Flankerend Onderwijsbeleid 1
Indicator Ongunstiger dan Vlaanderen Ongunstiger dan Antwerpen Ongunstiger dan Gent Rangorde MM tav Limburgse gemeenten Geboorten in kansarme gezinnen 11 1 4 3 jongeren in de bijzondere jeugdbijstand 19 13 16 eenoudergezinnen met minderjarige kinderen 23 jeugdwerkloosheidsgraat 15 - 24 jaar 22 2 Jonge, laaggeschoolden niet werkende werkzoekenden (zonder diploma SO) Lln met een moeder met laag opleidingsniveau in het Gew BaO Lln met een moeder met laag opleidingsniveau in het G SO 15 Lln met een schooltoelage in het gewoon BaO 20 7 Lln met een schooltoelage in het gewoon SO 18 6 Lln wonend in kansarme buurt in het gewoon BaO
Lln wonend in kansarme buurt in het gewoon SO 5 1 3 Indicator Ongunstiger dan Vlaanderen Ongunstiger dan Antwerpen Ongunstiger dan Gent Rangorde MM tav Limburgse gemeenten Lln wonend in kansarme buurt in het gewoon SO 5 1 3 Lln met thuistaal niet-Nederlands in het gewoon BaO 8 Lln met thuistaal niet-Nederlands in het gewoon SO 2 Risicoloopbanen in het LO 12 Risicoloopbanen in het SO 14 Lln B-stroom in 1e graad gewoon sO 24 Lln BSO in 2e en 3e graag gewoon SO 33 28 6 Lln ASO in 2e en 3e graad gewoon SO 32 7 40 42 Lln TSO in 2e en 3e graag gewoon SO 16 4 9 Doorstromers naar het HO 29 ? 39
Kengetallen werkloosheid (april 2013) Provincie Limburg Gemeente Maasmechelen
Kenmerken van de NWWZ (april 2013) Gemeente Maasmechelen
Doelgroepen in Limburg (april 2013) Specifieke doelgroepen (procentueel verschil met vorig jaar)
Doelgroepen in Maasmechelen (april 2013) Specifieke doelgroepen (procentueel verschil met vorig jaar)
Limburg aandeel naar studieniveau (april 2013)
Maasmechelen aandeel naar studieniveau (april 2013)
Provincie Limburg – indeling studies (april 2013) Procentueel verschil met vorig jaar
Maasmechelen– indeling studies (april 2013) Procentueel verschil met vorig jaar
Schoolverlatersstudie Aantal Schoolverlaters Limburg Vlaanderen Aantal schoolverlaters 10.153 72.128 Aantal inschrijvingen VDAB 8.735 59.699 % t.o.v. aantal schoolverlaters 86,0% 82,8% Aantal nog werkzoekend na 1 jaar 1.393 8.449 13,7% 11,7% Aantal zonder werkervaring 415 2.535 4,1% 3,5%
Geografische spreiding
Overzicht naar scholing Het aandeel laaggeschoolden in het totaal van de schoolverlaters bedraagt 15,9%. Midden- en hooggeschoolden zijn beide goed voor iets meer dan 40% van alle schoolverlaters. Bekijken we de groep schoolverlaters die na 1 jaar werkzoekend zijn, dan bedraagt het aandeel van de laaggeschoolden 38,2% of ruim het dubbele t.o.v. het aandeel een jaar eerder. Het aandeel van de middengeschoolden bedraagt na 1 jaar 40,7% wat een lichte afname is t.o.v. een jaar eerder. Het aandeel hooggeschoolden bedraagt na 1 jaar 21% wat ruim een halvering is tegenover het aandeel bij het verlaten van de school (42,3%).
Overzicht per studieniveau Hoe hoger de scholingsgraad hoe kleiner de kans om na 1 jaar werkzoekend te zijn. Bij de laaggeschoolden hebben vooral de schoolverlaters die op niet meer leerplichtige leeftijd zelfs geen getuigschricht behaalden van de 2de graad secundair onderwijs, de grootste problemen om een job te vinden. Ook zij die hun BSO-opleiding niet afmaakten hebben 1 kans op 3 om na 1 jaar werkzoekend te zijn. Het rest% in het KSO2 ligt net onder 30% maar met amper 138 schoolverlaters is dit studieniveau van gering belang. In het DBSO is iets meer dan 1 op 4 schoolverlaters na 1 jaar werkzoekend. Dit resultaat wijkt sterk af van dat in vorige studies maar heeft te maken met de gewijzigde methodologie. Door de LED als referentie te nemen worden in dit niveau nu enkel de schoolverlaters weerhouden die daadwerkelijk een kwalificatiegetuigschrift behaalden. Vroeger kon het onderscheid tussen studies beëindigd en kwalificatiegetuigschrift behaald niet accuraat gemaakt worden en werden ze beide in dit niveau opgenomen. Schoolverlaters uit het TSO2 hebben 1 kans op 5 om na 1 jaar werkzoekend te zijn en net zoals in het verleden biedt een opleiding in de Leer3jd de beste perspec3even op werk binnen dit scholingsniveau. Bij de middengeschoolden is zowel in ASO3, TSO3 als in BSO3 & BSO4 ongeveer 1 op 9 schoolverlaters werkzoekend na 1 jaar. Schoolverlaters uit het KSO3 hebben dan weer meer moeite om aan de bak te komen. Bi de hooggeschoolden bieden de opleidingen tot professionele bachelor de beste kans op een eerste job, op de voet gevolgd door de masteropleidingen. Wie de school verlaat met een opleiding tot academische bachelor heeft beduidend meer moeite om aansluitng te vinden met de arbeidsmarkt.
