

Gelukkig Heeft de westerse samenleving een verlichting meegemaakt… Anders: Hadden de meeste hier geen scholing gekregen, meisjes al helemaal niet. Geloofden we nog dat de koning de beste bestuurder was. Hadden we allemaal geluisterd naar een of andere geestelijk leider Was er veel racisme en discriminatie en dit werd niet gestraft / afgekeurd. Konden de meeste mensen geen eigen / vrij beroep kiezen. En ga zo maar even door….

Examenvraag Vraag 1 Gebruik bron . Een bewering: De ideeën van Robert Hooke dragen bij aan het ontstaan van de wetenschappelijke revolutie van de zeventiende eeuw en aan het ontstaan van de Verlichting in de achttiende eeuw. 2p Leg beide delen van deze bewering uit.

bron 5 De natuurkundige Robert Hooke publiceert in 1665 een boek met zijn waarnemingen over de natuur. Over de relatie tussen vuur en zuurstof schrijft hij: Het lijkt redelijk om te denken dat er niet zoiets bestaat als een vuurelement, dat een vlam doet opstijgen, maar dat die schijnende tijdelijke massa die wij 'vlam' noemen, niets anders is dan een mengsel van lucht en vluchtige, zwavelhoudende delen van afbreekbare of brandbare stoffen. Deze hypothese heb ik getracht te onderbouwen met een eindeloze hoeveelheid observaties en experimenten. Dit proces hier te beschrijven zou te ver gaan; het zal mogelijk op een ander moment uit voldoende materiaal blijken te bestaan voor een veel grotere verhandeling. Zuurstof is iets dat tot nu toe nog maar weinig werkelijk onderzocht en verklaard is en waarover een ijverige onderzoeker maar zeer weinig informatie zal vinden, terwijl iedereen het inademt en er in leeft, ook al is men zich hiervan niet bewust. Maar als men het eenmaal voldoende zal doorgronden, dan zal dat iemand ongetwijfeld in staat stellen om een rationele, ja zelfs een waarschijnlijke, zo niet de juiste verklaring te geven voor alle verschijningsvormen van vuur.

Antwoord examenvraag Vraag 1 maximumscore 2 Kern van een juist antwoord is: • De ideeën van Robert Hooke dragen bij aan het ontstaan van de wetenschappelijke revolutie, omdat hij uitdraagt dat wetenschappers onderzoek moeten doen / zelf observaties en experimenten moeten doen 1 • De ideeën van Robert Hooke dragen bij aan het ontstaan van de Verlichting, omdat Hooke belang hecht aan rationeel denken / kennisoverdracht stimuleert door zijn ideeën te publiceren 1

Examenvraag Vraag 9 (verlichting) De filosoof Voltaire (1694-1778) was deïst, wat inhield dat hij geloofde dat God, als een horlogemaker, het universum geschapen had als een klok. Deze klok is door God op gang gebracht, waarna het universum zichzelf volgens de natuurwetten zou blijven voortbewegen. 2p 18 Leg uit dat dit deïsme past bij de Verlichting.

Antwoord examenvraag maximumscore 2 Voorbeeld van een juist antwoord is: In het deïsme werd ervan uitgegaan dat de natuurwetten voor de voortgang in het universum zorgden (en niet God). Dit paste binnen de Verlichting omdat de idee dat het universum door (natuur)wetten wordt gestuurd een rationele verklaring is.