Naar scholing en geslacht Het aandeel vrouwen bij de schoolverlaters toeneemt naarmate het scholingsniveau stijgt. Bijna 2 op 3 laaggeschoolde schoolverlaters zijn mannen. Bij de middengeschoolden zijn de mannen nog steeds oververtegenwoordigd met 55,6%. Bij de hooggeschoolden is bijna 6 op 10 een vrouw.
Naar studieniveau en geslacht 2 op 3 schoolverlaters zonder enig diploma of getuigschrift zijn mannen. In alle studieniveaus bij de laaggeschoolden is het overwicht van de mannen groot. Het aandeel mannen is het kleinst in KSO2 maar dit is een studieniveau met erg weinig schoolverlaters. In het ASO3 en het BSO3 & BSO4 is er meer evenwicht tussen mannen en vrouwen, terwijl in het TSO3 mannen dan weer goed zijn voor 6 op 10 schoolverlaters. Enkel KSO3 telt meer vrouwen (62,4%) dan mannen (37,6%).
Naar studieniveau en geslacht In het hoger onderwijs vinden wij in het niveau professionele bachelor een groot overwicht van vrouwelijke schoolverlaters (62,8%). Bij de masters is het overwicht van de vrouwen minder groot. Bij de academische bachelors zijn er dan weer opvallend meer mannen dan vrouwen.
Algemene Conclusies
Algemeen secundair (ASO) bereidt voor op het hoger onderwijs, niet op de arbeidsmarkt stoppen na 6 jaar ASO is geen goede keuze
Technisch secundair (TSO) biedt goede kansen op de arbeidsmarkt 7de jaar is een meerwaarde vooral de industrieel technische richtingen doen het goed goede perspectieven om verder te studeren tot professionele bachelor industriële wetenschappen is een goede voorbereiding voor een opleiding tot industrieel ingenieur
Technisch secundair Kansen op de arbeidsmarkt Studierichtingen die te maken hebben met: warmte- en koeltechnieken autotechnieken hout bouw tandtechnieken voeding (slagerij en bakkerij) land- en tuinbouwtechnieken mechanica - elektriciteit zorg (vb. jeugd- en gehandicaptenzorg)
Technisch secundair Kansen op de arbeidsmarkt Studierichtingen die te maken hebben met: fotografie mode toerisme handel grafische technieken (vb. drukvoorbereiding) dierenzorgtechnieken
Kunstsecundair (KSO) biedt minder goede kansen op de arbeidsmarkt wegens overaanbod verder studeren is mogelijk maar het aanbod aan vervolgopleidingen is eerder beperkt
Kunstsecundair Kansen op de arbeidsmarkt alle studierichtingen
Beroepssecundair (BSO) biedt meestal een goede voorbereiding op de arbeidsmarkt een 7de jaar, waarin je een diploma behaalt, geeft je meer kansen op de arbeidsmarkt minder goede perspectieven in het hoger onderwijs goede doorstroom naar het hoger beroepsonderwijs
Beroepssecundair Kansen op de arbeidsmarkt Studierichtingen die te maken hebben met: autotechnieken bouw hout warmte- en koeltechnieken land- en tuinbouwtechnieken mechanica - elektriciteit zorg (kinderzorg, thuis- en bejaardenzorg) voeding (bakkerij en slagerij)
Beroepssecundair Kansen op de arbeidsmarkt Studierichtingen die te maken hebben met: publiciteit en illustratie grafische technieken kantooradministratie en gegevensbeheer mode en verkoop dierenzorg
Conclusies Crisis komt hard aan Het aantal laaggeschoolde schoolverlaters daalt niet Instroom ASO blijft groot BSO: toeleiden naar de arbeidsmarkt Technisch onderwijs: succesvol Professionele bachelors: TOP Academische bachelors: minder Master = investeren in de toekomst